Pieter Dhaeze

  • Google weet wel waar tie het zoeken moet.... geplaatst op maandag 29 januari 2024 14:56:06 door pjcdhaeze

    Als we ’s avonds de hond uitlaten en het is helder, dan ben ik al jaren gefascineerd door het firmament in het algemeen, maar vooral - uit fotografisch oogpunt - door de eventueel zichtbare maan. Niet zelden loop ik bij thuiskomst weer even naar buiten om een foto te maken. De laatste tijd is dat uit de hand met mijn EOS R7 met RF 100-400mm 5.6-8 IS, maar ik ben ooit vanaf statief begonnen met mijn EOS 650D en EOS 5D mark III.

    Mijn meest recente wapenfeit op dit punt was 26 januari jl. toen de volle maan op een koude avond helder hoog in het westen stond. Hoewel je bij een volle maan niet veel structuur op het oppervlak ziet, is deze maanfase toch altijd een leuk foto-object. Toen ik echter de volgende ochtend buiten keek, stond ‘diezelfde’ volle maan in het oosten en aarzelde ik niet om weer een foto te maken. Toen ik vervolgens deze maanfoto’s met een verschil van 12 uur naast elkaar op mijn computer zag, viel het me op dat de maan ongeveer 80 graden gedraaid was. Dat zie je niet met het blote oog, maar dankzij deze foto’s wel. Toch weer wat geleerd. Een post op Facebook (klik hier) leverde bovendien de nodige reacties op. Leuk.

    Op dat moment begint er in mijn hoofd een raderwerk te draaien, waarin ik allerlei ideeën krijg voor educatieve artikelen en video’s over het fotograferen van de maan. Dat is een soort ingebouwde reflex die ik heb op interessante fotografische onderwerpen en waarmee ik al 15 jaar EOSzine vul. Daar ben ik in principe heel blij mee.

    Ik merk echter wel dat mijn geheugen gaten begint te vertonen. En als ik tegenwoordig tegen mijn vrouw zeg dat ik iets over een bepaald onderwerp ga schrijven, dan zegt ze dat ik eerst maar eens moet kijken of ik het al niet eerder geschreven heb, wat in 50% van de gevallen namelijk het geval blijkt te zijn. Zo ook bij het onderwerp ‘Maan’ (zoekopdracht in Google: maan eoszine).

    Dus geen nieuw artikel over hoe je de maan kunt fotograferen of wat nu eigenlijk de (pixel)diameter van de maan is, maar een kleine opsomming van al mijn maan-artikelen en -video’s. Ook heb ik even tijd genomen om een klein portfolio samen te stellen. Niets bijzonders, maar misschien toch inspirerend.

    Nu maar hopen dat ik deze blog niet vergeet en ik over een jaar niet weer iets wil gaan schrijven over het fotograferen van de maan….

    Google weet wel waar tie moet zoeken
    EOSzine staat na 15 jaar boordevol artikelen en op mijn YouTube-kanaal staan meer dan 700 video’s. Zelfs ik weet niet meer precies wat ik allemaal gepubliceerd heb, dus voor mijn lezers en kijkers zal dat ook niet duidelijk zijn. Zoek je dus informatie over een bepaald onderwerp, vraag het dan aan Google met de opdracht ‘trefwoord(en) eoszine’. Dan komen al mijn artikelen en video’s boven water over het gewenste onderwerp. Zo doe ik het ook 😉.

    Samenvatting
    Ik zal de komende weken mijn geheugen eens gaan opfrissen door in Google te gaan zoeken met de zoekopdracht 'trefwoord eoszine'. Kijken wat dat oplevert.

    Met 'maan eoszine' had ik de onderstaande treffers. Check it out.
    • De maan fotograferen: klik hier.
    • Pixeldiameter van de maan: klik hier.
    • Post Facebook: klik hier.
    • Portfolio: klik hier.
    • Playlist op YouTube De maan: klik hier.
    • Gastblog Victor Land: klik hier.
    • Gastblog Arjen Noord: klik hier.

  • Ai = bedrog? geplaatst op donderdag 21 september 2023 07:40:16 door pjcdhaeze

    Laatst heb ik een video op YouTube geplaatst waarin ik de nieuwste functies in Photoshop versie 25.0 nader heb toegelicht en gedemonstreerd. Eén van de nieuwe mogelijkheden is om met behulp van Artificial Intelligence (Ai) een foto levensecht uit te breiden of zelfs inhoudelijk te veranderen: Generatief vullen.

    De video wordt veel bekeken en krijgt ook veel reacties. De meeste kijkers zijn verwonderd hoe Generatief vullen de wereld van beeldbewerking gaat veranderen. Een enkeling is echter minder enthousiast over de technologische voortgang en noemt het ‘bedrog’.

    Die term ‘bedrog’ liet me maar niet los. Is Ai = bedrog? Dat vroeg ik me dus af, toen ik een paar dagen later met mijn camera tijdens een uitstapje door het centrum van een stad liep. Ik zag er prachtige, ruime inbreidingsprojecten met mooi groen, maar draaide ik me om, dan zag ik zwerfafval, graffiti en vervallen, leegstaande winkelpanden.

    Als ik op dat moment een foto-opdracht gekregen zou hebben van de gemeente om een beeldverslag te maken van de stad, dan had ik twee compleet verschillende series kunnen aanleveren: óf een florerende nieuwe woonkern met veel ruimte voor groen en ontspanning, óf een naargeestige, onveilige binnenstad met veel leegstand.

    Dat die twee beelden zo verschillend kunnen zijn, komt niet door beeldmanipulatie of door Ai, maar gewoon omdat je als fotograaf door keuze van je standpunt en kadrering, slechts een beperkt deel van de realiteit kunt laten zien. En of die eigen realiteit dan ‘bedrog’ is, wordt vervolgens helemaal bepaald door de intenties van de fotograaf, oftewel ‘Human Intelligence’ (Hi).

    Daarom moeten we niet Ai of een andere technologie de schuld van geven van het ‘bedrog’, maar moeten we vooral kijken naar de ‘Hi’ van de mens die die technologie gebruikt. Artificial Intelligence en alles wat nog gaat volgen, kunnen we toch niet tegenhouden. Laten we het met onze ‘Human Intelligence’ verstandig en oprecht gebruiken.

    P.S. Beide voorbeeldfoto's zijn gratis Adobe-stockfoto's van onbekende, willekeurige locaties. Ik heb ze in Photoshop aangevuld met elementen gemaakt met Generatief vullen.


  • Afdrukken = verduurzamen! geplaatst op woensdag 26 juli 2023 07:28:50 door pjcdhaeze

    Afgelopen weekend heb ik het fotoboek van onze jaarlijkse zomervakantie in elkaar gezet en opgestuurd naar de afdrukcentrale (lees ook het artikel Vakantieboek maken). Het is altijd even wat werk, maar dan heb je ook wat. Letterlijk. Want zo’n fotoboek pak je vol verwachting uit als het door de brievenbus valt en ook na twintig jaar pak je het nog zo uit de kast. Dankzij onze fotoboeken kunnen we al onze vakanties op elk moment op ons gemak herbeleven zonder de beperking van eventuele technische omissies. Een fotoboek is een ‘failproof’ geheugensteun voor onvergetelijke, maar toch vergeten, momenten met de kinderen op dito vergeten locaties en reizen.

    Ik heb er ooit eens een blog over geschreven (klik hier). Over de rol van papier als de enige tijdloze informatiedrager voor foto’s. Daar kan geen dvd, usb-stick, Whatsapp, Dropbox of Instagram tegenop. Over 50 jaar werkt een fotoboek nog steeds, ook al is er geen elektriciteit of internet! En onze plakboeken uit de analoge tijd hebben we naadloos over laten gaan in ‘digitale, internet’ fotoboeken op mooi fotopapier. Keurig op een rij in de boekenkast. ‘Future-proof’.

    Bij het maken van het vakantieboek van dit jaar besloop me echter nog een andere gedachte. Via Whatsapp kwamen er tijdens mijn opmaakwerk allemaal leuke telefoonfoto’s voorbij van de kinderen en kleinkinderen die momenteel op vakantie zijn. Superleuk om dat meteen te kunnen meebeleven. Toen ik mijn telefoon weglegde na weer een spervuur van foto’s, bedacht ik me ineens wat er eigenlijk met die foto’s gaat gebeuren. En niet alleen met die vakantiefoto’s, maar met álle telefoonfoto’s van onvergetelijke momenten van de kinderen en kleinkinderen die we zo snel met elkaar delen via de social media. Is de kans niet groot dat over 50 jaar de kinderen van vandaag geen foto’s of video van zichzelf hebben? Omdat we in de drukte en snelheid van anno 2023 vergeten zijn van al die duizenden foto’s een klein deel toe te vertrouwen aan papier en ze zo te behoeden voor hun digitale ondergang? Dat onze kleinkinderen door gebrek aan tastbaar beeld met net zoveel weemoed terugkijken op hun kinderjaren als ik. Want omdat in de jaren 60 fotografie geen gemeengoed was in mijn familie, heb ik ook maar enkele foto’s waarop ik mezelf (met een vergrootglas) kan terugvinden als baby en kleuter. En bij mij is het excuus dat er maar een handvol foto’s gemaakt zijn, maar van kinderen van vandaag worden duizenden foto’s gemaakt en die staan uiteindelijk ook met lege handen. Dat is wel een heel trieste gedachte.

    Dus, was mijn eerste gedachte achter deze blog “maak fotoboeken van je vakantiefoto’s!!”, dan is dat nu “druk de telefoonfoto’s van je (klein)kinderen af”. Want als we niet oppassen gaan al onze herinneringen verloren aan digitaal verval en kunnen we ons leven van vandaag over 30 of 40 jaar niet meer herbeleven.

    En eigenlijk geldt dat voor alle digitale media en tekst. Op den duur wordt het ontoegankelijk, gaat het teloor met de hardware en worden we een wereld zonder historie. Moeten we terug naar ‘rotstekeningen, perkament en olieverf’? Moeten we onze digitale foto’s niet halsoverkop gaan verduurzamen? Want als onze voorvaderen dat niet hadden gedaan, dan zouden we nu niets van hen geweten of geleerd hebben. Of draaf ik nu door? Wat denk jij?


  • Ik ga op vakantie en neem mee..... geplaatst op woensdag 21 juni 2023 11:17:30 door pjcdhaeze

    Elke keer als we op vakantie gaan, denk ik uitgebreid na over welke camera ik mee zal nemen om onze vakantie later te kunnen herbeleven (klik hier). De laatste keer in 2019 mocht ik van Canon de EOS RP meenemen (klik hier) en dat was mijn eerste stap in de wereld van spiegelloze camera’s in het EOS R-systeem. Een memorabel moment dus.

    Deze keer wilde ik lichtbepakt op pad en na kort overleg met Canon zou de EOS R10 met de RF-S 18-150mm in ‘de koffer’ mee op reis gaan. Zelf heb ik daar nog de RF 100-400mm, de EF-S 10-18mm en twee tussenringen aan toegevoegd, zodat ik een brandpuntbereik van 16 tot 640mm (35mm-eq.) ter beschikking had.

    De 'gereedschapskist' voor de vakantie van 2023.

    Ervaringen
    Of de hier genoemde set ideaal is voor een vakantie is natuurlijk helemaal afhankelijk van de aard van je vakantie. Reis je met fiets, auto of vliegtuig? Bezoek je steden of maak je in de natuur lange wandelingen? Wat is het weer? Doe je natuur en close-up of liever landschap en architectuur?

    De EOS R10 kan eigenlijk in al die gevallen zijn diensten bewijzen. Met de RF-S 18-150mm is hij licht, compact, snel en veelzijdig. Een echte allrounder. En dankzij zijn relatief grote sensor en uitbreiding van zijn beeldhoek naar groothoek en tele met behoud van beeldkwaliteit, kun je elk onderwerp perfect vastleggen en foto’s paginavullend afdrukken in een fotoboek of als grootformaat aan de muur.

    Selectie van vakantiefoto. RAW. Lightroom en Photoshop.

    En zo heb ik dat ook tijdens onze vakantie ervaren. Gewend aan een EOS R6 en EOS R7 is de EOS R10 kleiner, maar beslist geen stap terug. Het is even wennen aan de compacte bediening en bij minder licht moet je een korreltje ruis verwachten ten opzichte van de EOS R6, maar voor de rest is het een camera die elk onderwerp aankan.

    Voor uitstapjes naar cultuur en enkele tuinen is de RF-S 18-150mm echt een topper gebleken met hoge beeldkwaliteit en heel flexibel beeldhoekbereik. Voor fotografie van de vogeltjes in de buurt van de kust en van het vakantiehuis was de RF 100-400mm de perfecte partner van de EOS R10. Met de tussenringen heb ik om het vakantiehuis wat close-ups gedaan vanaf statief. Opmerkelijk was dat ik de EF-S 10-18mm niet uit de tas gehad heb. Bij de meeste groothoekonderwerpen, zoals landschap, architectuur en interieur, heb je meestal ook hoog contrast en belichtingstrapjes vanaf statief zijn dan eigenlijk een vereiste. Dat is op vakantie niet handig, dus op zo’n moment pakte ik mijn telefoon en met diens 14mm en HDR-technologie heb ik daarmee de meeste groothoekfoto’s gemaakt. Kleuren, scherpte en belichting zijn met een telefoon zonder ‘moeilijke’ instellingen en uitgebreide nabewerking, bijna altijd meteen goed. Nadeel is natuurlijk wel dat je die foto’s niet verder kunt bewerken en eigenlijk ook niet groter kunt afdrukken dan A5. Maar om snel met het thuisfront te delen of als 15 bij 10 cm in een fotoboek te gebruiken, zijn ze prima.

    Als je een laptop meeneemt, kun je tijdens je vakantie al foto's beoordelen en selecteren in Lightroom Classic. Thuis kun je die catalogus dan importeren.

    Conclusie
    Met de foto’s die ik gemaakt heb met de EOS R10, RF-S 18-150mm en RF 100-400mm heb ik ook dit jaar de vakantie weer goed vast kunnen leggen om later vanuit een fotoboek weer eens te kunnen herbeleven (klik hier). En daar gaat het wat mij betreft om: mooie herinneringen vastleggen, zodat je later nog eens kunt nagenieten.

    Ik merk echter wel dat telefoons een steeds groter deel van de vakantiefotografie op zich nemen. Je ziet zelden nog een toerist/vakantieganger met een ‘echte’ camera. Een telefoon heb je altijd in je broekzak, je hoeft amper iets in te stellen en de kwaliteit is heel acceptabel voor snel delen en kleine afdrukken. Ook ik heb dit jaar die verleiding gevoeld 😉.

    Wat neem jij dit jaar mee op vakantie en maak jij veel foto’s met je telefoon? Laat het mij hieronder weten.


  • Fotograferen = Werken geplaatst op dinsdag 16 mei 2023 08:17:17 door pjcdhaeze

    De titel van deze blog past in een thema wat ik al eerder besproken heb. In 2018 door te stellen dat de opnametijd van een fotosessie gelijk is aan de verwerkingstijd van de genomen foto’s (klik hier) en in 2020 dat ik persoonlijk merkte dat ik bij de overstap van de EOS 5D mark IV naar de EOS R6 per sessie meer foto’s ben gaan maken en dat ik tegelijkertijd ook meer ‘keepers’ had (klik hier). Dus dubbelop meer verwerkingstijd.

    RAW Pre-burst en 40 fps
    De reden dat ik deze keer over ‘te veel foto’s’ schrijf, is vanwege de vraag van een lezer hoe om te gaan met een groot aantal fotoreeksen genomen met RAW Pre-burst (klik hier) op de EOS R6 mark II tijdens een sessie in een vogelkijkhut. En omdat ik zelf mijn kleindochter per abuis met 40 fps fotografeerde, toen de EOS R6 mark II onbewust nog op met de elektronische sluiter stond (volume NUL) en de Transportmodus op Hoog+. Camera’s zijn tegenwoordig zo snel, dat 30 tot 40 RAW-foto’s in één seconde geen uitzondering meer hoeven zijn.

    Veldwerk
    Bij gebruik van RAW Pre-burst maak je bij elke burst ongeveer 30 RAW foto’s. Deze dertig foto’s worden in één groot CR3-bestand opgeslagen, wat echter niet compatibel is met Lightroom Classic.
    Je kunt de RAW-burst echter op je camera bekijken en daar meteen al de gewenste frames als losse RAW-bestanden uithalen. Dat lijkt veel werk, maar dat voorwerk kun je al ter plaatse doen terwijl je aan het wachten bent op het volgende fotomoment of als je pauzeert om even wat te eten of te drinken. De losse bestanden kun je dan bij thuiskomt importeren in Lightroom. Het grootste deel van het werk heb je dan eigenlijk al gedaan.
    Lukt het niet om tijdens de sessie al de losse frames aan de RAW-burst te onttrekken, doe het dan thuis in Digital Photo Professional (DPP). Dat werkt snel en de losse, geselecteerde frames kun je daarna gewoon verwerken in Lightroom Classic. Je hoeft DPP alleen maar te gebruiken voor de frame-selectie.
    Hoe dat allemaal in zijn werk gaat, zie je in deze video (klik hier).

    In geval van 30 of 40 foto’s per seconde met de elektronische sluiter moet je je vooraf heel goed bewust zijn – dus beter dan ik met mijn kleindochter 😉 – wat de toegevoegde waarde van zulke snelle reeksen zal zijn bij de keuze van de uiteindelijke foto. Je zult namelijk maar zelden (ook niet bij sport, actie of wildlife) reeksen van 20 tot 100 opnamen gaan publiceren. Bij een reeks met hoge opnamesnelheid gaat het vooral om die 1 of 2 foto’s in een ‘split second’ van de perfecte gelaatsuitdrukking, ideale lichaamshouding of historische bewegingsmoment. De 19 foto’s ervoor en 19 foto’s erna kun je eigenlijk allemaal meteen weggooien, hoe technisch goed ze ook zijn. Dat vraagt enig lef, maar 40 foto’s bewaren terwijl je er maar 1 nodig hebt, kost veel downloadtijd en opslagruimte.

    Bestandenvreters
    Behalve RAW Pre-burst en 40 fps, zijn er nog meer 'bestandenvreters': panorama's, meervoudige belichtingen, belichtingstrapjes, NR meerdere opnamen en scherpsteltrapjes. Van deze laatste montagevorm zie je hieronder het resultaat. Een focus stackmontage uit 20 foto's bij een totaal van 240 foto's (12 trapjes) genomen gedurende 5 minuten van een vliegje op een (vuil) keukenraam. Opbrengst dus 1 JPEG (4 MB) op 240 RAW's (=7.2 GB)! Foto genomen met EOS R7 met EF 100mm en tussenring 31mm.

    Als je dus reeksen maakt van dergelijke aantallen, bekijk dan de foto’s in een ‘verloren moment’ meteen op je camera. Selecteer eerst het juiste moment of de beste kadrering en controleer daarna de scherpte door flink in te zoomen. Is die in orde, beveilig dan deze opname. Ik heb daarvoor de DOF-knop voorop de camera bij de lens gepersonaliseerd. Met een druk op die knop heb ik de gewenste opname ‘gelocked’ en zou ik de overige foto’s in de serie al eenvoudig van het geheugenkaartje kunnen weggooien. Dat is echter riskant. Daarom gebruik ik EOS Utility om alleen de beveiligde foto’s naar mijn computer de downloaden en daar te importeren in Lightroom Classic. Lees het artikel en bekijk de bijbehorende video (klik hier).

    Imagen Ai
    Tegenwoordig is Artificial Intelligence (Ai) het toverwoord voor bijna alles. En ook in de fotografie. Naast de al bekende Denoise Ai of Sharpen Ai is er nog veel meer ‘slimheid’ die het gemak van de fotograaf kan dienen, zoals Imagen Ai (klik hier). Deze dienst zou je kunnen helpen om in korte tijd grote hoeveelheden foto’s te verwerken. Ik heb het zelf nog niet geprobeerd, maar in deze video wordt het ‘hoe en wat’ uitgelegd (klik hier
    ). Heb jij wel ervaring met Imagen of met andere Ai-gestuurde selectie en bewerking, laat het dan onder deze blog weten. Ik ben benieuwd.

    Ooit fotografeerde ik een EOS 1D mark III en die camera schoot maar liefst 10 beelden per seconde van wel 10 miljoen pixels. Kippenvel. Nu bijna 20 jaar later kun je als vrijetijdsfotograaf zonder veel moeite met 40 RAW-foto’s per seconde van 24 Mp fotograferen. Je hoeft geen moment of detail meer te missen. Dat klinkt natuurlijk fantastisch en dat is het ook, maar het vraagt wel aandacht wanneer je die 40 fps gaat gebruiken en of je wel tijd hebt en moeite wil doen om daaruit de beste opname te kiezen. Want bij sessies van 500 tot 2000 foto’s wordt fotograferen, werken. Ook voor de vrijetijdsfotograaf 😉.
    Bij een candidportretje van je kleindochter met een cakeje is 40 fps (en zelfs 5 fps) in ieder geval te veel van het goede….. Dat moet je gewoon goed timen met één of twee foto’s. Dan heb je daarna tijd om met de Duplo te gaan spelen.


  • Nieuwe camera! Inspiratiebron? geplaatst op maandag 13 juni 2022 15:55:25 door pjcdhaeze

    Ooit was ik op een expositie van een collega die in zijn vrije tijd landschappen schilderde. Leuke tafereeltjes in een klassieke lijst. Echt iets voor de verjaardag van mijn moeder die toen over een maand 70 jaar zou worden. Toen ik van de kunstenaar in kwestie hoorde dat hij ook in opdracht schilderde, aarzelde ik geen moment en vroeg of hij ook een mooi landschap als cadeau voor mijn moeder kon schilderen.

    Dat kon, maar wanneer moest het klaar zijn? Toen hij echter hoorde dat hij ‘maar’ vier weken de tijd had, bedankte hij voor de opdracht. Vier weken? Dat was mijns inziens toch ruim de tijd voor een paneeltje van 24 bij 18 cm. Hij legde mij echter uit dat hij geen garantie kon geven of hij in die vier weken wel de juiste inspiratie zou krijgen. Hij maakte zijn schilderijen vanuit zijn creatieve gevoel en dat is geen ‘9 tot 5’-dingetje. Meestal schilderde hij zijn mooiste werk als hij ’s nacht niet kon slapen en geïnspireerd werd door de stilte van de nacht of de sterren aan de hemel. Zo maar na een dag hard werken achter het canvas gaan zitten, leverde voor hem zelden een geïnspireerd schilderij op.

    Inspiratie. Daar draait het dus om in creatieve uitingen. Of het nu schilderen, beeldhouwen, dichten, liedjes schrijven of fotografie is. Inspiratie is voor elke ‘kunstenaar’ een essentieel ingrediënt om tot een aansprekend ‘beeld’ te komen, dus ook voor een fotograaf. Inspiratie is echter niet te koop en het is ook geen knopje dat je omzet. Inspiratie komt vaak uit een onverwachte hoek en op de meest onverwachte momenten. Ga wandelen in een stil bos en stort je juist in de mensenmassa van een evenement. Ga mediteren of juist 10 km hardlopen. Zink weg in een boek van de Hollandse Meesters of verdwaal een middagje op Instagram. Lees gedichten of zet een Ikea-kast in elkaar. Inspiratie vinden werkt voor iedereen anders. Je moet er alleen niet bewust naar zoeken. Als het komt, komt het. En zo niet, dan moet je gewoon nog even geduld hebben.

    Hoewel inspiratie dus redelijk ongrijpbaar is, merk ik dat ik als educatief fotograaf ‘geïnspireerd’ kan raken door een nieuwe camera of nieuwe lens. Als ik ga fotograferen is het meestal om beelden te verzamelen die relevant zijn voor educatieve artikelen of om de prestaties en kwaliteiten te onderzoeken van een nieuwe camera of lens die ik van Canon in bruikleen krijg. Ik loop dan redelijk ‘zakelijk’ rond. Kader en kwaliteit moeten zodanig zijn dat ze van toegevoegde waarde zijn in het begrip van een stuk theorie of bijdragen aan het inzicht van de kwaliteit van een camera of lens. Meestal dus standaard kiekjes met af en toe een uitschieter.

    Een enkele keer merk ik echter dat ik bij een bepaalde camera of lens die ik aan het testen ben, een creatief ‘onderbuikgevoel’ krijg. Dat had ik tijdens de review van de EOS R6 toen ik voor de eerste keer mijn kleindochter haarscherp op de schommel fotografeerde in een serie van 20 foto’s; toen in de studio met de RF 24-105mm f/4L IS elke foto technisch (kader en kwaliteit) nagenoeg perfect bleek te zijn; toen ik tijdens een reportage op locatie met de RF 85mm en RF 35mm heel onopvallend, onderscheidend en creatief kon fotograferen en toen ik met de RF 100-400mm een landende ooievaar had gezien én vastgelegd (klik hier). Steeds wist ik bij het retoursturen van die genoemde camera en lenzen naar Canon, dat ze uiteindelijk in mijn fototas terecht moesten komen. Zoveel plezier (=inspiratie) had ik beleefd tijdens het testen. En dat plezier wordt niet bepaald omdat het de duurste camera is of beste lens, maar gewoon omdat dat stukje gereedschap het beste bij mij past en aansluit bij wie ik ‘ben’ als fotograaf.

    De inhoud van mijn huidige fototas maakt me nog steeds blij. En hoewel mijn vader (†1999) – vaak terecht – zei: “Het bezit van de zaak, is het einde van het vermaak”, geldt dat deze keer mijns inziens niet. Want elke keer ga ik met die tas weer welgemoed op pad om foto’s te maken zonder dat het ‘werk’ is. Ik raak dus geïnspireerd door de ‘kwaliteiten’ van mijn beproefde gereedschap, waarbij ik het geluk heb dat ik als EOSzine alle nieuwe camera’s en lenzen van Canon vooraf uitgebreid in mijn vingers gehad heb, dus nooit een ‘miskoop’ heb.

    Nu zul je je afvragen wat de aanleiding voor deze blog is, want net als inspiratie komt dit onderwerp voor de argeloze lezer zo maar ‘uit de lucht vallen’. En eerlijk gezegd moet ik toegeven dat ik verleid ben door de indrukwekkende specificaties van de EOS R7. En zonder dat ik die camera vast heb gehad of heb getest, heb ik hem toch al besteld 😊. Mijn oude, vertrouwde EOS 80D mag met pensioen en ik verheug me nu al op de snelheid, resolutie en mogelijkheden van de EOS R7 in combinatie met mijn RF 100-400mm (vogels en close-ups) en mijn EF 100mm 2.8L IS (macro en natuur). Of krijgt mijn vader toch (weer) gelijk?

    Word jij ook geïnspireerd door nieuw fotogereedschap? Laat het hieronder dan weten.


  • Een maatje te groot geplaatst op maandag 13 juni 2022 07:38:26 door pjcdhaeze

    Toen mijn perscontact bij Canon belde met de vraag of ik interesse had in een korte bruikleen van de EOS R5C zei ik volmondig ‘ja, laat maar komen!’. Toen ik echter ‘de hoorn erop gelegd had’, was ik natuurlijk enthousiast dat ik als fotografie-techneut met zo’n mooi stukje techniek mocht ‘spelen’, maar bekroop me tevens het gevoel van twijfel of ik een dergelijk ‘hybride-monster’ eigenlijk wel zou kúnnen bespreken. En ik zal het maar meteen verklappen: de EOS R5C is voor mij en mijn workflow ‘een maatje te groot’.

    In dit artikel dus geen review, maar mijn bevindingen en gedachten over een professionele hybride camera, die in staat is om video met 8K 30 fps of 4K 120  fps op te nemen.

    EOS R5C
    Bij de aankondiging van de ‘gewone’ EOS R5 op 13 februari 2020 werd in de media vooral de nadruk gelegd op het feit dat deze fotocamera video kon opnemen met een resolutie van 8K (7680 x 4320). En toen hij nog maar net verkrijgbaar was, moest diezelfde media vervolgens een mening hebben over dat de EOS R5 bij deze hoge videoresolutie oververhit raakte. Jammer, want de EOS R5 is namelijk een fantastische en veelzijdige FOTOcamera (review) waarmee je toevallig ook nog kunt filmen. Gelukkig hebben momenteel veel fotografen (pro en vrijetijd) de EOS R5 omarmd en zijn ze onverdeeld enthousiast over de fotokwaliteiten en snelheid van deze fantastische camera.

    Canon heeft de kritische geluiden over de beperkte professionele inzet van 8K video van de EOS R5 ter harte genomen en in alle stilte de EOS R5C ontwikkeld. Een echte VIDEO-camera, waarmee je toevallig ook nog foto’s kunt maken. De C-versie (C staat voor Cine) van de EOS R5 is echter niet zo maar een aangepast model. Het is een compleet nieuwe body en met volledig nieuwe knoppen-layout, bediening, menustructuur en videofuncties, zoals videografen kennen van de echte cine-camera’s van Canon, waaronder de C200 of C300.

    Meest in het oog springende verschil met de EOS R5 is dat de camera dikker geworden is vanwege een compartiment met actieve koeling door een ventilator. Oververhitting in welke video-modus dan ook behoort tot het verleden. Een tweede groot verschil is dat het menu in de videomodus compleet anders is van wat we gewend in de fotomodus zijn en dat ook de videoterminologie op de EOS R5C (alleen EN/FR/DU/ES/PL/IT/PO) voor een fotograaf in veel gevallen abracadabra zal zijn. Dus ook grotendeels voor mij, zodat ik een echte review deze keer graag aan anderen overlaat die wel kennis van zaken hebben: Gerald Undone (klik hier) of met Gordon Laing (klik hier).

    Mijn ‘tekortkomingen’
    Dus geen review, maar mijn bevindingen. Maar wat is daar zinvol aan, zul je je afvragen? De reden om mijn ervaringen hier te delen met ervaren fotografen die af en toe eens een filmpje maken, is vooral om hen te ‘behoeden’ voor onverwachte ‘struikelblokken’ bij een keuze van de EOS R5C in plaats van een EOS R5 of EOS R3. Hieronder een lijstje van ‘voorwaarden’ om volledig gebruik te kunnen maken van de videokwaliteiten van de EOS R5C.

    • Capabele hardware. Voor mijn Win10 computer met een redelijk snelle i7-processor, NVidea-kaart met 6 GB en 32 GB intern zijn RAW en eenvoudige 4K-montage geen probleem, maar met de 8K video staat de computer zowel bij afspelen en bewerken regelmatig stil. En dan heb ik het nog maar over clipjes van enkele seconden. Dus je moet met de nieuwste hardware werken met uitsluitend high-end specificaties om ongestoord 8K te kunnen verwerken.
    • Ook moet de opslag een facelift krijgen. 8K video neem je op met 540 mbps, dus bijna 70 MB/s en dat betekent dat een bestand van één minuut ongeveer 4 GB groot is (64 GB is in 15 minuten vol). Je hebt dus CFexpress-kaarten met hoge snelheid en grote capaciteit. Maar ook de dataoverdracht moet van de hoogste snelheid zijn, wil je niet ‘uren’ moeten wachten eer alle materiaal op een harde schijf staat. Of beter harde schijven, want een terabyte is snel gevuld met 8K video, zeker als je ook nog montages en back-ups maakt.
    • Kennis van videoterminologie. Niet alleen ten aanzien van belichting, scherpte en kleur. Maar ook RAW-video, codecs, bitdiepte, bitrate, compressie, logs, waveforms, peaking, focus pulling, LUT’s en nog veel meer zaken, waar je in de fotografie echt nog nooit van gehoord hebt. Dat is dus een heel steile leercurve en compleet anders dan een simpel filmpje opnemen met bijvoorbeeld je EOS 5D mark IV.
    • Kennis van alle facetten van geluid. Want echte video is geen ‘stomme film’ en de kwaliteit van het geluid is vaak complexer en belangrijker dan van het beeld.
    • Kennis van high-end videobewerking. Een paar 1080p- of 4K-clipjes achter elkaar monteren in Premiere Elements is eenvoudig, maar ga je met 8K aan de slag in C-log of ProRes, dan moet de software een behoorlijke upgrade hebben. Dus je moet behoorlijk bekend zijn met werken in Premiere Pro, Final Cut of DaVinci Resolve. Niet alleen voor monteren, maar ook voor wat betreft color grading en de vele andere facetten van professionele video.

    Samenvatting
    Om al deze bovenstaande redenen dus geen review gemaakt dóór een technisch professionele fotograaf vóór een doelgroep van gevorderde fotografen. 8K-video is bedoeld voor videografen en echt een forse stap hoger op de technische ladder van kennis, hardware en software dan de RAW-workflow van iedere fotograaf.

    Maar als je pro-fotograaf bent én je je ook serieus wil bekwamen in pro-video, dan kun je op dit moment geen betere keuze maken dan de EOS R5 C (klik hier), volgens velen dé ultieme hybride-camera anno 2022. Wil je je als beeldmaker voornamelijk toeleggen op professionele video en is fotografie bijzaak, overweeg dan de overstap naar de Cine-lijn van Canon met modellen als de C70, C100 mark II, C200 en C300 mark II/III (klik hier).

    PS.
    Uiteraard ben ik met de EOS R5C op stap geweest en gekeken hoe je als fotograaf kunt profiteren van 8K-video met 30fps en vooral 4K met 120 fps, door er een frame als foto uit te halen.
    Tevens heb ik een 8K video in een tijdlijn van 1080p gezet, zodat je achteraf in de editing 4x kunt zoomen zonder kwaliteitsverlies en ook flink kunt 'pannen'(=schuiven).
    Hieronder zie je het resultaat van beide 'experimenten'.


  • Lucky shot geplaatst op donderdag 2 juni 2022 13:26:13 door pjcdhaeze

    Of een beter titel: Hoe een (ged)achteloze (lees: onvoorbereide) fotograaf dankzij een snelle camera en ‘slimme’ software toch een – voor hem – goede foto kan maken.

    De nieuwsbrief van EOSzine is voor mij elke keer een afsluiting van een periode van onderwerpen selecteren, artikelen schrijven, illustraties en testfoto’s maken en video’s opnemen en editten. Dat doe ik met veel plezier, maar voordat ik aan een nieuwe cyclus begin van publicaties, probeer ik na het versturen van de nieuwsbrief een 'niet-EOSzine-dag' in te lassen voor een ‘frisse’ start.

    Deze maand had ik voor die ‘off-day’ niet iets bijzonders gepland, dus de ochtend na de nieuwsbrief van Mei 2022 kreeg ik de spontane gedachte om een rondje te gaan wandelen in de naburige polder. Een blik uit het raam leerde dat er geen wolkje aan de lucht was en al snel trok ik welgemoed de voordeur achter me dicht. Alleen gewapend met mijn telefoon en een licht regenjack. Een stemmetje in mijn hoofd echter verleidde me om toch nog even terug naar binnen te gaan en mijn EOS R6 met RF 100-400mm IS mee te nemen. Het is een heel draagbare set en prima geschikt voor natuurfoto’s in een weidse polder. Je weet nooit wat je daar tegenkomt.

    Na een kilometer meter voelde ik een onverwachte regendruppel. En toen nog een paar meer. Dus toch regen. Had ik vooraf de buienradar maar gecheckt. Nu hoefde ik dat niet meer te doen, want voor mij zag ik een forse plensbui mijn richting op komen. Mijn regenjack zou me wel behoeden voor een ‘nat pak’, maar dat jasje moest ook onderdak verzorgen voor mijn camera. Want de EOS R6 kan wel tegen een enkele regendruppel, maar de RF 100-400mm f/5.6-8 IS heeft geen ‘weather sealing’. De komende 10 minuten kwam de hemel naar beneden. Voor de natuur een welkom geschenk. Voor mij op dat moment iets minder prettig, maar van een ‘beetje’ regen smelt je niet, zoals mijn vader altijd zei.

    Toen de laatste druppels vielen, zag ik plotseling in de verte een reiger vliegen, die zou gaan landen in een van de weilanden. Een interessant onderwerp en een leuke test voor mijn EOS R6. Maar die zat nog onder mijn jack. Met mijn koude handen kreeg ik eerst de rits niet open, die bovendien gehinderd werd door de halsriem. Toen stropte de lens tegen mijn shirt en moest ik twee pogingen doen om de camera vrij te krijgen. Dit alles kostte fracties van seconden en in een ooghoek zag ik de reiger de landing al inzetten. Snel de camera aangezet en op C1, een aangepaste modus (Servo, Volgen, Auto selectie initiële AF-punt, Snelste ‘motordrive’, C-RAW, Tv=1/500s, Auto ISO, Meervlaks, AWB) die ik speciaal heb gemaakt voor snelbewegende onderwerpen, van vogels tot kleinkinderen. Ik zette de camera aan mijn oog en zag een zwart beeld. Het lenskapje zat er nog op (OMG). Weer kostbare tijd verloren. De reiger had zijn landingsgestel al in paraatheid gebracht toen ik hem in de zoeker te zien kreeg en ik heb toen gewoon op goed geluk de ontspanner ingedrukt gehouden. Pffff.

    Nog steeds balend dat ik zo stuntelend bezig geweest was, keek ik zonder verwachtingen de foto’s op de camera terug. Ik was dan ook uiterst verrast dat de autofocus de vogel beter gezien had dan ik zelf en dat de opnamen allemaal keurig scherp waren. Waanzinnig. Bovendien was het geen reiger, maar een ooievaar, wat het voor een niet-vogelfotograaf zoals ik, nog meer bijzonder maakte.

    Thuisgekomen werd de vreugde nog groter toen ik de foto’s in Lightroom zag. Ze waren wel iets onderbelicht en iets te blauw, maar na fors bijsnijden met een paar ‘slimme’ selecties en handmatige correcties bleef er toch wel een leuk plaatje over. Mede dankzij DeNoise van Topaz, die ruis van de hogere ISO (ISO 640) en ontstaan door het opentrekken van de schaduwen netjes, kon gladvegen zonder al te veel detail te versmeren.

    Wat zou ik van dit uitstapje en deze ‘gelukstreffer’ geleerd moeten hebben? 1. Kijk bij het beoordelen van de weersomstandigheden verder dan een snelle blik uit het raam. Check de buienradar, maar loop ook even naar buiten om te zien of er geen lokale bui hangt en hoe de windrichting is. 2. Neem ook een betere regenjas mee (en waterdichte schoenen) en een goede cameratas. Lijkt onhandig, maar dat laatste kan een ‘life saver’ zijn voor je kostbare spulletjes en je hebt uiteindelijk je camera sneller in de aanslag dan verstopt onder je jas. 3. Controleer vooraf de instellingen van je camera, alsmede accu en geheugenkaartje. En tot slot …… 4. Vergeet het lenskapje niet van de lens te halen. En mezelf kennende nog een persoonlijke les en dat is puntje 5. Vergeet de eerste vier punten niet…..

    Heb jij zelden een ‘lucky shot’ of gebeurt dat regelmatig? Laat het hieronder weten.


  • KeuzeSTRESS = meer van hetzelfde! geplaatst op dinsdag 5 april 2022 07:58:33 door pjcdhaeze

    Laatst had ik een korte mailwisseling met een lezer over de keuze van de ‘beste’ software om ruis te verwijderen (Dfine2, Neat Image, Topaz Denoise, Lightroom, Photoshop, DxO, Luminar etc.). Naar aanleiding hiervan ontstond bij mij meteen een déja vu naar alle vergelijkende tests die ik de laatste 20 jaar gedaan heb van hard- en software. Camera’s, lenzen, printers, RAW-converters, foto-editors, fotoboeken, afdrukcentrales en ook software om te verscherpen en om ruis te verwijderen.

    Meer van hetzelfde
    Alle tests heb ik met volle overtuiging gedaan om de ‘beste’ van iets te vinden en dat soms in een traject van meerdere jaren. En wat ben ik er uiteindelijk wijzer van geworden? Terugkijkend heb ik geleerd dat in bijvoorbeeld de beginjaren van RAW-converters of fotoprinters, bij het relatief kleine aanbod de verschillen groot waren. Er was echt heel duidelijk een ‘beste’ en ‘slechtste’ in de test. Heerlijk. Nooit twijfel.

    Tot het moment dat je merkt dat de kwaliteit van een RAW-converter of van een printer meer afhankelijk is van de kwaliteit van de foto, dan van de kwaliteit van het test-object. Je bent dan aan het pixelpeepen in Photoshop of zit met je neus op het papier om de verschillen te kunnen zien. Na 10 jaar waren de RAW-converters en fotoprinters zo ‘volwassen’ geworden (lees: technisch uitontwikkeld), dat alle ‘verbeteringen’ daarna weinig praktisch toegevoegde waarde hadden. Soms zag je nog wel eens een significante stap vooruit, maar dan toch voor een heel specifieke toepassing. Of je anno 2022 nu RAW-converter (of printer) A, B, C of D gebruikt, het is vaak afhankelijk van de input-kwaliteit van de foto of de kennis van de gebruiker hoe ‘goed of slecht’ ze zijn.

    Cars en camera’s
    Ik heb de ontwikkeling van camera’s en fotografie al eerder vergeleken met auto’s (klik hier), en die vergelijking gaat ook anno 2022 op als het gaat om onnodige ‘keuzestress’. Als jongeling kocht ik in 1985 een sportieve tweedehands auto van een vermaard Italiaans merk. Ik wist meteen al dat ie na een aantal jaren zou gaan roesten en dat hij olie zou verbruiken. Dat was toen helemaal niet vreemd bij ‘oudere’ auto’s van bepaalde merken. Nu zie je echter eigenlijk nooit meer een geroeste auto en olie verliezen doen brandstofauto’s ook niet meer. Eigenlijk is er geen slecht automerk meer en ‘negatieve vibes’ zijn alleen gebaseerd op incidentele slechte ervaringen met een auto of met persoonlijke voorkeur. En omdat je eigenlijk niet meer kunt kiezen op basis van technische kwaliteit, wordt het verschil tussen auto’s tegenwoordig vooral bepaald door een overmaat van opties. Want blijkbaar willen we – ondanks ‘keuzestress’ – bij alles wat we aanschaffen anno 2022 een overdaad aan ‘keuzes’.

    Keuzestress
    Met de toename van het aantal keuzes de laatste 20 jaar is het onderlinge kwaliteitsverschil dus steeds kleiner geworden. En hoewel mensen altijd geneigd blijven tot Ajax/Feyenoord-, Windows/Apple- of Mercedes/BMW-discussies, moet je eigenlijk toegeven dat anno 2022 ook bij hard- en software voor fotografie de verschillen vaak een persoonlijke voorkeur betreffen of alleen betrekking hebben op een heel specifieke taak of handeling.

    Dus in de uitgebreide keuze van de beste software om ruis te verwijderen, moet je een paar demoversies uitproberen, een keuze maken (het kan eigenlijk geen foute keuze zijn) en dat betreffende programma moet je je dan zo goed mogelijk eigen maken voor de beste resultaten. Zo heb je nooit meer keuzestress als het gaat om zaken die al lang op de markt zijn en nagenoeg uitontwikkeld zijn. Er is in objectieve zin zelden meer een echte ‘beste of slechtste’. Wat vind jij?

    Tags: pjcdhaeze

  • ‘Dolly’ geplaatst op maandag 21 maart 2022 11:50:36 door pjcdhaeze

    Op 18 maart jl. was onze verhuizing definitief achter de rug met de notariële overdracht van onze ‘oude’ woon- en werkplek aan de nieuwe bewoners. De downscaling van werk- en opslagruimte van EOSzine was een feit. Van die overgang naar een kleiner kantoor met veel minder ruimte, heb ik in mijn vorige blog al melding gemaakt (klik hier).

    Het was geen eenvoudige taak. Zowel niet door de grote omvang van alle spullen (en ik ben toch echt geen ‘verzamelaar’) als de goede herinneringen aan veel vergeten gereedschap. Na een paar selectierondes weet je echter redelijk snel wat per se mee moet, waarmee je andere fotografen nog blij mee kunt maken, wat naar de kringloper kan en uiteindelijk toch op de milieustraat belandt. Ik kan van elke selectieronde leuke voorbeelden geven, maar in deze blog wil ik me beperken tot een stukje ‘gereedschap’ waar ik zelf redelijk trots op ben en zeker mee moést naar mijn nieuwe kantoor: Dolly.

    Nu ga ik hier niet sentimenteel doen over een etalagepop, maar ik ben wel gehecht geraakt aan haar aanwezigheid. Niet voor de gezelligheid, maar omdat ik haar talenten zelf ontdekt heb in een etalage van Anna van Toor. Ze is voor mij namelijk hét ideale model is om bij tutorials en artikelen over portretfotografie de invloed van licht te laten zien (hard/zacht licht, flitsen met één speedlite) en om het perspectief van verandering van standpunt en brandpunt (de beste portretlens) duidelijk in beeld te brengen.

    Op internet zie je wel meer voorbeelden waarbij etalagepoppen voor educatieve doeleinden worden gebruikt, maar Dolly overtreft deze allemaal omdat ze neutraal van kleur is en heel goed gedefinieerde gelaatsvormen heeft. Als je twee foto’s van Dolly vergelijkt met een net iets andere belichting, dan zie je zelfs het kleinste verschil omdat je niet afgeleid wordt door een subjectieve indruk die je eventueel hebt van haar uiterlijk of door een net iets andere gelaatsuitdrukking.

    Hoewel Dolly bovenaan de lijst stond om te worden verhuisd, is ze uiteindelijk als sluitstuk van het hele verhuistraject in de auto meegegaan. Ik heb haar buiten het ‘verhuisgeweld’ gehouden om beschadiging te voorkomen en ook om ze meteen weer op een vaste plek in mijn nieuwe kantoor te kunnen herinstalleren. Daar staat ze nu weer geduldig te wachten tot de volgende modelshoot. Net als ons huis heeft ook Dolly een updrage gehad. Ik heb een oude beschadiging op haar neus met Typex bijgewerkt en ze heeft een hoed op gekregen. Die had ik tussen allerlei rekwisieten gevonden en vond hem wel flatteus. Ook kan ik daarmee het effect van een hoofddeksel bij portretfoto’s goed illustreren. Ik word wel blij van de make-over.

    Heb jij nog educatieve portretwensen, waar Dolly een rol in kan spelen, laat het dan weten. Dan maken we er weer iets moois van 😉. Ken je Dolly niet of nog niet eerder in actie gezien, bekijk dan onderstaande video’s.


  • Verhuizing EOSzine geplaatst op dinsdag 1 februari 2022 13:28:20 door pjcdhaeze

    Normaal gesproken deel ik geen persoonlijke zaken via mijn blogs op EOSzine, maar soms zijn werk en privé onlosmakelijk met elkaar verbonden. Dus bij deze daarom een beperkte ‘kijkje in de keuken’ van de verhuizing van EOSzine.

    In tegenstelling tot de verwachtingen is de verhuizing van EOSzine geen upgrade naar een groter, nieuwer en moderner pand, maar doen mijn vrouw en ik (de redactie) als 60+ers een stapje terug in werk en in ruimte. Mijn studio, die ik vroeger veelvuldig gebruikte voor opdrachten en workshops, heb ik ingeleverd in onze nieuwe woning. De meeste van de artikelen voor EOSzine kan ik namelijk uitvoeren in een kantoor met twee werkplekken en een opnametafel voor productfotografie en video-opnames. De meeste studio-accessoires zijn verkocht en met één goede flitsset kan ik nu nog leuke portretten voor familie en vrienden schieten. De meeste ruimte wordt nog ingenomen door mijn prachtige en dierbare PRO-2000 printer van Canon. Want mooie foto’s verdienen het om op groter formaat mooi afgedrukt te worden. Toch?

    Over het algemeen zul je als lezer dus niet veel merken van de fysieke verhuizing van EOSzine. De testfoto’s blijf ik maken van dezelfde testcase. En mijn model ‘Dolly’ staat nog steeds geduldig in de hoek van het kantoor te wachten tot ik haar hulp nodig heb.
    Alleen de praktijkfoto’s die ik maak om camera’s en lenzen te testen zullen veranderen, want behalve werkruimte is ook onze woonomgeving veranderd. Geen ganzen, maar zwanen. Geen drukke straten, maar buitengebied. Minder urban, meer natuur.

    Hopelijk zijn we in de loop van maart weer helemaal ‘up and running’, zodat de frequentie van de artikelen en video’s weer op het oude peil komt. Tot die tijd graag nog even geduld, want bij een verhuizing komen toch ook altijd kleine onvoorziene zaken kijken die in orde gemaakt moeten worden.


  • 1/60s (of 1/50s). Een grenswaarde? geplaatst op woensdag 13 oktober 2021 14:01:09 door pjcdhaeze

    De laatste tijd ben ik veel met fotografieonderwerpen bezig, waarbij de sluitertijd een bepalende rol speelt. Het valt me op dat ik daarbij redelijk vaak de 'grenswaarde' van 1/60s (of 1/50s) tegenkom. Wanneer en waarom is dat eigenlijk?

    Onderwerpen
    In de reeks van sluitertijden is 1/60s een markante waarde en kan een significante grenswaarde zijn in het welslagen van je foto’s. Denk hierbij aan de onderstaande punten die we kort zullen bespreken.

    ● Bewegingsonscherpte onderwerp tijdens reportage
    ● Anti-flikker
    ● Sluitertijd bij filmen met 30 fps
    ● Sluitertijd bij reportageflitsen
    ● Natuurlijke beweging stromend water

    Bewegingsonscherpte
    Als je mensen en dieren in beeld hebt, dan wil je in veel gevallen bewegingsonscherpte van het onderwerp voorkomen door een voldoende korte sluitertijd. Bij sport en actie zijn die sluitertijd 1/500s of korter, maar als je op reportage bent met mensen die zitten of staan of dieren die liggen, dan kan die sluitertijd een stuk langer zijn. In de loop van de jaren hebben we gemerkt dat 1/60s daarbij de bovengrens is. Als iemand met die sluitertijd aan het praten is, dan zie je geen storend bewegingsonscherpte. Bij 1/30s zou dat wel het geval zijn. Beweegt iemand zijn hand, dan geeft dit bij 1/60s een zekere dynamiek en bij langere sluitertijden wordt het een vage veeg.

    Dus mocht je op reportage zijn, let dan goed op dat je de sluitertijd niet langer laat worden dan 1/60s. Kies dan een groter diafragma of een hogere ISO. Besef bovendien dat beeldstabilisatie van camera en/of lens geen invloed heeft op bewegingsonscherpte van het onderwerp. Natuurlijk kun je bij een brandpunt van 35mm een foto bij 1/10s scherp uit de hand nemen, maar dan moet alles in het kader wel volledig stil staan.

    Anti-knipper
    Hoewel met het menselijk oog zelden zichtbaar, knipperen sommige kunstlichtbronnen met de frequentie van het lichtnet. In Europa is dat 50Hz en in Amerika bijvoorbeeld 60Hz. Dus 50 of 60x aan/uit per seconde. Als je in deze omstandigheden een sluitertijd gebruikt korter dan 1/50s of 1/60s dan kan de uniformiteit van helderheid en kleuren over de gehele foto verschillen. Dat wordt dan zichtbaar in banden donker/licht of met kleurzwemen (klik hier). Als je dat knipperfenomeen wilt corrigeren, activeer dan de anti-knipperfunctie op je camera of fotografeer met sluitertijden van 1/60s of langer. Dat geldt ook voor filmen.

    Filmen
    Als je de belichting van het filmen met je EOS zelf wilt regelen, dan wordt als sluitertijd de helft van de framerate van de video geadviseerd. Dus film je in 4K met 25 fps (PAL, Europa) of 30 fps (NTCS, Amerika), dan kies je als sluitertijd respectievelijk 1/50s of 1/60s. Dus ook hier speelt 1/60s een belangrijke rol. Wil je meer weten over video-instellingen, klik dan hier en hier

    Reportageflitsen
    Als je binnen met een Speedlite op je camera een reportage gaat flitsen, dan is 1/60s vaak een goede uitgangswaarde voor de sluitertijd. Hij is redelijk lang zonder dat dit bewegingsonscherpte teweegbrengt en bij weinig licht kan die 1/60s - samen met een vast diafragma van f/4 of f/5.6 - de hoogte van de ISO beperken. Wil je meer weten over flitsinstellingen, lees dan het betreffende artikel op EOSzine (klik hier).

    Vloeiende water
    Met een sluitertijd van 1 seconde kun je stromend en golvend water gladstrijken. Met sluitertijden korter dan 1/1000s kun je druppels van een fontein of waterval bevriezen. Glad water of losse druppels zie je echter met het menselijk niet. Het zit er meer tussenin. Als je bij een fontein goed oplet naar de scherpte/onscherpte van de stralen en je gaat de sluitertijd variëren, dan zul je bij 1/60s zien dat de beweging op de foto overeenkomt met hoe je het met je ogen ziet. Zou het toeval zijn dat 1/60s (of 1/50s) hier weer een belangrijke sluitertijd is.

    Samenvatting
    Het zal waarschijnlijk toeval zijn dat ik de laatste tijd zo alert ben op 1/60s (of 1/50s). Toch zie je dat het bij veel onderwerpen wel een belangrijke grenswaarde is. Weet jij nog andere voorbeelden?


  • De nieuwe zonsondergang geplaatst op maandag 4 oktober 2021 14:13:32 door pjcdhaeze

    Gisterenavond zagen mijn vrouw en ik tijdens het uitlaten van de hond een schitterend gekleurd wolkendek van de ondergaande zon die de hemel in vuur en vlam zette. Als in een soort reflex pak ik dan mijn telefoon om dit kleurenspektakel vast te leggen, zodat ik er later nog eens rustig van kan nagenieten. Want meestal duurt een dergelijk fenomeen namelijk niet langer dan enkele minuten.

    Onderstaand zie je het resultaat van het ‘kijk-klik-klaar’-kiekje en mijn telefoon aarzelt daarbij niet om de kleurenpracht nog een tandje te versterken. Het is natuurlijk geen wereldfoto, maar voor dat moment met de camera die je altijd bij de hand hebt – je telefoon – is het voor mijn herbeleving prima.

    Toch ontbreekt er iets op deze foto. En dan heb ik het niet over de kadrering. Wat is het dan? Zelf had ik tot gisteren het antwoord op deze vraag niet kunnen geven, als ik niet getuige was geweest van hoe je in 2021 een zonsondergang wél ‘goed’ fotografeert. Dat doe je namelijk als de jongedame die we verderop op het balkon zagen staan met haar rug naar de vurige lucht gekeerd. Benieuwd naar wat ze ging doen, pakte ze haar telefoon, zette hem in de selfie-stand en fotografeerde dezelfde lucht die wij zagen, maar dan met haar zelf in de ‘hoofdrol’. Zo maakt ze van het dertien in een dozijn plaatje dat ik schiet, een unieke opname, want die zonsondergang legt niemand zo persoonlijk vast als zij dat deed.

    Gaaf, toch? En op zo’n moment merk je ook meteen dat je onderdeel uitmaakt van ‘de oude garde’, die alleen achter de camera staat en niet ook ervoor. 😉 Hoe fotografeer jij een zonsondergang?


  • 'Onuitlegbaar' geplaatst op woensdag 9 juni 2021 10:13:12 door pjcdhaeze

    Tot voorkort behoorde ‘onuitlegbaar’ niet tot mijn parate woordenschat en ook in de laatste papieren versie van de Van Dale ontbreekt dit begrip. Het is echter onlangs in de media opgedoken en is wat mij betreft een ‘geschenk uit de hemel’ voor een probleem waar ik al enkele jaren mee worstel: het uitleggen van het begrip kleurruimte (sRGB, AdobeRGB, ProfotoRGB) bij het werken met digitale foto’s.

    Nu is de theorie van kleurruimtes in zijn basis niet zo moeilijk (klik hier, 2009. klik hier, 2018), maar de hoofdbrekens ontstaan pas als je er praktisch mee gaat werken en moet relateren aan de invloed van bijvoorbeeld de kleuromvang van beeldscherm of printer of de keuze van de RAW-converter. Dan komen plotseling heel veel praktische parameters om de hoek kijken, die allemaal een rol spelen in hoe je de verschillen tussen sRGB en AdobeRGB (en ProfotoRGB) gaat ervaren.

    Bekijken in Photoshop op wide gamut monitor om de verschillen 'echt' te zien.
     

    Er spelen dan zoveel facetten een rol, dat het onderwerp van kleurruimtes welhaast ‘onuitlegbaar’ wordt. In de basis wel te verklaren, maar in de praktijk niet of nauwelijks uit te leggen. Hieronder een (niet-uitputtend) overzichtje van de factoren die invloed hebben op ‘kleurruimte’, die elk op zich wel te begrijpen zijn, maar in hun samenhang een zeer complex geheel kunnen worden:

    • Kleuromvang van het onderwerp
    • Lichtspectrum bij opname
    • JPEG of RAW
    • Instellingen op camera (beeldstijl, kleurruimte)
    • Basisweergave DPP of Lightroom
    • Keuze cameraprofiel
    • Keuze kleurruimte
    • Exporteerinstellingen
    • Kleuromvang beeldscherm
    • Kalibratie beeldscherm
    • Weergave in browser of Photoshop
    • Kleurinstellingen in Photoshop
    • Compressie van YouTube
    • Kleuromvang van printer en van papier
    • Keuze printprofiel
    • Rendering intent Percetueel of Relatief colorimetrisch
    • Kleurbeheer Windows of Mac
    • Lichtspectrum bij beoordeling
    • ....... 

    Reden voor deze blog is een gesprekje afgelopen weekend met een fotograaf over het fotograferen van klaprozen en mijn intentie om naar aanleiding daarvan een ‘allesverklarende’ video te maken over het ‘rood’ van een klaproos. Dat is achteraf gezien naar mijn mening niet gelukt, maar ik heb de video wel online gezet met de vraag of deze clip de materie van kleurruimtes verheldert of juist nog meer ‘onuitlegbaar’ maakt. Wat vind jij? Laat dat hieronder weten. Alvast bedankt.


  • Van telefoonfoto naar fake/fine-art geplaatst op zondag 4 april 2021 11:35:58 door pjcdhaeze

    Landschapsfotografie laat ik graag aan de experts over, zoals Bas Meelker (klik hier), Johan van de Watering (klik hier), Arjen Noord (klik hier) of Tony Vingerhoets (klik hier). Dat is ook een van de redenen geweest dat mijn EOS R6 en EF 16-35mm f/4L IS laatst zijn thuisgebleven, toen we voor een wandeldagje naar de kust zijn geweest.

    Van telefoonfoto (boven) naar fine art (onder). Klik voor 100% vergelijking. 

    Telefoonfoto’s
    Dat wil overigens niet zeggen dat ik niet van landschappen kan genieten, want wandelen over het strand en door de duinen levert prachtige vergezichten op, van het eerste zonlicht tot na zonsondergang. En hoewel genieten van uitzichten – volgens mijn vrouw – prima mogelijk is zonder camera, kan ik dan toch de verleiding niet weerstaan om tijdens zo’n wandeling steeds mijn telefoon tevoorschijn te halen om snel een speciaal moment of bijzondere beleving vast te leggen. En eerlijk gezegd doet zo’n telefoon dat helemaal niet zo slecht. Ik stel niets in, houd de telefoon op armlengte en knip een paar kiekjes, waarbij de plaatjes – dankzij allerlei slimme automatische bewerkingen – soms verrassend goed het gevoel van dat moment weten vast te leggen als je ze terugkijkt op je telefoob. Zo kun je zo’n heerlijk dagje uit toch nog eenvoudig herbeleven en eventueel ook delen.

    Bewerken
    Mijn telefoon kan in het nieuwe bestandsformaat HEIC opnemen en dat geeft je iets meer ‘ruimte’ om foto’s te bewerken, wat ik dan ook niet kan laten door ze in Lightroom te importeren. Eigenlijk doe ik dat tegen beter weten in, omdat ik ondertussen heb ervaren dat telefoonfoto’s op 100% in Lightroom of Photoshop technisch de nodige mankementen vertonen (ruisonderdrukking, compressie-artefacten, banding in gradaties) en zeker geen ruimte geven voor een verliesloze nabewerking. Dus daarom ben ik eens anders aan de slag gegaan, waarbij de opzet was om in Lightroom ‘vuile’ kleuren en artefacten te versmeren en het contrast en de verzadiging zodanig aan te passen dat er een soort ‘fine art’-beelden zouden ontstaan. Hoe dat proces in zijn werk gegaan is, kun je in deze clip zien (klik hier). Het eindresultaat zie je hieronder. Persoonlijk vind ik het wel iets hebben en sluit het ook wel enigszins aan bij de rust en – redelijk zeldzame – windstilte die we die dag ervaren hebben. Ook is hij nu meer geschikt voor print op groter formaat, zelfs op fine art-papier.

    Van telefoonfoto (links) naar fine art (rechts). Klik voor 100% vergelijking.  

    Voor mij heeft bovenstaande ‘foto’ wel het hoge Zen-gehalte waar ik naar op zoek was. Maar wat vind jij van deze stijl? Is het ‘fine art’ of is het ‘fake art’? Wil je deze 'stijl'-methode ook op andere strandfoto's toegepast zien, klik dan op onderstaande afbeelding.


  • Teveel foto's! geplaatst op donderdag 15 oktober 2020 12:45:19 door pjcdhaeze

    Zoals je misschien al weet heb ik eind augustus met enige weemoed afscheid genomen van mijn trouwe EOS 5D mark IV als hoofdcamera. Tijd voor ‘A New Kid In Town’ en sindsdien heeft de EOS R6 zijn vaste plaats overgenomen in mijn fototas. Hoe mijn ervaringen zijn met deze spiegelloze full-frame camera kun je lezen in een artikel op EOSzine (klik hier).

    Teveel foto’s
    Je zult aan de toonzetting van het genoemde artikel merken dat ik behoorlijk enthousiast ben over de mogelijkheden, bediening en beeldkwaliteit van de EOS R6 (review). Op sommige puntjes even wennen, maar na anderhalve maand ben ik volledig vertrouwd.

    En hoewel ik dus heel blij ben met deze nieuwe camera, verschijnt er toch af en toe een frons op mijn voorhoofd. Ik merk elke keer dat ik thuiskom van een sessie (landschap, architectuur, portret) dat ik voor mijn doen veel, heel veel foto’s gemaakt heb. Veel meer dan met mijn EOS 5D mark IV. Bovendien zijn er bij portretreportages duidelijk meer foto’s precies goed in focus, daar waar mijn EOS 5D mark IV wel een neus ‘pakte’ in plaats van een oog. Ik moet dus veel meer foto’s downloaden, moet uit veel meer opties kiezen en kan minder foto’s ‘weggooien’. En omdat ik altijd in RAW werk, ben ik dus langer bezig in Lightroom en zie ik door de toename van het aantal ‘keepers’, dat de sessies meer opslagruimte in beslag nemen. Natuurlijk zijn meer en betere foto’s een luxeprobleem, maar voor iemand die ooit begonnen is met een digitale camera met alleen 2 MB interne opslag en met een PC met een harde schijf van 200 MB, zijn sessies van 250 foto’s (5 GB) toch best wel fors.

    Waarom eigenlijk meer foto’s?
    Je zult je waarschijnlijk afvragen waaróm ik nu meer foto’s maak met mijn EOS R6 dan vroeger met de EOS 5D mark IV. Bij landschap, maar vooral bij architectuur, schiet ik altijd automatische trapjes (drie foto’s) en bij de EOS 5D mark IV ook altijd vanaf statief. Vooral dat werken met statief ‘beperkt’ in een zekere zin het snel spontaan kiezen van een iets ander of creatiever standpunt. Dus ben ik ‘trapjes’ uit de hand gaan fotograferen met de EOS R6. Met 12 fps (trapje in een kwart seconde), de interne beeldstabilisatie én het variangle lcd-scherm is het resultaat van statiefkwaliteit en kan ik ze vlekkeloos monteren in Lightroom tot een HDR. Ik betrap mezelf erop dat ik als een ‘kijk-en-klik’-fotograaf trapjes loop te schieten. Klik-klik-klik. Klik-klik-klik. Klik-klik-klik. En dan gaat het rap met het aantal foto’s. En dan heb ik het nog niet over het eventueel maken van automatische scherpsteltrapjes (klik hier).

    Een tweede ‘fotovreter’ is de motordrive van 12 fps in combinatie met de gezichtsherkenning. Zowel op het LCD als in de EVF, dus je bent altijd paraat als er een mens (of dier) in beeld komt. Toen ik laatst mijn kleindochter van 2 jaar een kwartiertje ‘op de korrel’ nam, was ik al snel 250 foto’s verder. Sommige reeksen lijken dan wel een frame-serie van een film. En eigenlijk zijn die 250 foto’s niet het grootste probleem, maar het feit dat ze voor 95% allemaal in focus zijn. Dan moet je dus uit 240 scherpe foto’s kiezen, waarbij de verschillen in pose en uitdrukking minimaal zijn, maar toch relevant. En omdat je geen 240 foto’s met je dochter wil delen, moet je daaruit dan een selectie maken van maximaal tien stuks. Dat is pas echt een tijdrovende klus. Zoals gezegd een luxeprobleem en mijn vader zou gezegd hebben “beter mee verlegen, dan om verlegen”, maar toch.

    Als blije fotograaf mag ik dus niet klagen over teveel goede foto’s, maar het ‘grote’ aantal foto’s is voor de overstappende DSLR-fotograaf misschien toch wel een puntje van aandacht. Wat zijn jouw ervaringen? Laat het me hieronder weten.


  • Computational Photography geplaatst op woensdag 1 juli 2020 13:51:55 door pjcdhaeze

    Het is waarschijnlijk vanwege mijn technische achtergrond dat ik een meer dan gemiddelde interesse heb in de toekomst van fotografie. Fotograferen we over 10 jaar nog ter plaatse met een camera en lens of maak je dan vanachter je computer foto’s? Zal het dan nog steeds nodig zijn om fysiek op de juiste plaats op de juiste tijd aanwezig te zijn voor een zonsondergang of komt dat dan allemaal uit de 'digitale hoge hoed'? Worden passie en beleving vervangen door 'enen en nullen'?

    Toen ik in de vorige eeuw voor de eerste keer met het kloonpenseel een vlekje wegwerkte op een gescande foto, wist ik niet wat er ruim 20 jaar later allemaal mogelijk zou zijn. Lange tijd is het kloonpenseel het enige gereedschap geweest om een foto aan te passen. Ook kon je natuurlijk elementen van meerdere foto’s tot een nieuw beeld samenstellen. Maar echt intelligent was het tot 10 jaar geleden eigenlijk niet zo. Dat veranderde toen we in Photoshop het Patch- en Move-tool ter beschikking kregen. Een persoon iets naar links zetten of een wolkje erbij in de lucht, was geen probleem meer.

    Adobe is sindsdien nog verder gegaan in de vorm van cloud computing. Gebruik je bij alle compositiegereedschappen onderdelen van de bestaande foto, bij cloud computing geef je aan dat je bijvoorbeeld een boom op de voorgrond van een landschapsfoto wilt vervangen door een rotsblok en vervolgens gaat de software in een online beeldbank op zoek naar een rotsblok met vergelijkbare lichtomstandigheden. Deze wordt automatisch naadloos in de bestaande foto gemonteerd en iedereen zal geloven dat er een rotsblok lag in plaats van een boom. Zoek maar eens op YouTube met de opdracht Adobe Sensei en je zult mooie staaltjes van kunstmatige intelligentie (Ai) zien.

    Nvidia (bekend van videokaarten) gaat nog een stap verder met Ai en heeft het over neurale netwerken bij hun project GauGAN. Daarmee kan van een abstract tekeningetje eenvoudig een realistisch beeld gemaakt worden. Kijk maar eens naar deze clip hoe eenvoudig dat is. Je hoeft dan niet meer naar de Alpen om een berglandschap te ‘fotograferen’.

    Bovenstaande voorbeelden zijn voor mij – de gewone fotograaf – allemaal nog een ‘ver van mijn bed show’, maar computational photography komt toch langzaam dichterbij. Iedereen kan namelijk op dit moment een lucht vervangen in Luminar 4 van Skylum, waarbij het resultaat nauwelijks van echt te onderscheiden is. Luminar vervangt niet alleen de lucht, maar past ook de hele sfeer van de foto aan. Een zonnig kiekje op het middaguur tover je met een muisklik om tot een zonsopkomst in de vroege uurtjes. Zo hoef je nooit meer vroeg je bed uit. Kijk maar eens naar de mogelijkheden van Luminar 4 op het YouTube-kanaal van Skylum (klik hier).

    David Bergman van Adorama TV maakte me attent op Set.a.light 3D van Elixxier Software (klik hier). Een programma om virtuele studiofotografie mee uit te voeren (klik hier). Ik heb een proefversie geïnstalleerd en heb ademloos ervaren hoe je op je beeldscherm in real time niet alleen de achtergrond, flitsers, camera en lenzen en props kunt aanpassen, maar ook de outfit, styling, visagie en pose van het model – letterlijk – tot in de puntjes kunt regelen. Allemaal levensecht.

    Natuurlijk zie je in het eindresultaat nog wel iets kunstmatigs in het portret, maar het zal niet lang meer duren voordat de ogen werkelijk gaan spreken en niet meer van echt te onderscheiden zijn. Als dat zo is, is er dan nog wel werk voor studiofotografen en modellen?

    De conclusies bij de verschillende voorbeelden zijn natuurlijk een beetje kort door de bocht en vooral beschouwd vanuit een technische hoek, maar zal fotografie de komende decennia gaan veranderen? Zullen de passie en beleving om met een camera in het veld je verhaal te vertellen vervangen worden door de 'kilte van een viruele wereld'? Hoe denk jij hierover?

    P.S. Weet je overigens een goede Nederlandse vertaling voor computational photography? Laat het me dan weten.


  • Fotograferen: doelgericht en spontaan? geplaatst op dinsdag 19 mei 2020 14:05:21 door pjcdhaeze

    Laatst heb ik op verzoek van enkele YouTube-abonnees een soort koopwijzer geschreven over de keuze tussen de EOS 250D en EOS M50 (klik hier). En eerlijk gezegd is dat niet zo eenvoudig. Ik kan redelijk eenvoudig een fotograaf persoonlijk adviseren over welke camera het beste aansluit bij zijn wensen, budget en soort fotografie, maar een algemene ‘koopwijzer’ is veel moeilijker. Het zijn beide prima camera’s voor de ‘doorstappende’ fotograaf, maar of je A of B kiest is geheel afhankelijk van de eerder genoemde drie aspecten.

    Een extra moeilijkheid was verder dat de camera’s voor wat betreft technische specificaties bijna identiek zijn en bovendien met een allround zoomlens (EF-S 18-135mm of EF-M 18-150mm) nagenoeg even duur zijn (ca. 850 euro). Door de vormfactor (DSLR versus MILC) zijn het echter toch wel heel verschillende camera’s als je ze in je handen hebt en er mee gaat fotograferen. Maar wat is nou dat verschil? En hoe leg je dat uit aan iemand die de camera’s niet naast elkaar kan gebruiken?

    Toen ik daar onder de koffie – als een soort interne brainstorm – in mezelf over zat te mompelen, zei mijn vrouw uit het niets ‘doelgericht fotograferen’. Doelgericht. Dat was het woord waar ik naar op zoek was. Want een camera kun je op twee manieren gebruiken: doelgericht en spontaan.

    Onder doelgericht versta ik dat je nadenkt over een bepaald onderwerp en dan speciaal op pad gaat om dat vast te leggen met je camera. Je trekt dan met je camera het veld in naar een strand, bos, klaprozenveld of gaat aan de slag in de studio. Bewust foto’s maken is bij doelgericht fotograferen de hoofdzaak met ‘genieten’ op een goede tweede plaats.

    Als tegenhanger van ‘doelgericht’ zie ik dan ‘spontane fotografie’. Je hebt een barbecue, gaat naar een pretpark of op stedentrip en je neemt - voor het geval dat - ook nog een camera mee (anders dan je telefoon). Als er een leuk onderwerp voor je lens komt, maak je een foto, maar ‘genieten’ komt eigenlijk op de eerste plaats. Bij ‘spontane fotografie’ ben je eigenlijk op reportage en maak je foto’s van wat je beleeft en ziet.

    Ik heb op basis van deze twee soorten fotografie een arbitrair lijstje gemaakt, waarbij ik de EOS 250D meer kwaliteiten toedicht voor het doelgerichte werk en de EOS M50 meer zie voor spontane fotografie.

    Nu rijzen er twee vragen waar ik je hulp voor nodig heb:
    1. Heb ik het wiel voor de tweede keer uitgevonden en bestaan de categorieën ‘doelgericht’ en ‘spontaan’ al veel langer onder een andere naam en zijn er misschien ook nog andere klassen?
    2. Hoe zou jij de lijstjes in- of aanvullen?

    Laat het me weten. Ik laat me graag verrassen 😉

    Pieter Dhaeze


  • Blijf fotograferen! geplaatst op maandag 16 maart 2020 08:43:29 door pjcdhaeze

    EOSzine is niet de plaats waar we ingaan op actuele ontwikkelingen in onze mondiale samenleving. Toch wil ik hier bij deze mijn steun betuigen aan iedereen die momenteel op enigerlei wijze, direct of indirect, de gevolgen ondervindt van de huidige Corona-situatie.

    Gelukkig is EOSzine een virtueel platform, waar je als fotograaf altijd en onbezorgd terecht kunt voor interessante artikelen en nuttige videoclips. Misschien is het juist nu de tijd om eens door onze sitemap te bladeren, zodat je je gedachten kunt verzetten en tegelijkertijd je kennis kunt verdiepen.
    Of ga anders lekker met je camera aan de slag in huis of in de tuin, waarbij je probeert de dingen van alledag – van een vallende druppel tot ontluikende bloesem – op jouw manier in beeld te brengen. Dat maakt je hoofd leeg en laat je glimlachen en genieten. En daar is nog nooit iemand ziek van geworden. Fotografie heeft al vaker bewezen voor veel ‘kwalen’ een goede therapie te zijn.

    Dus blijf fotograferen en wij blijven artikelen plaatsen. En heb je een vraag over je camera, over instellingen voor een bepaalde onderwerp of over beeldbewerken (Lightroom/Photoshop), laat het ons dan weten (klik hier).

    Ik wens iedereen nogmaals sterkte in deze complexe tijd.

    Pieter Dhaeze


  • Jaaroverzicht 2019/2020 geplaatst op vrijdag 3 januari 2020 12:27:03 door pjcdhaeze

    Aan het begin van elk nieuw jaar kijk ik altijd even terug op de nieuwe camera’s en lenzen van Canon van het afgelopen jaar en naar mijn eigen nieuwe aankopen. Ook is het leuk om bij deze beschouwing even in de glazen bol te kijken wat we het komende jaar zóuden kunnen verwachten. Met de nadruk op zouden, want we hebben als EOSzine geen enkel inzicht in de productlanceringen van Canon.

    Canon
    Het lijstje met in 2019 nieuw geïntroduceerde camera’s en lenzen van Canon is behoorlijk indrukwekkend. Ze hebben duidelijk niet stilgezeten met zeven nieuwe camera’s en zes nieuwe lenzen, waarbij het zwaartepunt ligt bij het nieuwe EOS R-systeem. Dat is niet echt verrassend, want spiegelloze systeemcamera’s zijn net zo iets als elektrische auto’s met zo hun eigen voor- en nadelen en met heel veel media-aandacht. Als je wilt weten hoe het in de praktijk is met een spiegelloze camera, lees dan de blogs van Arjen, Teuni en ondergetekende.
    • EOS M200
    • EOS 90D 
    • EOS M6 mark II 
    • EOS RP 
    • EOS 250D 
    • PowerShot G7X mark III 
    • Powershot G5X mark II

    Over de nieuwe RF-lenzen kunnen we kort zijn. Stuk voor stuk juweeltjes van optica en ontwerp, maar wel met een stevig prijskaartje en soms ook behoorlijk lijvig. Voor de vrijetijdsfotograaf zijn de RF 24-105mm 4L IS, de RF 35mm 1.8 IS en de RF 24-240mm 4-6.3 IS echter heel interessant geprijsde objectieven voor zowel de EOS R als EOS RP.
    RF 15-35mm 2.8L IS 
    RF 24-70mm 2.8L IS 
    RF 70-200mm 2.8L IS 
    RF 24-240mm 4-6.3 IS 
    RF 85mm 1.2L 
    • RF 85mm 1.2L DS

    Mijn gereedschap
    Eerlijk gezegd kan ik al enkele jaren prima uit de voeten met mijn EOS 5D mark IV, EOS 80D en PS G7X. In combinatie met een leuke range L-lenzen kan ik elk onderwerp naar wens in beeld brengen. In 2019 heb ik dan ook geen nieuwe camera of lens aangeschaft. Mijn all-time droomlens blijft de EF 200mm 2L IS, maar dat zal altijd wel een droom blijven 😉.

    Toch heeft mijn fotogereedschap wel verandering ondergaan in 2019. Ten eerste omdat mijn nieuwe telefoon met drie lenzen en slimme processing een ‘snapshot’-gat vult. Ik heb namelijk niet altijd mijn PowerShot G7X op zak, maar dankzij mijn telefoon maak ik nu meer spontane foto’s van mijn kleinkinderen en tijdens het uitlaten van de hond. Verschillende van deze telefoonfoto’s belanden aan het eind van het jaar toch in een fotoboek.

    Ook heb ik van Canon de EOS RP met de RF 24-105mm 4L IS in bruikleen gekregen, zodat ik vertrouwd kan raken met fotograferen met een spiegelloze systeemcamera. En ik moet zeggen: ‘it grows on me’. De ‘bedenkingen’ die ik aanvankelijk had (EVF, snelheid, AF, accuduur) zijn in het dagelijks gebruik geen beperkingen meer voor goede all-roundfotografie en na een half jaar (en firmware-updates) kan ik iedere vrijetijdsfamiliefotograaf een EOS RP/R met RF 24-105mm 4L IS aanbevelen, zeker nu de prijzen een flink stuk zijn gedaald en er interessante cashbacks zijn (tot 15/1/2020).

    Glazen bol 2020
    In 2020 staan verschillende grote sportevenementen op het programma, zoals het EK-voetbal en de Olympische Spelen in Tokyo. Dat laatste heeft natuurlijk de volle aandacht van Canon: een global sportevent in thuisland Japan. In het kader daarvan heeft Canon al de EOS 1DX mark III aangekondigd. Dat is natuurlijk een pure pro-sportcamera, maar hopelijk is er ook een spin-off voor de vrijetijdsfotograaf, zoals een EOS R met hoge resolutie (>75Mp), een EOS 5D mark V of een EOS R mark II. Dit is natuurlijk allemaal ‘koffiedikkijken’, maar voor de pro’s en de techneuten onder ons zeker interessante camera’s. Bovenaan mijn wensenlijst staat echter de introductie van ‘slimme’ software in systeemcamera’s, die in toenemende mate succesvol wordt toegepast in telefoons. Ook stembesturing zou zeer welkom zijn, alsmede een ingebouwde e-SIM voor nog gemakkelijker delen van foto’s. O, bijna vergeten: een drone van Canon. Dat zou gaaf zijn!

    Voor wat betreft lenzen blijft mijn hoop gevestigd op meer kleine en lichtsterke lenzen voor het EOS M-systeem. Een topcamera als de EOS M6 mark II zou daarmee een nog interessanter systeem worden voor hoogwaardige reportage- en reisfotografie.

    Samenvatting
    Als fotografen (pro en vrijetijd) hebben we anno 2020 technisch gesproken maar weinig te klagen. Dankzij het huidige assortiment camera’s en lenzen kunnen we nu foto’s maken, die 20 jaar geleden voor onmogelijk werden gehouden. Je kunt geen onderwerp verzinnen of er is wel een camera of lens, waarmee dat relatief eenvoudig vastgelegd kan worden.

    De grootste winst bij ontwikkeling van nieuwe camera’s de komende jaren ligt mijns inziens vooral op het vlak van software, beeldprocessing en bediening. Eigenlijk zou Canon eens met Google, Apple en/of Adobe aan tafel moeten gaan zitten 😉.

    Uiteraard nog de beste wensen. Maak veel mooie foto’s in 2020 en tot volgend jaar voor de volgende ‘terugkijk’-blog!


  • Stembesturing geplaatst op dinsdag 3 december 2019 14:12:26 door pjcdhaeze

    Soms zit ik wel eens te mijmeren over camera’s en fotografie, maar dan gaat dat in alle stilte en praat ik (nog) niet tegen mezelf. Er zijn echter momenten dat ik wél praat zonder dat er mensen in de buurt zijn. En wel in toenemende mate. Dat is dan niet tegen de spreekwoordelijke ‘tafelpoot’, maar tegen een slim apparaat.

    Mijn eerste ‘gesprek’ met een niet-mens was in mijn auto toen ik mijn carkit woordelijk opdracht gaf iemand te bellen. Dat is lange tijd mijn enige digitale gesprekspartner geweest. Tot mijn telefoon een slimme assistent kreeg. Veel mensen zullen die niet gebruiken, maar ik ben duidelijk fan. Ik hoef dan niets in te typen in Google, maar kan fonetisch de naam van een popartiest of locatie inspreken. Spelfouten maken is verleden tijd. Zo’n virtuele assistent moet nog veel leren - zegt ze zelf ook - maar 90% van de gesproken opdrachten verstaat ze feilloos. Zowel in het Nederlands als in het Engels.
    Onder het motto ‘gemak dient de mens’ is met de komst van een slimme speaker in onze woonkamer het praten met een apparaat een dagelijkse bezigheid geworden. Hey Google, speel Radio 1. Hey Google, hoe oud is Paul McCartney? Hey Google, speel een film op Netflix. Hey Google, stel een timer in van 1 uur. Hey Google, doe het licht uit. Hey Google, wat wordt het weer vandaag? Hey Google, ……

    Tijdens een van mijn mijmeringen bedacht ik me ineens dat het eigenlijk ook wel handig zou zijn als ik mijn camera gesproken opdrachten kon geven. Hey EOS, neem een foto. Hey EOS, ISO 800. Hey EOS, stopje lichter. Hey EOS, zelfontspanner 2s. Hey EOS, stuur foto naar telefoon. Hey EOS, stel scherp op Jan.
    Je hoeft dan de camera niet van je oog te halen (alle aandacht voor het onderwerp). Je hoeft niet meer door menu’s te bladeren (lekker snel). Je kunt zelf gezichten benoemen (handig). En je kunt je camera op afstand bedienen. Bijvoorbeeld bij een groepsselfie of zelfs nog wanneer de camera op je buik hangt of in je fototas zit.

    Hoewel er aan stembesturing van camera’s waarschijnlijk diverse ‘haken en ogen’ zullen zitten, lijkt het me technisch toch geen ‘rocket science’ om een systeemcamera ‘oren’ te geven. Misschien een idee voor Canon? En wat vind jij ervan? Laat het ons weten.


  • Blog-'angst' geplaatst op maandag 25 november 2019 09:51:15 door pjcdhaeze

    Het is al een tijdje geleden dat ik een blogje geschreven heb. Niet omdat ik het daarvoor te druk had of dat er niet belangwekkends te vertellen is. Nee, de absentie is vooral te wijten aan de aard van de onderwerpen waarover ik mijn licht zou willen laten schijnen. Die onderwerpen liggen soms nogal gevoelig en zijn al snel aanleiding voor zwart-wit-‘discussies’ en het toeschuiven van de ‘Zwarte Piet’. Alleen al de vorige zin heeft anno 2019 zoveel lading, dat ik twijfel of ik dit zo had kunnen formuleren. Je moet tegenwoordig heel erg oppassen waarover je schrijft en dat zorgt bij mij dus voor een soort blog-‘angst’. Want ik schrijf blogs om te inspireren, maar niet om bewust te provoceren en daarmee zoveel mogelijk clicks te krijgen.

    Het probleem met onderstaande onderwerpen is niet zozeer de inhoud van die onderwerpen. Daarover kun je tijdens een feestje of visite prima onderling (met hoorbare intonatie en zichtbare lichaamstaal) van gedachten wisselen zonder dat dit tot wrijving leidt, maar dan moet die discussie niet op internet plaatsvinden. Dus geen anonieme reacties op de social media of op fora van blogsites, die dan vervolgens zonder context overgenomen worden door de nieuwsmedia, waardoor ‘elke mug een olifant’ wordt en iedereen met een eigen mening op zijn tenen gaat lopen.

    Dus ik ga het niet hebben over:
    • Handmatig belichten
    • Belichten op rechts
    • UV-filter
    • AF-ON knop
    • Lenskalibratie
    • Professionele foto
    • Fotografie en klimaat
    • Adobe-software
    • De macht van clicks en likes
    • ...... 

    In plaats van mijn hoofd te breken over ‘moeilijke’ blogs, ga ik daarom liever met de camera het veld in. Heerlijk mijn gedachten leegmaken en onbezorgd foto’s maken. Want we kunnen heel moeilijk doen over fotografie, maar gewoon lekker met je camera op pad, geeft je veel rust en energie. Heerlijk. En die blogs? Die komen vanzelf wel weer. 

    P.S.
    Onbezorgd foto’s maken is overigens ook al niet meer zo eenvoudig tegenwoordig. Ik heb de persoon op bovenstaande foto desgevraagd moeten laten zien dat hij/zij niet herkenbaar op de foto stond....


  • Sinterklaas met EOS RP en EF 100-400mm geplaatst op maandag 18 november 2019 08:24:29 door pjcdhaeze

    De vorige keer dat ik op pad ging voor een EOS R-blogje heb ik de verleiding niet kunnen weerstaan en heb ik toch mijn EOS 5D mark IV meegenomen (klik hier). Enerzijds omdat ik een ‘beetje verliefd’ ben op die camera en stiekem ook om te bewijzen dat je anno 2019 nog steeds perfecte foto’s kunt maken met een DSLR vanaf een EOS 70D of nieuwer.

    Deze keer bij de intocht van Sinterklaas heb ik echter vastbesloten de EOS RP om mijn schouder gehangen in combinatie met de EF 100-400mm f/4-5.6L IS II. Met deze lens hoef ik me bij een dergelijke druk evenement niet in de mensenmassa te begeven om toch close-ups te kunnen fotograferen en ook is er voor het EOS R-systeem nog geen native lens met dit brandpuntbereik.

    De instellingen waren:
    - Av-stand
    - Auto ISO met langste sluitertijd 1/250s
    - Meetvlaksmeting
    - Servo AF
    - Tracking-AF/gezichtsherkenning
    - Continue drive laag
    - C-RAW
    Op deze manier hoef ik niet (nauwelijks) op de belichting te letten - zelfs niet bij een close-up van een Zwarte Piet – en kon ik al mijn aandacht geven aan mijn eigen positie en aan de timing van de opeenvolging van momenten. En eerlijk gezegd heb ik een lekker uurtje onbezorgd gefotografeerd en ben ik met een leuke set foto’s thuisgekomen. Dus wat betreft heb ik mijn EOS 5D mark IV niet gemist, waarbij ik er overigens van overtuigd ben, dat ik met die camera minstens met dezelfde foto’s huiswaarts gegaan zou zijn.

    Er zijn wel twee puntjes die de EOS RP voor heeft op de EOS 5D mark IV. Allereerst het variangle-LCD. Ik heb nu met de armen gestrekt over het publiek heen via het lcd-scherm toch heel gericht kunnen kaderen bij 400mm. Dat zou me anders niet gelukt zijn. Ten tweede wordt de tracking van de EOS RP in de zoeker weergegeven als een blauw kadertje rondom het onderwerp, dat in grootte en plaats rustig meebeweegt. Bij de EOS 5D mark IV is die tracking in de zoeker te zien als nerveus knipperende AF-punten en hoewel de trefkans net zo groot is, is het zoekerbeeld tijdens tracking in de EVF van de EOS RP bij Servo AF een stuk rustiger.

    Ik ben als fotograaf opgegroeid met een DSLR en ben nog elke dag blij met dergelijke camera’s. De keuze in juni om me ‘verplicht’ meer vertrouwd te laten worden met spiegelloze camera’s heeft er na een half jaar echter wel voor gezorgd dat ik nu met alle vertrouwen een spiegelloze full-frame camera (EOS RP) oppak en altijd thuiskom met de foto’s die ik wil. Ik weet ondertussen de sterke en zwakke punten van deze camera en pas daar mijn fotografie en werkwijze op aan, zoals ik bij elke andere camera gedaan zou hebben. Met of zonder spiegel. Alles went namelijk. Ook een spiegelloze camera voor een verstokte DSLR-fotograaf.

    P.S. We hebben hierboven alleen over camera’s, maar duidelijk is dat de beeldbepalende factor bij deze sessie de kwaliteit van de lens is. Deze EF 100-400mm f/4-5.6L IS II is echt supergoed of het nu op een MILC of een DSLR is. Volgens Johan van de Watering “de beste telezoomlens (prijs, kwaliteit, handling), die Canon ooit gemaakt heeft”.


  • Even spijbelen geplaatst op vrijdag 30 augustus 2019 09:55:36 door pjcdhaeze

    Als uitgever van EOSzine mag ik mij gelukkig prijzen dat ik een redelijk breed arsenaal aan camera’s en lenzen ter beschikking heb. Een 1-inch compact in zakformaat (Powershot G7X), een APS-C DSLR (EOS 80D), een full-frame DSLR (EOS 5D mark IV) en een full-frame MILC (EOS RP). In deze line-up ontbreekt een APS-C MILC (EOS M50) aangezien ik voor mijn APS-C werk (macro, product) altijd mijn vertrouwde EOS 80D gebruik in live view en dan is het een soort spiegelloze camera.

    Voor alle andere onderwerpen en voor betaald (reportage)werk ga ik altijd met mijn EOS 5D mark IV op pad. Of liever ging. Want sinds de komst van de EOS RP heb ik mezelf voorgenomen, deze spiegelloze full-frame als ‘daily driver’ te gaan gebruiken om als verstokte DLSR-fotograaf te wennen aan ‘spiegelloos’. Mijn ervaringen daarbij lees je in mijn deelreviews van de EOS RP (klik hier).

    Afgelopen week had ik mijn EOS RP uitgeleend aan Teuni Stevense (klik hier). Winnares van onze fotowedstrijd ‘Lente’ en een zeer ervaren macro- en natuurfotografe die helemaal vertrouwd is met haar EOS 80D. Ze twijfelt al een tijdje aan de overstap naar full-frame en heeft zo met de EOS RP de gelegenheid om in de praktijk een eventuele overstap te ervaren. Hoe die kennismaking is verlopen, lees je in haar blog (klik hier).

    Tijdens de afwezigheid van mijn EOS RP vonden er zogeheten Highland Games plaats in het park bij mij om de hoek. Het was mooi weer, dus daar wilde ik wel foto’s van maken. Omdat ik vooral portretten en actie wilde fotograferen, besloot ik mijn EOS 5D mark IV uit de kast te halen. Het voelde als spijbelen en vooral toen ik mijn ‘good old’ EF 70-200mm 2.8L IS II erop zette, ook een ‘klassieker’. Enigszins beschroomd omdat ik mijn ‘plechtige’ voornemen om spiegelloos te leven tijdelijk had geschonden, ging ik op pad. Toen ik op de locatie aankwam en de camera aan mijn oog zette, voelde het echter direct als de terugkomst in een ‘warm nest’. Alles was meteen vertrouwd. De optische zoeker, de handligging, de bediening, de snelheid, de autofocus. Fotograferen is net zo iets als fietsen. Je doet alles zonder nadenken en ook na jaren zul je het niet verleren. Ik heb heerlijk ontspannen een uurtje rondgelopen en ben met – voor mijn doen – aardige foto’s thuisgekomen. Het waren natuurlijk niet allemaal voltreffers. Met de gezichtsherkenning van de EOS RP zou ik meer actieportretten scherp gehad hebben, hoewel het volgen met de EVF van die camera weer minder eenvoudig geweest zou zijn. Zo heeft elk systeem zijn voors en tegens. De perfecte camera zal namelijk nooit bestaan.

    Hoewel het een aangenaam weerzien was met mijn EOS 5D mark IV en ik hem met enige weemoed weer in de kast heb gezet, is de kennismaking met het EOS R-systeem momenteel heel inspirerend. Het is even wennen en ik zie nog wel wat verbeterpunten, maar uiteindelijk ga ik er misschien toch (gemakkelijker) betere foto’s mee maken. Hierbij mag de belangrijke rol van de fantastische RF-lenzen overigens niet vergeten worden. Dat zijn stuk voor stuk technische juweeltjes.
    Zie de huidige ontwikkelingen in cameratechniek als de overgang van paard en wagen naar de auto. Als we een eeuw geleden de automobiel niet hadden omarmd als hét toekomstige transportmiddel voor iedereen, dan hadden we nu in karren gereden met 100 paarden ervoor in plaats van in één auto met 100 pk (paardenkracht). En die transitie (modewoord) is ook niet zonder slag of stoot verlopen in één nachtje slapen.

    P.S.
    Volgende week gaat Tony Vingerhoets (klik hier) met onze EOS RP op stap. Hij is een veelgeprezen architectuur- en landschapsfotograaf (EOS 5DsR) en dé ‘ambassadeur’ van TS-E lenzen. Tijdens zijn diverse masterclasses krijgt hij veel vragen over spiegelloos full-frame en die kan hij dan hopelijk allemaal beantwoorden. Ook Tony zal – net als Teuni - zijn ervaringen met ons delen in zijn vaste blog op EOSzine (klik hier). We zijn benieuwd.


  • Private camera-lease geplaatst op donderdag 15 augustus 2019 12:32:31 door pjcdhaeze

    Laatst na een gezellig kopje koffie met een vriend stonden we bij de voordeur nog 'even' na te kletsen. Daar zag ik dat hij met een nieuwe auto gekomen was en ik feliciteerde hem met zijn nieuwe aanwinst. Duidelijk in zijn nopjes met zijn spiksplinternieuwe SUV kreeg ik enthousiast de lange waslijst met opties te horen en mocht zelfs ook even achter het stuur zitten. Prachtig. Toen ik opmerkte dat het wel een dure auto moest zijn, begon hij te glunderen en zei dat het een private lease was van nog geen 300 euro per maand. Vijf jaar lang maandelijks een vast bedrag, geen verrassingen en hij hoeft alleen maar te tanken.

    Toen hij luid claxonnerend (!!) vertrokken was, leerde een klein rekensommetje dat die 300 euro voor zo’n auto helemaal niet zoveel teveel betaald was. Bovendien kon hij dankzij deze private lease – na jarenlang een tweedehandsje – meteen in een nieuwe auto rijden zonder zijn bankrekening te hoeven plunderen.

    Private lease van auto’s is dus in opkomst en een impuls om nieuwe modellen ook binnen bereik van de 'gewone man' te brengen. Veel telefoonabonnementen zijn ook op maandbasis met daarin de belkosten en de afbetaling van het toestel. En een maandabonnement voor een telefoon vinden de meeste mensen al jaren heel vanzelfsprekend.

    Private camera lease-idee
    Bij de aanschaf van een nieuwe camera is het echter gebruikelijk dat we altijd direct het hele bedrag betalen, terwijl het toch vaak een behoorlijke investering is. Stel dat je over wilt stappen naar een full-frame camera, zoals de EOS RP met een RF 24-240mm, dan kost je dat tegen de 2500 euro. De meeste vrijetijdsfotografen toveren dat bedrag niet zo maar uit hun portemonnee. Dus wordt die overstap vaak uitgesteld en daarmee ontzeg je je als fotograaf dus de voordelen van full-frame.

    Stel dat je de bovengenoemde set zou kunnen 'private leasen'. Neem even een lease-tijd van 50 maanden (iets meer dan 4 jaar) en een restbedrag van 1250 euro (= 25 euro per maand). Samen met de lease-kosten en een jaarlijkse servicebeurt zou de totale leaseprijs dan bijvoorbeeld € 29,95 kunnen zijn met een korting op eventuele verzekeringen. Aan het eind van de lease-periode kun je dan het restbedrag aflossen of je verruilt je set voor een eventuele opvolger. Of je stapt over – met bijbetaling – naar een model uit een hoger segment. Zo zou je dus nu meteen met full-frame fotografie kunnen beginnen en tevens in de loop van de jaren met de nieuwste camera’s blijven fotograferen.

    Bovenstaand idee is zo maar een vluchtige bespiegeling. Misschien bestaat camera-lease voor de zakelijke markt, maar is het er ook voor de consument? Of is het complete onzin? Zou jij zo'n private camera-lease nemen? Laat me in ieder geval weten wat jij ervan vindt.

    In het kader van het gebruik van Lightroom in licentie (=lease) hebben we ooit een schatting gemaakt van de maandelijkse kosten van een vrijetijdsfotograaf (klik hier). Een paar tientjes per maand is dan geen uitzondering.
     

  • Chinese fotoboekenwijsheid geplaatst op maandag 5 augustus 2019 11:11:15 door pjcdhaeze

    Via Whatsapp hebben we contact met een groep ‘twintigers’. Laatst ontspon zich een gesprekje over fotoboeken en daarbij borrelde bij mij een ‘oude Chinese wijsheid’ op: Maak fotoboeken!

    Een korte bespiegeling. In een eerdere blog (klik hier) heb ik al eens aangegeven dat afgedrukte foto’s het beste archief zijn voor de ultieme herbeleving van markante momenten in een levenslijn, ook over vele tientallen jaren. Digitale foto’s hebben de eigenschap om te verdwijnen op vorige telefoons, oude computers en gecrashte harddisks. Ook terugvinden in ‘the cloud’ is vaak een mistige aangelegenheid. Papier daarentegen kan eeuwenlang leesbaar blijven.

    Kortom. Om over decennia nog foto’s terug te zien van een vakantie of van het opgroeien van je (klein)kinderen is de enige goede oplossing een fotoboek. Als je dat netjes bewaard, dan kun je zonder digitale hulpmiddelen op elk moment in de toekomstige tijd van het verleden genieten. Als je jong bent, dan hecht je daar misschien nog niet zoveel waarde aan, maar als je wat ouder wordt (50+), dan is het toch mooi in gedachten weer eens terug te dwalen naar gedenkwaardige momenten van vroeger.

    De oorzaak dat Femke al jaren geen fotoboeken meer heeft gemaakt is tweeledig.
    Ten eerste is de generatie twintigers heel veel op pad op korte trips. Vooral naar het buitenland. Wat voor hen een citytrip naar Berlijn of Barcelona is, was voor ons vroeger een fietstochtje naar een naburig dorp. Vliegtripjes zijn tegenwoordig voor jongeren zo ‘common’ en frequent, dat ze niet die speciale lading hebben als voor oudere generaties. Waarom zou je een fotoboek maken van een uitstapje naar Londen, als je over twee weken al weer een paar dagen naar Parijs gaat? Toch?
    De tweede reden is dat iedereen tegenwoordig zo druk is, dat er geen tijd is om even de rust te nemen om een fotoboek te maken. Dan loop je al snel achter de feiten aan. Als je dan ook nog eens veel foto’s gemaakt hebt - vooral met je telefoon - , dan is de selectie daarvan alleen al een ‘titanenwerk’ met een hoge drempelwaarde.

    Uitvoering en kosten
    Als je een fotoboek laat maken, doe het dan meteen goed. Op fotopapier en op een redelijk groot formaat (A4 of groter). Dan heb je de meeste beleving. Zo’n boek kost dan misschien 50 euro, maar als je dat afzet tegen de kosten van een vakantie of citytrip, dan valt het reuze mee. Tip: je hoeft niet van elke korte vakantie een fotoboek te maken. Je kunt ook prima een verzamelboek maken van alle tripjes in een heel jaar. Voeg dan na elk uitje een paar foto’s toe, zodat je het boek geleidelijk zonder veel moeite gevuld hebt.

    Bovenstaande overdenking bracht me dus tot de volgende ‘oude Chinese fotoboekwijsheid’:

    “Herinneringen vervagen. Foto’s niet. Neem dus nú een paar uur de tijd voor je foto’s, om zo vele jaren van mooie momenten van de vergetelheid te redden: maak een fotoboek!”

    Overigens is dit advies ook van toepassing op ‘dertigers en veertigers’, op enthousiaste vrijetijdsfotografen die verre fotoreizen maken en op reislustige pensionado’s. Dus eigenlijk op iedereen die foto’s maakt van gedenkwaardige belevenissen.


  • Terug van vakantie met EOS RP geplaatst op woensdag 10 juli 2019 08:40:56 door pjcdhaeze

    Een week voor het vertrek van mijn jaarlijkse zomervakantie werd ik door Canon verrast met een EOS RP en een RF 24-105mm 4L IS. Dat gooide mijn cameraplannen behoorlijk in de war, want ik had me al helemaal ingesteld op mijn trouwe reisgenoot, mijn PowerShot G7X (klik hier). Maar tegen een mooie nieuwe camera zeg ik natuurlijk nooit ‘nee’, dus bleef de G7X thuis en liet ik me vergezellen door de EOS RP, RF 24-105mm 4L IS, adapter en een EF 100mm 2.8L IS.

    Vakantiecamera
    De keuze van je vakantiecamera is afhankelijk van verschillende factoren:
    • Welke onderwerpen komen voor je lens: landschap, natuur, architectuur, mensen, cultuur?
    • Hoe ga je op reis: fiets, auto, vliegtuig?
    • Hoe actief ben je op je vakantie en hoe verplaats je je?
    • Fotografeer je in gezelschap of ga je alleen op pad?
    En zo zullen er nog wel veel meer factoren zijn bij de juiste keuze van de ideale vakantiecamera.

    Onze bestemming was een vrijstaand vakantiehuis in de Dordogne Frankrijk met veel kleine dorpjes in de buurt, een glooiend landschap, mooie natuur, veel karakteristieke Franse cultuur en vooral veel rust. Dat laatste betekent niet dat we veel stilzitten, want we proberen die rust zoveel mogelijk te combineren met uitstapjes met de auto gevolgd door een korte wandeling.

    Is de EOS RP met de RF 24-105mm dan een geschikte camera? Ja en nee. Want voor een prachtig landschap tijdens een wandeling of het Middeleeuwse interieur van een oude kerk, is hij perfect. Je hebt dan wel een camera aan je nek hangen, maar dat beperkt je niet in je bewegingsvrijheid. Ook voor een bezoekje aan een goed toegankelijke druipsteengrot was hij perfect, want voor ISO’s boven 10.000 maak je alleen met een full-frame camera goede foto’s.

    We hebben echter ook een hike gedaan langs een smalle trail naar een waterval en dan is een dergelijke camera meer een last dan een lust. Je moet én letten op het wegzetten van je voeten én opletten dat je de camera niet stoot. En ook in een drukke stad in gezelschap van vakantiegenoten is een systeemcamera niet ideaal om mee rond te lopen. Je loopt steeds achterop als ‘meneer de fotograaf’ en schrikt mensen af met zo’n ‘echte’ camera.

     Download (Zip, 135 MB) bovenstaande foto's op hogere resolutie: klik hier.

    Dus de ideale vakantiecamera bestaat niet en zoals ik nu zelf gemerkt heb, is een fifty-fifty afwisseling met een goede telefooncamera voor mijn soort vakantie de meest praktische combinatie.

    Ervaringen EOS RP
    De EOS RP wordt niet zozeer gekarakteriseerd door het feit dat het een spiegelloze camera is (het is even wennen aan EVF- en AF-systeem), maar vooral omdat het full-frame is. Hij gaat in hoge ISO, dynamische bereik en scherptediepte duidelijk een kwaliteitsstapje verder dan een camera met een APS-C sensor en laat op die drie punten een telefooncamera mijlenver achter zich. Dus met de EOS RP in een donkere kerk of in de bijna complete duisternis van een druipsteengrot is echt een genot. Ook voor close-ups van planten, eten en mensen excelleert deze full-frame.

    Wat me echter het meeste opviel bij de foto’s van de EOS RP was de optische kwaliteit van de RF 24-105mm 4L IS (review: klik hier). Die levert een ongekende beeldkwaliteit af en is duidelijk superieur aan zijn EF-broertjes in dat brandpuntbereik. En ondanks dat de EOS RP niet echt groot is, is de balans met deze ‘kit-lens’ prima. Als ik nu van APS-C naar FF zou willen overstappen en ik zou daarbij vaak een 24-105mm als reportagelens willen gebruiken, dan zou ik vanwege de kwaliteit van de RF 24-105mm kiezen voor de EOS RP in plaats van de EOS 6D mark II, waarop je deze RF-lens niet kunt gebruiken.

    EOS RP en telefoon
    Als je je foto’s van de vakantie ter plekke al wil delen met het thuisfront, dan gaat dat natuurlijk het eenvoudigst met telefoonfoto’s en 4G. De EOS RP laat zich echter heel eenvoudig verbinden met die telefoon, zodat je ook bijna net zo snel en eenvoudig foto’s van deze camera kunt delen via Whatsapp of Facebook.

    Samenvatting
    Met een EOS RP en een RF 24-105mm 4L IS kom je met mooie vakantiefoto’s thuis en gebruik je deze camera samen met een goede telefooncamera (ook om foto’s te delen), dan heb je weinig meer te wensen over.
    We zijn overigens wel benieuwd naar de nieuw aangekondigde RF 24-240mm 4-6.3 IS (klik hier). Met 10x optische zoom, is die nog meer geschikt voor reportagefotografie tijdens een vakantie. Misschien nemen we die de volgende keer mee ;-)

    P.S. Een uitgebreid gebruikersverslag van de EOS RP volgt overigens binnenkort. Hierbij gaan we dieper in op beeldkwaliteit, EFV-LCD, bediening, mogelijkheden, autofocus, flitsen (studio) en video. Dus blijf ons volgen, want misschien wordt de EOS RP wel je volgende camera!


  • Cars & Cameras* geplaatst op maandag 8 juli 2019 11:42:07 door pjcdhaeze

    De gereedschappen van de mens zijn voortdurend in ontwikkeling. Zo hebben we een scherpe steen, via een geslepen bot en gesmeed ijzeren mes, doorontwikkeld tot een ‘laser cutter’. Ook de ontwikkeling van camera’s staat niet stil en momenteel staan we op het punt van de (mogelijke) overgang van digitale spiegelreflexcamera’s (DSLR) naar spiegelloze systeemcamera’s (MILC). Zo’n overgang zorgt voor onzekerheid bij de gebruikers en prikkelt de sentimenten bij discussie over de voors en tegens.

    Om die emotie in de ‘DLSR-MILC’-discussie enigszins te kanaliseren is het interessant om het traject van camera’s te vergelijken met de ontwikkelingen in de automobielindustrie. Daar zijn we bezig met de transitie van de 100% brandstofauto (P-car. P van Petrol/benzine) via de hybride auto (P/E. E van Elektrisch) naar de volledig elektrische auto (E-car). Die ontwikkeling is echter in tegenstelling tot cameratechniek niet vrijblijvend. De voorraad fossiele brandstof zal op een dag op zijn en ook de invloed van uitlaatgassen op het klimaat staat ter discussie. De overstap naar elektrische auto’s wordt dan ook vanuit de overheid in een zekere zin gestimuleerd. En behalve de ‘die hard petrol heads’, is voor veel mensen elektrisch rijden heel aantrekkelijk. Mochten er meer betaalbare modellen komen, dan kan de overstap snel gaan en als milieumaatregelen het rijden in brandstofauto’s gaan ontmoedigen of zelfs verbieden, dan is de transitie P-car naar E-car een vanzelfsprekendheid.

    Zo moeten we het ook zien met camera’s. De overgang analoog naar digitaal DSLR is te vergelijken met P-car naar P/E-car. Want dat laatste is een moderne DSLR: een camera met een optische zoeker en een spiegel, die in live view gebruikt wordt als een spiegelloze systeemcamera. Een soort hybride camera dus. De overstap van DSLR naar MILC is dus als van P/E-car naar E-car. De overgang bij auto’s is voor veel mensen een vanzelfsprekendheid, maar van DLSR naar MILC is nog vaak een onderwerp van discussie met de nodige drempels.

    Of E-cars en MILC’s blijvertjes zijn, valt echter nog te bezien, want de markt is grillig en de technologie kan soms grote sprongen maken. Wie had 15 jaar geleden kunnen denken wat we vandaag de dag allemaal met onze telefoons kunnen of hoe klein de wereld geworden is door draadloze technieken.

    De toekomst
    De overstap naar elektrische auto’s heeft voordelen, maar zal zeker niet het probleem van onze mobiliteit oplossen. Het idee achter een elektrische auto ten opzichte van een brandstofauto is niet wezenlijk verschillend, alleen de aandrijving is anders. Als er teveel auto’s op de weg zijn (P, P/E of E), dan staan we allemaal stil. Toch? Of het nu brandstofauto’s zijn of elektrische. Willen we ons in de toekomst ongehinderd van A naar B kunnen blijven verplaatsen, dan zullen we ‘dat stuk blik op vier wielen’ definitief vaarwel moeten zeggen.

    Dat is eigenlijk ook het geval met camera’s. Een spiegelloze camera (MILC) is net als een DSLR een systeem van een (grote) lens en een lichtgevoelige sensor. Er zijn kleine nuances in bediening en mogelijkheden, maar uiteindelijk moet je toch een groot apparaat meenemen als je beeld op hoge kwaliteit wilt registreren. Ook een de camera van een smartphone gaat uit van het principe lens/sensor.
    Fotografie zal dus pas echt veranderen als de techniek van beeldregistratie totaal anders zal worden. Tien jaar geleden heb ik al eens gedagdroomd van een systeem waarbij de oogzenuw wordt afgetakt met een ingebouwde module (bionisch oog) die permanent alles wat we zien, direct opslaat ‘in de cloud’ op hoge kwaliteit en onbeperkt inzoombaar. Dan pas gaat fotografie naar ‘the next level’. Niet door het verwijderen van een spiegel uit een DSLR.

    Tot slot
    Elektrische auto’s en spiegelloze systemcamera’s zijn mijns inziens slechts ‘tussenpauzen’ naar nieuwe vormen van mobiliteit en fotografie en de ontwikkeling van beiden verloopt in een zekere zin parallel. Hoe lang die overgang gaat duren, kan ik in mijn glazen bol niet zien, maar ondertussen hoeven we wat mij betreft geen energie meer te stoppen in de discussie DSLR-MILC. Met beide systemen kun je nog jarenlang de mooiste foto’s maken.

    Zolang we geen bionische ogen hebben, moeten we dus gewoon onze camera’s pakken (DLSR of MILC, maakt niet uit) en lekker het veld in gaan om van al het moois te genieten wat de wereld ons (nu nog) te bieden heeft.

    Wat vind jij van de vergelijking van auto's en camera's?

    *Titel in Engels vanwege de alliteratie ;-)


  • Op vakantie met……. EOS RP geplaatst op woensdag 19 juni 2019 13:32:36 door pjcdhaeze

    Elke keer voor de zomervakantie vraag ik mij af wat ik dat jaar in mijn fototas mee zal nemen. Vorig jaar had ik al mijn fotospullen meegenomen (klik hier), maar ook een keer alleen mijn PowerShot G7X (klik hier), een EOS M6 met EF-M 18-150mm (klik hier) of zelfs een ‘gewone’ compactcamera zonder RAW (klik hier).

    Dit jaar had ik op het gebied van de keuze van mijn vakantiecamera geen ‘wilde plannen’. Omdat we tijdens de komende vakantie redelijk veel wandelend op pad zullen zijn, was de keuze eenvoudig. Mijn PowerShot G7X zou onze reisgezel worden. Lekker compact en veelzijdig. Je kunt hem net als je telefoon redelijk ongemerkt meedragen (zijzak shorts) en toch steeds snel een leuk (RAW)-kiekje schieten, zonder dat je de hele dag als ‘meneer de fotograaf’ achter je vakantiegenoten aanhobbelt met een camera om je nek. Dat is niet gezellig en bovendien kun je niet 100% genieten van al het moois om je heen.

    Een telefoontje van Canon heeft echter ‘roet in het eten gegooid’. De vraag was of ik geïnteresseerd was om dit jaar een EOS RP mee op vakantie te nemen. Daar hoefde ik niet lang over na te denken: JA, GRAAG! Ik heb die camera getest (klik hier) en was zeer gecharmeerd van de full-frame beeldkwaliteit, de compactheid en de koppeling met mijn telefoon. Hij is met een standaardlens natuurlijk groter dan mijn PowerShot G7X, maar het is voor een ‘verstokte’ DSLR-fotograaf toch een uitdaging om voor mijn vakantiefoto’s met ‘mirrorless full-frame’ op stap te gaan. Hoe zal de bediening bevallen en de EVF? En is de camera all-round genoeg om alle vakantie-onderwerpen (van landschap tot macro, van portret tot low-light) goed te kunnen vastleggen? Ik heb er alle vertrouwen in en na de vakantie zal ik verslag doen van mijn ervaringen met de EOS RP.

    Jouw hulp
    Ik ga natuurlijk van allerlei zaken uitproberen en testen en het zou leuk zijn om daarbij ook jouw vragen ten aanzien van het EOS R-systeem mee te nemen. Laat hieronder weten wat jij wilt weten van ‘mirrorless full-frame’ van Canon, dan ga ik er mee aan de slag.

    Alvast fijne vakantie,

    Pieter


  • Foto-‘diefstal’ geplaatst op dinsdag 28 mei 2019 13:39:55 door pjcdhaeze

    Het is alweer een tijd geleden dat ik je lastig gevallen heb met een van mijn gedachten over fotografie (Last man standing). Ten eerste omdat er niet elke dag een belangwekkend onderwerp passeert dat geschikt is voor een blog en anderzijds omdat ik ‘Ajax-Feyenoord’-discussies wil voorkomen, zoals dat zou kunnen over:
    - GOED belichten kan alleen in de M-stand
    - ík bewerk mijn foto’s NOOIT
    - later wil ik PROFESSIONELE foto’s kunnen maken
    - ik wil mijn RAW-software altijd kunnen KOPEN

    Laatst kreeg ik echter een vraag van een lezer over het ongevraagd gebruik van een van zijn foto’s en dat heeft me aan het denken gezet, uitmondend in dit blogje.

    Als je merkt dat een van je foto’s door iemand anders ongevraagd is gebruikt, dan heeft iedere fotograaf meteen als eerste reactie een onrechtvaardigheidsgevoel, alsof je bestolen bent. En dat kan helemaal terecht zijn. Want als jouw foto door de ‘dief’ voor commerciële doeleinden op bijvoorbeeld een kalender is gebruikt, waaraan de uitgever veel geld verdient, dan moet je daar in mee kunnen delen. Toch? Is je foto echter in de algemene opmaak gebruikt van een magazine of in een bedrijfsbrochure, waarbij het commerciële belang heel klein is, dan moet je je eigenlijk gevleid voelen. Blijkbaar vinden ze jouw foto zo mooi, dat ze die willen verbinden aan de kwaliteit en uitstraling van hun blad of bedrijf. Dan nog mogen ze die foto natuurlijk niet zonder toestemming of vermelding plaatsen, maar de ‘diefstal’ is dan mijns inziens veel minder zwaarwegend. 

    Je moet je dan misschien ook eens afvragen hoe ze de foto eigenlijk op voldoende kwaliteit hebben kunnen downloaden én waarom ze niet weten dat hij door jou gemaakt is.
    Dat iemand een foto van je ‘misbruikt’ is waarschijnlijk omdat je hem ergens online gezet hebt: in je portfolio op je website of gedeeld via de social media (Instagram, Facebook, Flickr etc.). Vooral via de social media kunnen je foto’s anoniem de wereld overgaan en is de bron - jij dus - niet eenvoudig te herleiden. Dus wanneer je een foto deelt, zet dan eventueel een watermerk óp het beeld zelf of - via Photoshop of Lightroom - ín het bestand.
    Hoe je dat doet, lees je in een artikel op EOSzine (klik hier). Daarin lees je ook dat het verkleinen van online foto’s tot bijvoorbeeld 900 bij 600 pixels (met een stevige JPEG-compressie) gebruik in off-set drukwerk tot heel kleine fotomaten beperkt (9 bij 6 cm) en dus commercieel weinig interessant is. Tevens vertellen we hoe je in Google Afbeeldingen kunt kijken of foto’s van jou ergens anders rondzwerven op internet.

    Terug naar de vraag van de lezer over zijn misbruikte foto. Ik heb hem gezegd dat hij het tijdschrift in kwestie gewoon moet bellen en het ‘probleem’ moet voorleggen aan de redactie. In de meeste gevallen kom je dan samen tot een goede oplossing. Open communicatie en oprechtheid lossen veel problemen op. Dit telefonisch contact kan misschien zelfs wel het begin zijn van een interessante samenwerking, waarin je vaker foto’s - tegen betaling - kunt aanleveren. Dit in het kader van het motto: ‘Always look on the bright side of life’.
    Probeer juridische procedures te vermijden. Per se je gelijk willen halen, kost niet alleen veel geld, maar vergt ook veel negatieve energie en vraagt veel tijd. Tijd die je beter kunt besteden aan leuke dingen, zoals het maken van mooie foto’s.

    Heb jij wel eens te maken gehad met ‘foto-misbruik’ en hoe hebt je dat toen opgelost? Laat het weten in de reacties onder deze blog. 


  • Last man standing geplaatst op dinsdag 19 februari 2019 08:04:01 door pjcdhaeze

    Al eerder heb ik in een blog (april 2016, De laatste foto, klik hier) een persoonlijk verlies gerelateerd aan fotografie. Wederom is er nu weer een trieste aanleiding voor een soortgelijke blog. Ik ga u hier niet lastigvallen met mijn wel en wee, maar wil toch even stilstaan bij een ander soort foto die plotseling een bijzondere waarde heeft gekregen: het gezins/groepsportret.

    Thuis hangt een foto aan de muur van het gezin destijds van mijn vader en moeder. Een officieel portret in de studio samen met mijn zus. Het is de weerslag van de prachtige jeugd die ik heb mogen beleven en van de dierbare band met mijn ouders. Het heeft echter ook een wrange parallel met ‘De tien kleine negertjes’, waarbij mijn vader en moeder het verhaal reeds jaren geleden hebben verlaten. Sinds kort ben ik echter ‘The last man standing’ en hoewel dat de navelstreng met mijn jeugd heeft doorgeknipt, heeft het bewuste gezinsportret nu een nog diepere lading gekregen en koester ik de warme herinneringen.

    Wederom bewijst dit voor mij de kracht van foto’s van dierbaren; niet alleen individueel, maar ook als groep van gezin of familie. Grijp dus een feest of zelfs een afscheid aan om samen op de foto te gaan en deel een dergelijk portret dan vooral als een afdruk. Een foto aan de muur laat elke keer onbewust en onverwacht een indruk na, terwijl je op een telefoon of computer vaak bewust op zoek moet gaan naar een specifieke foto.

    Tip: gebruik net als bij een enkele portretfoto het zachte licht van een groot vensterraam om een kleine groep (half body) te fotograferen. Probeer een rustige of toepasselijke achtergrond te krijgen met een uniforme muur of kleine scherptediepte.

    “Je bent pas dood, als je vergeten bent” en dankzij afgedrukte foto’s kunnen we de herinnering aan dierbaren blijvend in ons hart houden.


  • Jaaroverzicht 2018-2019 geplaatst op woensdag 16 januari 2019 10:37:54 door pjcdhaeze

    Ook dit jaar kijk ik weer even terug naar de producten die Canon in 2018 heeft gepresenteerd. Tevens sta ik even stil hoe mijn gereedschapsjaar eruit gezien heeft en wat er op mijn wensenlijstje staat voor 2019.

    Overzicht Canon Producten
    In 2018 is het aantal nieuwe Canon-producten voor de vrijetijdsfotograaf toch weer behoorlijk uitgebreid met maar liefst vier nieuwe EOS-modellen, twee PowerShots, negen lenzen (EF, EF-M en RF), een bijzondere Speedlite en nog verschillende printers. De meeste producten hebben we in de studio gehad om een indruk te krijgen van de kwaliteit en toepassing.

    Camera’s
    • EOS 4000D (review)
    • EOS 2000D (review)
    • EOS M50 (review)
    • EOS R (review)
    • PowerShot SX740 (review)
    • PowerShot SX70 (review)

    Lenzen
    • EF 70-200mm f/2.8L IS III (review)
    • EF 70-200mm f/4L IS II (review)
    • EF 400mm f/2.8L IS III
    • EF 600mm f/4L IS III
    • EF-M 32mm f/1.4
    • RF 28-70mm f/2L (review)
    • RF 50mm f/1.2L (review)
    • RF 24-105mm f/4L IS (review)
    • RF 35mm f/1.8 Macro

    Overig
    • Speedlite 470EX AI (review)
    • PIXMA G4500 (review)
    • PIXMA TS-multifunctionals
    • Zoe Mini (review)

    De hoofdrol in het rijtje camera’s wordt gespeeld door twee spiegelloze systeemcamera’s: de EOS M50 met een APS-C sensor en de langverwachte EOS R met een full-frame sensor. Beide camera’s zitten vol met nieuwe snufjes en bieden daarmee weer extra mogelijkheden voor de vrijetijdsfotograaf. Vooral de EOS M50 is voor veel ‘telefoon’-fotografen dé camera om laagdrempelig in te stappen in de wereld van ‘echte’ fotografie. Zeker gezien zijn zeer interessante prijs van rond de 550 euro (body, januari 2019). Met de nieuwe EF-M 32mm f/1.4 (480,-) of de bekende EF-M 22mm f/2 heb je dan echt een ‘killer’-combi voor reportages en vlogging.

    Ook willen we de twee PowerShots niet vergeten. De PowerShot SX70 is dé beste alleskunner van álle Canon camera’s (ideale vakantiecamera met RAW!). De SX740 heeft ongelooflijk veel mogelijkheden in zakformaat (stedentrip) en je kunt er zelfs 4K mee filmen. Die 4K is trouwens ook aanwezig op de SX70, EOS R en EOS M50, dus het begint standaard te worden.

    Het lijstje van nieuwe lenzen bestaat eigenlijk uitsluitend uit technische hoogstandjes. Er gaat altijd veel aandacht naar nieuwe camera’s, maar de laatste jaren is de lenstechniek met grote sprongen vooruit gegaan. Wij waren zeer aangenaam verrast door de EF 70-20mm f/4L IS II. Zo klein en optisch zo goed. Waanzinnig. Ook de vier RF-lenzen geven aan dat de volgende stap in pro-fotografie niet zozeer gezocht moet worden in nieuwe camera’s (met of zonder spiegel), maar in de lenzen. We hebben optisch nog nooit zo’n goede lens gezien als de RF 50mm f/1.2L.

    Een speciale vermelding wil ik ook maken voor de EF-M 32mm f/1.4, want al jaren vraag ik om (kleine) lichtsterke vastbrandpuntlenzen voor het EOS M-systeem. Na de EF-M 22mm f/2 is deze nieuwe lens met een equivalent van 50mm dus heel erg welkom voor reportagewerk. We hopen hem snel te kunnen testen. 

    Van de overige producten is de Speedlite 470EX Ai misschien wel het meest opvallende product van Canon in 2018. Niet alleen omdat het een goede flitser is, maar omdat Canon met de ‘zelfdenkende’ bounce laat zien nog steeds ‘leading’ te zijn in innovaties.

    Met de nieuwe printers geeft Canon tevens aan dat een fotoafdruk nog steeds dé manier is om foto’s intens te beleven en dus momenten te herbeleven. Niet alleen duurzaam aan de muur of in een fotoboek met een PIXMA, maar ook ‘on demand’ met de superleuke Zoe Mini.

    Mijn 2018
    Je ziet aan het grote aantal reviews, dat ik ook in 2018 behoorlijk verwend ben geweest in mijn ontdekkingsreis door de wereld van fotografie. Het is toch nog steeds spannend om voor de eerste keer met een nieuw product aan de slag te gaan. Maar ook dit jaar heb ik gemerkt dat voor mijn fotografie er niet echt iets is waarmee mijn foto’s radicaal zouden verbeteren. Daarom heb ik al die nieuwe producten weer netjes teruggestuurd naar Canon en heb ik zelf niet echt iets nieuws aangeschaft. Met mijn EOS 80D en EOS 5D mark IV en bijbehorende lenzen en flitsers (en ‘stealthy’ PowerShot G7X) heb ik nog steeds geen behoefte aan een radicale vernieuwing. De enig wissel die ik 2018 maakt heb, is mijn EF 85mm 1.2L II omgeruild voor de EF 85mm 1.4L IS. Verder ben ik vooral bezig geweest om mijn eigen ‘skills’ te verbeteren. Want in 95% van de gevallen is het de fotograaf die de foto maakt en is de camera of lens zelden de beperking.

    Mijn wensen voor 2019
    Als groot fan van de PowerShot GX-serie hoop ik op een opvolger van de PowerShot G5X met 1” DPAF, DIGIC 8, 20Mp, e-sluiter, 24-100mm, 1.8-2.8, RAW, 4K, variangle touch-LCD, BT-wifi. Dat is pas echt ‘pocketable’ kwaliteitsfotografie om áltijd bij je te hebben. Ook de EOS 7D mark II komt wat mij betreft in aanmerking voor een nieuwe versie, misschien spiegelloos.

    En als ik mijn fantasie de vrije loop laat, dan zou ik graag een instapsysteemcamera van Canon zien à la de EOS M100, maar dan met de beeldalgoritmes, kunstmatige intelligentie (Ai) en 4G/5G-connectie zoals die in smartphones worden toegepast. Misschien wel in samenwerking met Google? Als je dan overstapt van een telefoon, dan word je niet meteen lastig gevallen met ‘getalletjes’ en stopjes, maar kun je op de Automaat meteen profiteren van de grote sensor van een systeemcamera (minder ruis), een echte optische zoom ter beschikking hebben (meer detail) en een betere houvast hebben (minder bewegingsonscherpte). Drie facetten om betere foto’s te maken en je technisch te onderscheiden van de 'telefoonfotograaf'.

    Tot slot wens ik alle lezers een gezond en fotogeniek nieuw jaar en ben ik benieuwd wat jouw fotografie-wensen zijn voor 2019? Laat het weten in de reacties onder deze blog.


  • Fotografie anno 2118: iCam geplaatst op maandag 12 november 2018 10:08:00 door pjcdhaeze

    Onze gang in huis hebben we jaren geleden omgedoopt tot onze eigen ‘HALL OF FAMiliE’. Een grillig mozaïek van allerlei soorten lijstjes met foto’s van de opa’s, oma’s, kinderen, kleinkinderen, ooms, tantes, neven en nichten en niet te vergeten huisdieren.
    Elke keer als ik er langs loop, valt mijn oog wel op een willekeurige foto en sta ik letterlijk even stil bij de herinnering die ik erbij heb. Zo stond ik laatst voor een foto van mijn dochters, ruim 15 Jaar geleden genomen met mijn PowerShot G2. Ik kan me de plaats en dag nog helder voor de geest halen. Niet alleen van het nemen van de foto, maar ook van het euforisch gevoel wat deze camera me destijds gaf met een lichtsterke zoomlens (34-102mm, f/2-2.8), 4 miljoen pixels, een variangle scherm én RAW.

     

    Er lijkt sindsdien veel veranderd in de camerawereld (Mp’s, ISO’s, AF-punten, snelheid, video), maar als ik goed naar de betreffende foto kijk, dan zou ik die net zo goed vorige week hebben kunnen nemen met een EOS R met een RF 50mm 1.2L op f/8. Want op formaat van 10 bij 15 cm zien die G2-foto’s er nog supergoed uit en welbeschouwd is er in die 15 jaar dus eigenlijk helemaal niet zoveel veranderd. Een foto kun je eigenlijk nog steeds alleen maar maken als je ‘een kastje’ hebt met een lens en een sensor. En of dat nu een EOS R is, de PowerShot G2 of een simpele smartphone, het principe blijft hetzelfde. Bovendien moet je bij zo’n ‘klassiek’ fotoprincipe altijd zelf actie ondernemen (ontspanner indrukken) om een mooi onderwerp of memorabel moment vast te leggen. Op die manier worden duizenden mooie foto’s gemaakt, maar ook miljoenen - vaak nog mooiere - foto’s gemist.

    Dit bracht mij al een tiental jaar geleden op de gedachte dat voor een échte nieuwe revolutie in de fotografie, we eigenlijk in staat moeten zouden zijn om de oogzenuw van de mens af te tappen en door te sturen naar de cloud. Een soort Google Glass, maar dan ingebouwd, die alles opneemt wat we zien. De beelden die we uit deze stream kunnen trekken zijn ruisvrij in álle lichtomstandigheden en je kunt achteraf inzoomen zonder verlies van detail. Dan ben je dus niet meer verplicht altijd een apparaat bij je te hebben en kun je alleen al door naar iets te kijken, het allermooiste moment moeiteloos vastleggen: het opstijgen van een lieveheersbeestje, die ene verliefde oogopslag bij het ja-woord, het eerste stapje van je kind, een prachtige bliksemschicht. Deze iCam (oogcamera) is natuurlijk science fiction, al hoop ik wel dat over 100 jaar iemand dit blogje leest en verbaasd zal reageren dat ‘fotograferen’ anno 2118 eigenlijk al in 2018 is bedacht.

    Behalve mijn eigen imaginaire iCam heb ik momenteel niet zoveel op mijn ‘foto bucket list’ staan, al zou Sinterklaas of de Kerstman mij natuurlijk altijd mogen verrassen met een EF 200mm 2L IS 😉
    Wat staat er trouwens op jouw wensenlijstje voor de komende feestdagen? Een nieuwe camera of lens? Heb je dan al naar de Winterpromotie van Canon gekeken (klik hier)? Misschien zit er voor jou een mooi voordeeltje tussen. Laat het ons hier onder weten.


  • OVF of EVF | De auto-versie geplaatst op maandag 10 september 2018 12:15:33 door pjcdhaeze

    Als EOS DSLR-fotograaf keek je tot de introductie van de spiegelloze EOS R in september 2018 áltijd door de optische zoeker (Optical ViewFinder, OVF) van je camera om een onderwerp te kaderen. Zo’n OVF is eigenlijk een soort periscoop bestaande uit een pentaprisma en een spiegel, waarmee je met de oogzoeker door de lens kunt kijken en de wereld ziet zoals je dat ook met je ogen ziet.

    Van zo’n OVF bestaat ook een elektronische versie, zijnde een EVF (Electronic ViewFinder), en dan kijk je naar een beeldschermpje waarop het beeld van de lens op de sensor te zien is. Je kijkt dan dus ook door de lens, maar nu naar de elektronische weergave van belichting en witbalans, zoals die verkregen is door de instellingen van de camera. Een dergelijke EVF was al aanwezig in de PowerShots G5X en G1X mark III en natuurlijk ook in de EOS M-camera’s, zoals de EOS M5 en EOS M50.

    Wil je alles weten over het verschil tussen OVF en EVF en de voor- en nadelen, lees dan het betreffende artikel op EOSzine (klik hier). En natuurlijk zullen we de komende maanden ook stilstaan bij gebruik van de EVF, zoals die ingebouwd is in de eerste spiegelloze full-frame camera van Canon, de EOS R. So stay tuned!

    EVF-auto
    De overgang van een OVF naar een EVF bij een camera zal een kwestie van wennen zijn en uiteindelijk zul je blij zijn met de vele voordelen. Terwijl ik met het bovengenoemde artikel bezig was, kreeg ik echter een heel andere toepassing van een ‘EVF’ in gedachten. Stel dat je de ruiten van een auto rondom vervangt door beeldschermen waarop aan de binnenzijde het beeld getoond wordt van kleine camera’s, die rondom in de auto zijn ingebouwd. Je kijkt als bestuurder of inzittende dan dus niet meer rechtstreeks door glas naar buiten, maar je kijkt op een scherm dat die buitenwereld via een camera laat zien. Laat deze situatie even op je inwerken. Gelukt?

    Wat zijn nu de voor- en nadelen?

    Voordelen:
    • Je kunt extra informatie weergeven, zoals snelheid, temperatuur, locatie, route en nog veel meer.
    • Je kunt de ‘dode hoeken’ weergeven en inzoomen op voor- en achterliggers.
    • Je hebt geen last meer van beslagen ramen en ook minder last van een plensbui.
    • Als het buiten donker is kun je het beeld verhelderen en is het erg zonnig, dan kun je het beeld dimmen.
    • Passagiers kunnen interactief informatie lezen of video kijken.
    • Je kunt een ander landschap laten weergeven, zodat een saaie weg (achter, links en rechts) een exotische omgeving wordt.
    • ???

    Nadelen:
    • Kans op technische storingen.
    • Een ‘opgesloten’ gevoel.
    • Ongezond voor je ogen.
    • Leidt teveel af.
    • ???

    Een EVF-autoruit is op dit moment natuurlijk een rare gedachtekronkel, maar misschien over een paar decennia ‘common good’ en standaard in onze elektrische, zelfrijdende, Ai-bestuurde voertuigen (klik hier). Wat vind jij ervan en weet jij nog voor- een nadelen? Laat het ons hieronder weten.


  • Het einde van de ansichtkaart geplaatst op donderdag 30 augustus 2018 07:38:10 door pjcdhaeze

    Als we op vakantie zijn is het vanzelfsprekend dat we een kaartje naar familie en vrienden sturen. Vaak zijn we al weer terug als de vakantiekaartjes op de deurmat vallen, maar dat maakt niet uit. Je wilt toch even laten weten dat het gezellig en leuk is geweest en completeert dat met een wolkje, zonnetje en temperatuur. Ook het ontvangen van kaartjes heeft iets speciaals. Aan het eind van de zomer heb je dan een visueel overzicht op een prikbord waar iedereen dit jaar weer op vakantie geweest is. Mijn vrouw doet ze zelfs in een schoenendoosarchief.

    Het versturen van een vakantiekaartje is een gewoonte die nog stamt uit de vorige eeuw en ook dit jaar wilden we vanuit Drenthe weer zo’n typische vakantiekaart versturen: of een collage van bezienswaardigheden of een bijzondere foto van een ‘landmark’. Een zoektocht in een naburig dorp leverde echter geen resultaat op. Het aanbod was heel magertjes en de kaarten die er waren, waren duidelijk al bejaard. De vraag rees meteen: sturen mensen anno 2018 geen fysieke ansichtkaarten meer als ze op vakantie zijn? Dat vermoeden werd nog versterkt door de ervaringen van vrienden die ook geen geschikt kaartje hadden kunnen vinden én door het feit dat we letterlijk twee kaarten hebben ontvangen.

    Hebben Facebook, Instagram en Whatsapp het gedrukte vakantiekaartje verdrongen? Willen we geen moeite doen om op zoek te gaan naar ansichtkaarten, postzegels en een brievenbus? Zijn er überhaupt nog wel brievenbussen in de buurt? En is post steeds langer onderweg? Mochten de antwoorden op deze vragen allemaal bevestigend zijn, dan geeft dat enige weemoed. Het was toch leuk om de foto’s op die ansichtkaarten te bekijken hoe en waar ze gemaakt waren. En het was leuk om ze tijdens je vakantie ook proberen te maken of zelfs beter.

    Gaat de ansichtkaart echt verdwijnen of staat bovenstaande ervaring op zich en is het incident? Stuur jíj eigenlijk nog een kaartje vanuit je vakantieadres? En hoeveel heb je er dit jaar ontvangen? Laat het ons weten via een reactie of doe mee aan onze poll.

    P.S. Moderne media verdringen soms oude tradities, maar internet kan het versturen van de traditionele ansichtkaarten ook versimpelen. Heb je op vakantie de beschikking over internet, dan kun je heel eenvoudig een eigen foto (of een collage) nog tijdens je vakantie versturen via Greetz. Zij zorgen voor de envelop en postzegel en doen hem in Nederland op de bus. Dus de volgende dag op de mat ook al zit je in de binnenlanden van Verwegistan. Tip: vergeet niet een lijst met postadressen mee te nemen.
    En het is echt superleuk dat je met je EOS je heuse eigen ansichtkaart kunt maken, dus stuur jezelf ook een exemplaar.


  • Fotosessietijd = computertijd geplaatst op dinsdag 14 augustus 2018 07:58:06 door pjcdhaeze

    Ik weet niet of je mijn review over de PowerShot SX740 gelezen hebt (klik hier), maar een van de praktijktesten met deze compactcamera was om in een wielerkoers de motordrive en tracking uit te proberen. Dankzij zijn snelle DIGIC 8 processor, grote buffer en relatief kleine fotobestanden (JPEG, 20 Mp) is de PowerShot SX740 in staat om met 10 foto’s per seconde opnamen te maken en dat vier à vijf seconden onafgebroken vol te houden. En dat zonder een geluidje te maken, omdat in zo’n compactcamera sluiter en spiegel ontbreken.

    Indrukwekkend. Maar voor je het weet kom je na een uurtje achter de dranghekken staan, met meer dan 500 foto’s thuis, waarvan zeker 90% de technische toets der kritiek kan doorstaan: kleur, scherpte en belichting zijn prima in orde voor standaard publicatiedoeleinden. Maar welke foto of foto’s laat je dan zien? Niet alle 500. Je zult ze toch allemaal even moeten bekijken. Als thumbnail kan dat snel, maar als je ze beeldvullend wilt zien of zelfs 100%, dan ben je een tijd bezig. Hoe lang eigenlijk?

    Even een rekensommetje. Stel dat je de 480 foto’s als thumbnails stuk voor stuk in Lightroom bekijkt gedurende een seconde, dan ben je dus al 480 seconden (8 minuten) verder om ze allemaal vluchtig te hebben gezien. Je doet dit nog een keer en voegt in die ronde op basis van compositie 96 foto’s toe aan een verzameling die je vervolgens beeldvullend nader wilt bekijken. Die tweede thumbnailronde duurt waarschijnlijk ook 480 seconden.
    Je opent de verzameling met 96 foto’s en drukt op de letter E om de foto’s beeldvullend te kunnen zien. Begin met de eerste foto en met de pijltjes toets naar rechts beoordeel je zo stuk voor stuk de foto’s. Stel dat dat 5 seconde per foto is, dan ben je dus weer 480 seconden verder en dan mag je niet twijfelen of nog eens terugkijken. Foto’s die in aanmerking komen voor bijsnijden en bewerking geef je vijf sterren. Stel dat je uiteindelijk 10 foto’s gaat bewerken, en je bent 6 minuten per foto bezig, dan is dat dus alweer een uur. Opgeteld kom je dus aan 8 + 8 + 8 + 60 = 84 minuten bezig met het uitzoeken van 480 foto’s. Samen met onderbrekingen voor een kopje koffie, een sanitaire stop en een telefoontje ben je dus bruto ongeveer twee uur bezig. Dat lijkt lang, maar als je het serieus doet, dan weet je waarschijnlijk uit ervaring dat bij dit soort computerwerk de tijd voorbij vliegt.
    Als je dit zwart-wit bekijkt, en je zou de cijfers hierboven veel rooskleuriger schetsen, dan zou dat betekenen, dat bij het werken met hoge opnamesnelheden van 7 fps of meer, het beoordelen en bewerken van de foto’s net zo veel tijd kost als het maken van die foto’s. Per slot van rekening heb ik maar een uur langs de koers gestaan en daarna - minstens - een uur achter mijn computer gezeten.

    Laatst had ik daarover een bespiegeling met een vriend over een fotoreis die hij op de planning heeft staan naar een eilandje bij Noorwegen om vogels te fotograferen. Hij verwacht tijdens het verblijf van vier dagen met minstens 10.000 RAW-foto’s thuis te komen.
    Hij heeft een druk leven en met bovenstaande ‘wetenschap’ van 84 minuten voor 480 foto’s vraag ik mij af of hij ooit in de gelegenheid zal zijn om ál die foto’s te bekijken, te selecteren en te bewerken. Want bij 9600 foto’s heb je het dan dus over 1680 minuten (=9600/480x84) oftewel 28 uur!!! Onafgebroken! Het resultaat van vier dagen zes uur per dag fotograferen (=24 uur) is dus twee weken lang elke avond twee volle uren computerwerk (=28 uur). Dus wederom is hier de fotosessietijd op locatie gelijk aan de computertijd na thuiskomst. Oeps.

    Ik moet ergens een rekenfout maken, want zoveel verwerkingstijd nodig hebben na een fotoreis, dat kan niet de bedoeling zijn. Dan ben je bang om de ontspanner in te drukken. Toch? Waar zit mijn fout? Heb jij ervaring met het verwerken van grote hoeveelheden ‘motordrive’-foto’s? Heb je de ‘echte’ computertijd per foto wel eens gemeten: downloaden, importeren, beoordelen, selecteren, bewerken, exporteren, publiceren? Laat het me hieronder weten.


  • Uitgerust terug van vakantie geplaatst op maandag 9 juli 2018 09:19:23 door pjcdhaeze

    Dit jaar in Nederland op vakantie met de auto. Dus voldoende ruimte voor een grote fototas. De eerste keer dat ik volledig ‘uitgerust’ op familievakantie ben gegaan (lees mijn blog). Ik had zelfs een hoogtestatief van 1,5 tot 6m bij (klik hier)! De grote vraag is echter: hebben al die fotospullen de gewenste foto’s opgeleverd en ben ik ook weer uitgerust thuisgekomen? 

    24-100mm
    De EF-lenzen in mijn fototas  hadden een brandpuntbereik van 16mm tot 400mm voor mijn EOS 5D mark IV. Inclusief een 100mm macro, een 15mm fisheye en een set filters. Geen enkel onderwerp kon dus ‘ontsnappen’ aan mijn fotografische ambities. Stiekem had ik echter ook mijn PowerShot G7X meegenomen, die me als solo-camera zeer goed bevallen was tijdens een eerdere vakantie (klik hier). En dat was niet ‘slim’. Want tijdens een actieve vakantie (wandelen, fietsen en stedentripjes), is compactheid belangrijker dan ultieme beeldkwaliteit en dus zijn de EF 50mm, EF 35mm en EF 24-70mm niet uit mijn tas geweest. De PowerShot G7X is zo klein en licht dat je hem onderweg een hele dag onopvallend bij kunt hebben en als je dan in RAW fotografeert met de lichtsterke 24-100mm lens, dan ziet het er allemaal supergoed uit. Ook een simpele macrofoto, leuke filmpje in full-HD en een panorama zijn met deze compactcamera binnen handbereik. Voor vakantiefotografie bij goede lichtomstandigheden blijft de PowerShot GX-serie onovertroffen.

    16mm, 400mm, macro en fisheye
    Toch had ik die grote fototas met alle accessoires niet voor niets meegenomen. De 16mm van mijn EF 16-35mm 4L IS doet het fantastisch bij een bezoekje aan een oud vestingstadje en in het weidse landschap. Het is dan een genot om die hoge beeldscherpte van lens en camera op 100% in Lightroom terug te zien. Hoewel je later in een fotoboek bij afdrukformaten tot 21 bij 14 cm wel goed moet kijken of het een foto is geweest van de PowerShot G7X of EOS 5D mark IV.

    De 400mm (EF 70-200mm met EF 2x III) kwam prima van pas om vogeltjes op een voederplaats in de tuin van ons vakantiehuis te fotograferen. Camera op statief en draadloos aangestuurd vanaf mijn telefoon (app Camera Connect) om 20m verderop vanuit je luie stoel onder het genot van een kopje koffie koolmezen en boomklevers te fotograferen.

    Mijn favoriete lens, de EF 100mm 2.8L IS macro, heb ik gebruikt voor enkele familieportretten en vooral om de alom aanwezige vlinders en bijen te fotograferen. Die bewegende insecten fotografeer je niet met een PowerShot G7X, maar vereist de snelheid en accuratesse van een goede macrolens en snelle camera, waarbij de 100mm macro weer naar behoren heeft gepresteerd.

    Tenslotte ben ik als liefhebber van fisheye ook nog op pad geweest met mijn aloude EF 15mm 2.8 en dat in combinatie met een hoogtestatief in een bos. Zo’n statief is niet alleen heel handig om bijzondere, hoge standpunten te kiezen, maar ook juist hele lage, omdat je de camerasteun als basis kunt gebruiken om heel nauwkeurig vanaf de grond omhoog te fotograferen. In een naaldbos heeft dat onverwacht leuke plaatjes opgeleverd.

    Volledig uitgerust?
    Is het experiment van een volle fototas op vakantie geslaagd geweest? Enerzijds natuurlijk wel. Met die bijzondere lenzen op mijn EOS heb ik foto’s kunnen maken, die met een PowerShot G7X niet mogelijk zijn. Maar als ik kijk hoeveel foto’s ik gemaakt heb met beide camera’s, dan is die verhouding toch 75-25 in het voordeel van de PowerShot. En dat is eigenlijk niet verrassend. Want foto’s maken tijdens je familievakantie is toch iets anders dan met fotovrienden het veld in gaan voor een specifiek onderwerp. Op vakantie moet je camera veelzijdig en compact zijn en daaraan voldoet de PowerShot GX-serie van Canon perfect.

    En natuurlijk onze vraag: wat neem jij mee op vakantie?

    P.S.
    Ben ik ook volledig uitgerust thuisgekomen? In het vakantiehuis midden in het bos heb ik mijn hoofd behoorlijk leeg kunnen maken, dus sta ik op dat punt weer fris aan de start van hopelijk een mooi nieuw fotojaar (Photokina: 26 - 29 september!!). Fysiek is de ‘uitgerustheid’ misschien ietsje minder, want de dagelijkse boswandelingen hebben de spieren behoorlijk belast. De jaren beginnen te tellen ;-)


  • Volledig uitgerust op vakantie geplaatst op maandag 4 juni 2018 14:05:48 door pjcdhaeze

    Elk jaar deel ik op EOSzine mijn bespiegelingen over de camera die ik dat jaar mee zal nemen op vakantie. Dus ook deze keer. Dit jaar speelt onze zomervakantie zich af binnen de landsgrenzen en omdat we met de auto gaan (en zonder de kinderen) is de speelruimte voor mijn fotogereedschap onbegrensd. Want er is altijd wel een plaatsje in of op de auto voor een volwassen fototas met statief. Die overdaad aan ruimte en het ontbreken van gewichtsrestrictie geeft mij dit jaar dus de vrijheid om gewoon met mijn EOS en een handige set met lenzen op pad te gaan. Zo hoef ik bijvoorbeeld niet met pijn in het hart mijn EF 70-200mm 2.8L IS II thuis te laten. Ook is het lang geleden dat mijn werkstatief ingepast kon worden in de bagage.

    Dit jaar dus geen slapeloze nachten over wat ik aan cameraspullen mee ga of kan nemen, hoewel al mijn keuzes van de laatste jaren allemaal prima waren:

    • 2015: Engeland met PowerShot G7X (klik hier)
    • 2016: Italië met de PowerShot SX720 (klik hier)
    • 2017: Spanje met de EOS M6 en EF-M 18-150mm (klik hier)

    Deze keer ga ik dus volledig uitgerust - op fotografisch gebied - op vakantie en dat geeft een goed gevoel. Maar ook voel ik meteen de druk dat ik dan geen excuses meer heb voor ‘slechte’ foto’s. Als je in JPEG zonder filters een zonsondergang moet fotograferen, dan weet je dat het technisch niet helemaal 100% zal zijn. Of dat de kans groot is dat je zonder statief en ver ingezoomd toch iets van bewegingsonscherpte zult zien.

    Nee, met een EOS 5D mark IV en een EF 16-35mm 4L IS met grijsverloop of EF 100mm 2.8L IS met polafilter vanaf een stabiel statief, dan moét die foto goed zijn. Tot op de pixel. Toch? Of is dat de druk die ik mezelf opleg? Want vakantiefoto’s zijn toch van een heel andere orde dan een sessie die je in opdracht doet van een klant? Het moet geen werk worden en vooral spontaan blijven.

    Misschien is deze keer het beste onderdeel van mijn bagage een - wijze - uitspraak van mijn vrouw: “Je kunt ook van een uitzicht of onderwerp genieten zónder camera’. Misschien zelfs nog wel beter”. En met die wijsheid gaan we dit jaar samen op pad, want anders kom ik ondanks mijn complete foto-uitrusting toch niet uitgerust terug thuis.

    En ook zoals elk jaar mijn vraag: wat ga jíj meenemen op vakantie? Laat het hieronder weten.

    Alvast een fijne (foto)vakantie!

    Pieter Dhaeze

    P.S. Stiekem neem ik ook mijn PowerShot G7X mee. Ik ben benieuwd waar ik de meeste foto's mee ga maken ;-)


  • De ‘ALTIJD-NOOIT’-fotoregels geplaatst op vrijdag 23 maart 2018 09:44:42 door pjcdhaeze

    In mijn dagelijkse praktijk heb ik redelijk veel te maken met beginnende fotografen die overstappen van hun telefoon naar een ‘echte’ camera (zie blog). Ze willen natuurlijk allemaal betere foto’s gaan maken, zowel creatief als technisch. Op dat laatste punt zie je dat er soms nogal wat onzekerheid bestaat om met enige voorspelbaarheid een goed belichte en scherpe foto te maken. De vele mogelijkheden van een camera en het ondoorzichtige jargon van instellingen vormen daarbij een behoorlijk drempel.

    Het goed uitleggen van cameratechniek en -instellingen is daarom een hele uitdaging, waarbij luisteren naar de ‘klant’ en maatwerk belangrijke aspecten zijn. Bij veel beginnerscursussen is dat gezien de korte duur en de vele deelnemers niet altijd mogelijk en daarom wordt vaak gewerkt met ‘one liners’, waarbij je bepaalde dingen ALTIJD moet doen en andere zaken absoluut NOOIT mogen. Ze lijken het fotoleven eenvoudiger te maken, maar zorgen soms ook voor verwarring. Een kleine opsomming:
    • Fotografeer NOOIT in de groene stand
    • Een goede fotograaf fotografeert ALTIJD in de M-stand
    • Gebruik NOOIT de Auto ISO
    • Fotografeer NOOIT met de automatische witbalans
    • Zet de camera ALTIJD op AdobeRGB
    • Fotografeer ALTIJD in RAW
    • Zet de horizon ALTIJD op 1/3
    • Zet het hoofdonderwerp ALTIJD uit het midden
    Waarschijnlijk is het rijtje nog veel langer en zijn er nog veel meer do’s-and-don’ts.

    Ik wil hier verder niet ingaan op de zin of onzin van bovenstaande regeltjes, maar wel aangeven dat ALTIJD en NOOIT niet bestaan in de wereld van fotografie. Zoals in de echte wereld is alles relatief. Soms is de M-stand handig en een andere keer de A-stand. Soms gebruik je Auto ISO en soms niet. Dus laat je niet onzeker maken door ‘one liners’. Je hoeft je echt niet te schamen als je het anders doet dan de ‘ALTIJD-NOOIT’-fotoregels. Vertrouw in eerste instantie op de automatiek van steeds ‘slimmer’ wordende camera’s, want dat doe je ook als je met je telefoon fotografeert. Dan ben je ook niet voortdurend aan wieltjes aan het draaien, zie je zelden ingewikkelde getalletjes en maak je toch goede foto’s.
    En mislukt een foto desondanks toch, probeer dan te achterhalen waarom dat zo is en bij te sturen met een eigen handmatige correctie van belichting (belichtingscompensatie) of scherpstelling (enkel AF-punt of continue AF). Besef daarbij dat voor een goede foto zaken zoals voorbereiding, timing, kadrering en compositie minstens zo belangrijk zijn als helderheid, kleuren en scherpte. Dus focus niet teveel op je camera en instellingen, maar vooral op je onderwerp.

    Weet jij nog meer do’s-and-don’ts en wat vind jij van? Laat het ons weten.


  • Mijn - fictieve - instapcamera geplaatst op dinsdag 6 maart 2018 18:30:05 door pjcdhaeze

    Toen ik begon met digitale fotografie in 1996, waren er nog geen mobiele telefoons waarmee je foto's kon maken. Mijn instapcamera was een Agfa ePhoto307: sensor 640 x 480 pixels, geen lcd-scherm, vast brandpunt 43mm, geen geheugenkaart, seriële poort. Het was een soort boterhamtrommeltje, waarbij de R&D-afdeling niet veel tijd besteed had aan de ergonomie en bediening. Heerlijk simpel.

    Maar stel dat je 'anno nu' over wilt stappen van een telefooncamera - die overigens steeds beter worden - naar een 'echte' camera. Dan is de keuze minder eenvoudig en mijns inziens is die overstapcamera er ook - nog steeds - niet. Want wat je ook kiest, de zogenaamde instapcamera's worden gemaakt door fabrikanten die echte camera's maken en die denken uitsluitend in vormen en bediening die afgeleid zijn van een klassieke camera en niet van een telefoon. Waarom maakt een jonge 'start-up' nu eens niet een 'echte' camera, maar dan vanuit het perspectief van een telefoongebruiker en niet vanuit de 'klassieke' fotografie.

    Waarom zou je over willen stappen van een telefoon naar een camera?
    • Beter houvast, zodat je minder bewogen foto's hebt en nauwkeuriger kunt kaderen
    • Past eenvoudig in jaszak/colbert of handtasje, dus geen uitstekende delen
    • Een echte ontspanknop voor foto en video, zonder vertraging om geen moment meer te missen
    • Een echte zoomlens van 20 tot 80mm eq. f/2 over het hele gebied
    • Grotere (1 inch) sensor (13 Mp, 4800 bij 2700 pixels) voor betere foto's (minder ruis) bij weinig licht
    • DNG
    • Draadloos opladen en automatisch upload naar cloud (zoiets als de CS100)
    • Spraakgestuurde commando's ontspanner en helderheid
    • Full-HD video 240 fps voor slow motion
    Dit lijstje is nog zeker niet volledig, maar voor mezelf heb ik de belangrijkste puntjes zo wel genoemd.

    De mythe van de verwisselbare lens
    In het wensenlijstje voor de ultieme overstapcamera ontbreekt bewust het punt 'verwisselbare lens'. Als je een brandpuntbereik hebt van 20mm tot 80mm met een close-upstand, dan zal de beginnende fotograaf de eerste tijd cq. jaren geen behoefte hebben aan een korter of langer brandpunt. Een grotere beeldhoek maak je met de automatische panoramafunctie. Een kleinere beeldhoek door de foto bij te snijden. De lens van mijn instapcamera mag gewoon een vaste zoomlens zijn, volledig intrekbaar, lichtsterk (f/2) en met concrete stappen: 20mm, 24mm, 28mm, 35mm, 50mm, 80mm en close-up 1:3.


    En hoe zou ik zo'n instapcamera willen laten bedienen? Een telefoonfotograaf schrikt van veel knopjes en wieltjes. Dus als overstappende 'camerafotograaf' wil je zo veel mogelijk denk- en instelwerk overlaten aan de intelligentie van de camera en eigenlijk alleen simpele controle willen over helderheid en scherpstelpunt. Dan heb je tenminste de tijd om aandacht te geven aan je onderwerp. Ook komen bij een 'echte' camera veel nietszeggende en onlogische getalletjes - letterlijk - in beeld en dat helpt ook niet echt om de leercurve te verlichten.

    Dus:
    • Lichtmeetmethode op centrum gewogen, dus met minder last van tegenlicht.
    • Diafragma voorkeuze, waarbij default altijd het grootste diafragma voor onscherpe achtergrond en voor laagste ISO.
    • Auto ISO op basis van sluitertijd afhankelijk van brandpunt én beeldstabilisatie met 1/40s als langste sluitertijd.
    • Helderheid visueel beoordelen op IPS-lcd-scherm en corrigeren met belichtingscompensatie.
    • Witbalans op Automatisch.
    • Sensor met Dual Pixel en zelf scherpstelpunt aangeven met tikken op het scherm.
    • GPS, wifi, BT LE
    • Dedicated knop voor actie-instellingen (Ai servo, motordrive, tracking).
    • 'Pro-modus' om via scherm meetmethode, programma, diafragma, sluitertijd, ISO, witbalans, scherpstellingen en dergelijke te regelen.

    De mythe van de M-stand
    Bij de aankoop van hun eerste 'echte' camera krijgen telefoonfotografen vaak een korte training over hun nieuwe camera. Bijna zonder uitzondering wordt ze daarbij ingeprent dat de M-stand de enige manier is om 100% controle te hebben over de kwaliteit (lees: helderheid) van je foto's. Als je echter met de interne lichtmeter van je camera werkt (en dat doet 99% van de fotografen - vrijetijd en pro) dan is die M-stand in 95% van de gevallen onnodige 'moeilijkdoenerij'. Bedenk zelf maar eens waarom of klik hier.


    Ontwerp
    Bovenstaande wensenlijst en bediening moeten natuurlijk in een compacte en lichte behuizing verwerkt worden. Ik kan niet tekenen en ben geen ontwerper, maar het apparaatje mag niet groter zijn dan 14 bij 7 cm met een lcd-scherm van 10,7 bij 6 cm (16:9). De dikte ongeveer 15mm met ruimte voor de volledig intrekbare lens, de elektronica en een behoorlijke accu. Omdat overdracht en opslag draadloos en automatisch gaat, geen stekkeraansluitingen, alleen een sim-tray voor simkaart en micro-SD. Compatible met Chromecast en Airplay.

    De camera houd je linksboven vast met goede grip als draaipunt voor landschap/portret. Onder deze 'grip' een knopje voor terugkijken foto's en video, Menu-knopje en Quick-settingknopje. Aan de rechterkant van het lcd-scherm ontspanknopjes voor foto's en voor video. En 'tuimelschakelaartjes' voor overbelichten en voor zoomen. That's all.

    Samenvatting
    Fotograferen met een 'echte' camera moet niet moeilijk hoeven zijn. Ook mijn gedachtekronkel zal waarschijnlijk allerlei gebruikersproblemen kennen, omdat ik altijd vanuit een camera gedacht heb en nooit vanuit een telefoon. Bovendien bestaat mijn ontwerp helemaal niet.
    Misschien komt op dit moment de PowerShot G9X mark II nog wel het meest in aanmerking als ideale overstapcamera. Kijk maar eens naar zijn review (klik hier). Of heb jij een beter 'overstapcamera'-idee? Laat het dan hieronder weten.


  • Jaaroverzicht 2017-2018 geplaatst op dinsdag 9 januari 2018 14:27:57 door pjcdhaeze

    Ook dit jaar kijk ik weer even terug naar de producten die Canon in 2017 heeft gepresenteerd. Ook sta ik stil hoe bij mijn gereedsschapjaar eruit heeft gezien en wat er op mijn wensenlijstje staat voor 2018.

    Overzicht Canon Producten
    In de loop van 2017 zijn behoorlijk wat nieuwe Canon-producten verschenen. Zo is het een bijzonder jaar voor EOS. Ten eerste omdat het merk 30 jaar bestaat, maar ook omdat er wel zes nieuwe modellen aan de line-up zijn toegevoegd:

    Met de EOS M5 in 2016 is wat ons betreft de spiegelloze EOS-camera van Canon volwassen geworden. De EOS M6 borduurt daar naadloos op verder en is door zijn compactheid nog meer de ideale camera voor onderweg (reportage, reis, vakantie). We hopen dat in 2018 het assortiment van EF-M lenzen wordt uitgebreid, zodat het een volwaardig systeem wordt.

    De nadruk bij de genoemde EOS 800D en EOS 77D ligt vooral op connectiviteit en introductie van de 24 Mp Dual Pixel-sensor. Dit middensegment EOS-DSLR heeft nu samen met de EOS 80D een breed keuzeveld voor de enthousiaste vrijetijdsfotograaf, dus voor elke portemonnee en elk wensenlijstje.

    In het segment ‘daaronder’ - de instapmodellen - heeft de EOS 200D ons heel positief verrast. Bijna net zo klein als zijn voorganger, maar veel moderner en bijna gelijkwaardig aan de EOS 800D.

    Een stapje boven het middensegment maakte de EOS 6D mark II zijn langverwachte opwachting en over het geheel genomen zal elke fotograaf die overstapt op full-frame heel veel plezier beleven aan deze camera. Er zijn weinig onderwerpen die je met de EOS 6D mark II niet perfect in beeld zult kunnen brengen.

    In het najaar is de EOS M100 geïntroduceerd, die door zijn compactheid en zijn bedieningsgemak heel aantrekkelijk is voor telefoonfotografen die meer controle en kwaliteit willen, zoals jonge ouders. De EOS M100 bewijst dat je met een spiegelloos systeem een heel breed spectrum van camera’s kunt ontwikkelen, van een EOS M5 voor de serieuze vrijetijdsfotograaf tot de ‘happy snapper’.

    Op het gebied van lenzen was 2017 een rustig jaar, maar daardoor niet minder spectaculair:

    • EF-S 35mm 2.8 Macro IS STM (review)
    • EF 85mm 1.4L IS (review)
    • TS-E 50mm, 90mm en 135mm (review volgt)

    De EF-S 35mm is heel welkom als reportagelens. De macrofunctie en het ringlicht zijn leuke bijkomstigheden, maar alleen daarvoor zou ik deze lens niet voor aanschaffen. Voor macro is de EF-S 60mm met een los LED-lampje mijns inziens een betere keuze.

    Hoewel de EF-S 35mm een leuk en uniek lensje is, zit het spektakel van 2017 toch vooral in de nieuwe EF 85mm 1.4L IS en drie nieuwe TS-E L-lenzen. Stuk voor stuk zijn deze vier lenzen optische pareltjes en zullen ze vooral excelleren op camera’s als de EOS 5D mark IV en EOS 5DsR. Ze hebben een behoorlijk prijskaartje, maar dat wordt moeiteloos ‘terugbetaald’ door de perfecte pixels die deze lenzen genereren. Bovendien zijn ze bovengemiddeld waardevast.

    Canon is meer dan EOS en ook in het segment compactcamera’s hebben we twee pareltjes te melden:

    • PowerShot G9X mark II (review)
    • PowerShot G1X mark III (review)

    Zoals je weet ben ik groot fan van de 1-inch PowerShot GX-serie. De PowerShot G9X mark II was begin 2017 al een leuke upgrade van de kleinste telg in deze productgroep en biedt hoge beeldkwaliteit in zakformaat, maar de echte klapper kwam in het najaar met de aankondiging van de PowerShot G1X mark III. Zonder enige schroom kunnen we stellen dat dit een volwaardige EOS is die in je jaszak past. Zit bij het EOS M-systeem de lens soms nog wel eens ‘in de weg’, bij deze nieuwe PowerShot is dat niet het geval, terwijl je toch 3x kunt zoomen. Voor straat- en travelfotografie zou ik de PowerShot G1X mark III als eerste camera kiezen en er zelfs volledig stil een ceremonie bij bestaand licht mee fotograferen!

    Tot slot zijn ook in de andere productgroepen nieuwe modellen verschenen, die we hier slechts kort vernoemen, maar voor de doelgroep zeker interessante producten zullen zijn.

    • Speedlite MT-26EX-RT (review volgt)
    • PIXMA TS205/TS305/TS5150/TS6150/TS8150/TS9150 (review)
    • PIXMA TR7550/TR8550/G4500 (review)
    • SELPHY CP1300 (review)
    • Legria GX10 (review volgt)
    • Legria HF R806/R86/R88
    • XEED 4K600Z

    De belangrijkste mijlpaal voor EOS in 2017 was zonder twijfel zijn 30-jarige bestaan, maar vermeldenswaard zijn toch ook het bereiken van de volgende productieaantallen: 90 miljoen EOS-camera’s en 130 miljoen EF-lenzen. Letterlijk onvoorstelbaar!

    Mijn 2017-2018
    De wereld van fotografisch gereedschap is nog steeds flink in beweging en wekelijks passeren vele ‘verleidingen’ van nieuwe camera’s, lenzen en accessoires. Toch heb ik in 2017 slechts één nieuwe aanschaf gedaan en dat is een R80N3-afstandsbediening voor mijn EOS 5D mark IV als vervanging van mijn oude exemplaar, die in de opruimwoede van oude kabels en snoeren bij een kringloper terecht gekomen was.

    Dat ik dus vorig jaar niet erg kooplustig ben geweest, heeft twee redenen.

    • Allereerst ben ik met EOSzine in de gelukkige omstandigheid dat ik nieuwe camera’s, lenzen, printers en accessoires van Canon kan testen. Zo wordt mijn behoefte van ‘unboxing’ volledig bevredigd met doosjes die ik allemaal terug mag/moet/kan sturen en kan ik tijdens het praktisch gebruik van nieuwe apparatuur veel ‘toeters en bellen’ relativeren, waarna er weinig het predicaat ‘must have’ krijgen. Zo ben ik echt superenthousiast over de PowerShot G1X mark III, maar uiteindelijk heb ik al een EOS 80D en een PowerShot G7X, en die geven me samen nagenoeg dezelfde mogelijkheden. En dat is met meer camera’s en lenzen. Zo droom ik al jaren van een EF 200mm 2L IS, maar wat voegt die toe boven mijn EF 70-200mm 2.8L IS II? Voor mij persoonlijk zal een nieuwe camera of lens dus niet altijd tot betere foto’s leiden, maar zal ik zelf beter moeten timen, voorbereiden of inleven. Voor slechte foto’s kun je je camera of de lens de schuld geven, maar vaak ben je zelf de oorzaak.

    • De tweede reden voor mijn gematigde aankoopbeleid is dat ik in de afgelopen 15 jaar een redelijk compleet arsenaal aan goede lenzen en camera’s bij elkaar heb gesprokkeld. De meeste L-lenzen heb ik al meer dan 5 jaar en daar heb ik elke dag nog plezier van. Soms vervang ik een lens door een nieuwere versie, maar met inruil en cashback is de extra investering dan toch vaak heel beperkt. Dus daarom geen nieuwe camera of lens in 2017. Om eerlijk te zijn is dat ook omdat de nieuwe EF 85mm 1.4L IS nog niet verkrijgbaar was in het oude jaar. Want na deze lens in december getest te hebben, zei mijn verstand dat ik - weliswaar met pijn in mijn hart - mijn veelgeprezen (maar soms ook verguisde) EF 85mm 1.2L II moést inruilen (met een relatief kleine bijbetaling).

    Is met de nieuwe EF 85mm 1.4L IS mijn koopwoede voor 2018 gestild? Zoals ik het nu zie wel, hoewel ik meer in het veld wil gaan doen met mijn Speedlite 600EX RT en ST-E3. Dus misschien op de korte termijn nog een statiefje en een softboxje. En camera’s of lenzen? Ik ga de drie nieuwe TS-E lenzen nog testen en persoonlijk ben ik echt heel benieuwd naar de 135mm-versie voor product-, food- en portretfotografie. Ik hoop dat ik de verleiding kan weerstaan. Wat camera’s betreft ben ik voorzien. Oorspronkelijk had ik in 2017 gehoopt op een spiegelloze full-frame systeemcamera van Canon, maar nu ik ruim een jaar met de EOS 5D mark IV rondloop, gaat zo’n spiegelloze camera niet veel concreets toevoegen aan mijn fotografie. Zoals gezegd ga ik waarschijnlijk niet veel betere foto’s maken met een leuk nieuw ‘speeltje’, maar moet ik meer aan mijn eigen ‘skills’ werken. En bovendien koop ik niet een bepaalde camera omdat mijn ‘buurman’ er ook een heeft of omdat het op internet een hype is. Dat slaapt wel zo rustig en dan kan ik tevens op mijn gemak dromen van wat gaat komen in 2018. Canon, verras ons!

    Tot slot wens ik alle lezers een gezond en fotogeniek nieuw jaar en ben ik benieuwd wat jouw fotografie-wensen zijn voor 2018? Laat het weten in de reacties onder deze blog.


  • Dynamisch bereik en portret geplaatst op maandag 4 december 2017 14:07:26 door pjcdhaeze

    Heeft een portretfotograaf veel te maken met hoog contrast in zijn onderwerp en welke middelen heeft hij dan ter beschikking om dat grote dynamische bereik te overbruggen?

    Een portretfotograaf werkt met flitslicht, met bestaand licht of met een combinatie ervan. In de studio zal in de meeste gevallen het bestaande licht weggeflitst worden, dus de fotograaf heeft het contrast zelf in de hand met invulflitsen en reflectieschermen. Bij een low-key portret met een zwarte achtergrond is het zelfs prettig dat een camera niet het dynamisch bereik van het menselijk oog kan overbruggen, omdat bij juiste belichting van het model de achtergrond dan echt zwart zal zijn. Moet de achtergrond 100% wit zijn, dan bereik je dat door flitslicht op die achtergrond te zetten en niet door bijvoorbeeld in Lightroom de witten te verhogen.

    Bij bestaand licht kan wel hoog contrast optreden als het model voor een vensterraam staat of voor een heldere achtergrond. Dit kun je creatief gebruiken of je verplaatst het model om een silhouet (of overbelichte achtergrond) te vermijden. Een tijdelijke achtergrond achter het model of een reflectiescherm aan de voorzijde, kunnen dan ook wonderen doen. Heb je de plaatsing van model en camera niet in de hand (reportage), dan kun je tegenlicht bij een portret eenvoudig oplossen met een invulflitsje wanneer het model binnen flitsbereik is en geen obstakels aanwezig zijn.

    In alle genoemde gevallen zul je in Lightroom amper een beroep hoeven doen op Schaduwen en Hooglichten en is dynamisch bereik van de sensor geen beperkende factor. Een praktisch omstandigheid waarbij dat wel het geval kan zijn, is wanneer het model buiten flitsbereik is en/of veel obstakels zich tussen camera en onderwerp bevinden. Denk hierbij aan sport- en actiefotografie, zoals atletiek in een groot stadion of motorcross vanuit lage standpunten, waarbij de lucht in beeld komt. Of een wintersporter in actie met een sneeuwachtergrond in de volle zon. Voor veel portretfotografen zijn deze specifieke contrastgevallen geen dagelijkse kost en dan nog kun je met veel EOS-camera’s het onderwerp twee tot drie stops verhelderen zonder dat het lelijk wordt.

    Een hoog dynamisch bereik van een sensor is altijd een welkome bijkomstigheid (!) voor een betere fotokwaliteit. Maar op het moment dat je fotografie niet zonder een hoog-DR sensor kan, dan moet je je afvragen waarom je in Lightroom steeds meer dan drie stops aan de schaduwen moet trekken. Misschien toch eens flitsen, filters gebruiken of een trapje maken, want dat levert nog steeds de beste kwaliteit op. En met die klassieke hulpmiddelen ben je zelf in staat om het licht in je onderwerp in hoeveelheid en richting te sturen en dat is een niet te onderschatten voordeel.


  • Lightroom dilemma | 'Kopen of leasen'? geplaatst op woensdag 29 november 2017 17:53:34 door pjcdhaeze

    In oktober 2017 maakte Adobe bekend dat de nieuwste Lightroom, genaamd Classic, niet meer als koopversie beschikbaar zou zijn. Als je Lightroom Classis CC wilt gebruiken op je computer, dan kan dat alleen nog in licentie én in combinatie met Photoshop CC (Fotografieplan) voor de prijs van iets meer dan 12 euro per maand (incl. BTW, klik hier).

    Deze nieuwe policy heeft behoorlijk veel stof doen opwaaien in fotografieland. Veel fotografen voelen niets voor deze vorm van softwaregebruik en overwegen over te stappen naar een andere RAW-converter (koopwijzer: klik hier). Voordat je dat gaat doen wil ik je deelgenoot maken van een bespiegeling ten aanzien van kosten van fotografie en natuurlijk ben ik ook weer benieuwd naar jouw mening.

    Mijn workflow
    Persoonlijk gebruik ik Lightroom en Photoshop vanaf het eerste CC-begin in licentie. Ik verwerk veel RAW-foto’s en Photoshop maakt nog een wezenlijk onderdeel uit van mijn workflow. Die €12,09 euro incl. 21% BTW (€9,99 ex. BTW) is dan een prima deal aangezien Photoshop 7 NL destijds 1000 euro kostte (klik hier). Met het Fotografie CC-plan van Adobe werk ik dus met software die normaal gesproken 1200 gekost zou hebben en dat is 100 maanden licentie-gebruik, zijnde ruim 8 jaar. En dankzij die licentie werk ik altijd met de nieuwste software. Bovendien heb ik met het Fotografieplan toegang tot een cloudbibliotheek, fonts en stock en is Lightroom CC voor mobiele apparaten in het abonnement inbegrepen. 

    Niet-pro
    Wanneer je echter niet professioneel met Lightroom (en Photoshop) werkt, dan lijken de zaken heel anders te liggen. Je bent dan helemaal niet gewend aan licenties voor software. Je koopt een programma en daarmee klaar. Is die 12 euro per maand voor professionele software dan echter onredelijk en schromelijk overvraagd?

    Misschien moeten we daarvoor eens een eenvoudig rekensommetje maken om te zien wat voor een vrijetijdsfotograaf de maandelijks kosten zijn van zijn hobby.

    • Inventariseer wat je allemaal aan fotogereedschap in je bezit hebt: een camerabody, een paar lenzen, een statief, een fototas, batterijen, geheugenkaartjes, een computer, een monitor en misschien ook nog een flitser, diverse filters, een printer en andere kleine accessoires. Zet hiervan de afzonderlijke aanschafprijs onder elkaar.
    • Probeer van elke stuk ‘gereedschap’ de gebruiksduur in te schatten. Een camera ruil je na een jaar of vier in en een lens vervang je misschien pas na zes jaar.
    • Schat per artikel een reële inruil- of tweedehandsprijs in.
    • Deel vervolgens het verschil tussen aanschaf- en inruilprijs door het aantal jaren van de verbruiksduur en deel dat weer door 12, zodat je per onderdeel weet wat het per maand aan afschrijving kost.
    • Tel dat laatste rijtje bij elkaar op en je weet de ordegrootte van je maandelijkse fotografiekosten.

    Hieronder tref je een overzichtje van twee verschillende scenario’s en in het gematigde geval ben je dus al bijna 50 euro per maand kwijt aan vrijetijdsfotografie. Dat bedrag voel je fysiek niet in je portemonnee, maar de kille cijfers zeggen iets anders. Toch? Hoe duur is na dit rekensommetje die 12 euro nog voor de licentie van Lightroom én Photoshop, professionele software?

    Als ik bovenstaande als vrijetijdsfotograaf zou lezen, dan zou ik meteen in de verdediging springen. Want mijn auto wordt ook niet bekostigd door private lease en kunststof kozijnen schaf ik ook niet aan op afbetaling. Gewoon ‘boter bij de vis’! En dat wil ik met Lightroom ook.

    We eindigen deze blog dan ook weer in een spagaat voor de vrijetijdsfotograaf met het dilemma: Lightroom/Photoshop kopen of leasen? Laat jouw argumenten horen waarom ik er compleet naast zit met mijn getalsmatige bespiegeling. Of schuilt er toch wel een kern van waarheid in?

    Wil je niet leasen of gebruik je te zelden Lightroom voor een abonnement, lees dan onze koopwijzer over alternatieve RAW-converters: klik hier.

    Wil je met ons Excel-bestand uitrekenen wat jouw maandelijkse kosten zijn, download dan hier de zip van het worksheet.


  • Beeldmanipulatie: waar ligt de grens? geplaatst op zondag 29 oktober 2017 09:13:35 door pjcdhaeze

    Oktober was een heftige maand als het om digitaal beeld gaat. Niet direct om het fysiek maken van foto’s, maar hoe je dat beeld anno 2017 allemaal kunt manipuleren. Reden genoeg voor een korte bespiegeling met de vraag die we ons al eerder gesteld hebben “beeldmanipulatie: waar ligt de grens?”

    Smartphones
    Op het gebied van fotografie worden smartphones steeds meer ‘smart’-camera’s. En als een nieuwe telefoon wordt aangekondigd en getest, dan is een van de belangrijkste onderdelen de kwaliteit van de camera en die is tegenwoordig ‘pretty amazing’. Een onscherpe achtergrond is geen probleem meer. Apple doet dat met een dual lens-systeem in zijn iPhone 8 en X en Google bereikt op dat punt prima resultaten met slechts één lens en heel intelligente software. En die intelligentie gaat verder dan alleen een onscherpe achtergrond. Gezichtsherkenning wordt steeds beter, sneller en nauwkeuriger en je kunt zelfs ‘studio’-effecten loslaten op een portretfoto. Bovendien zetten de telefoonfabrikanten sterk in op neurale netwerken, kunstmatige intelligentie en ‘machine learning’. Geen idee wat het allemaal precies doet, maar een telefoon wordt steeds meer een supercomputer in zakformaat.

    Adobe
    Ook het bewerken van foto’s op een mobiel apparaat neemt professionele vormen aan met de introductie deze maand van Lightroom CC. Een app op telefoon of tablet, waarmee je nagenoeg alle parameters van de module Ontwikkelen van het ‘echte’ Lightroom in je vingertoppen hebt. Bovendien staan al je (RAW) foto’s in de cloud en kun je dus op elke plaats met internet je foto’s op de hoogste kwaliteit beheren, bewerken en delen. Wie had een paar jaar geleden gedacht dat bandbreedte en cloudopslag zo ‘alledaags’ en toegankelijk zouden worden.

    Adobe is ook op andere gebieden heel druk met het ontwikkelen van ‘intelligente’ en innovatieve oplossingen en ze hebben dat vervat in Sensei. Hiermee willen ze het leven van de creatieve professional nog leuker en simpeler maken. Neem maar eens een kijkje op hun Sensei-pagina (klik hier). En zie je liever concrete voorbeelden van al die ‘slimheid’, laat je dan verbazen door 11 spectaculaire beeldmanipulaties (klik hier), zoals die getoond werden tijdens de Adobe Max op 18 oktober.

     
    Irista Dat software steeds slimmer wordt, bewijst ook Canon die in Irista op basis van de inhoud van een beeld automatisch trefwoorden (tag) laat toevoegen aan een foto. Hoewel nog niet 100% perfect, is deze ‘tagging’ toch al behoorlijk accuraat. Lees hier meer over Irista (klik hier).
     

    Lightroom Classic
    Sommige ‘slimme’ beeldmanipulaties zijn dus al realiteit en anderen zullen in de nabije toekomst in de wereld van foto en video hun intrede doen. Spannend.

    Tot die tijd ga ik als fotograaf gewoon nog steeds aan de slag met twee ‘oudjes’ in beeldbewerking: Photoshop en Lightroom. En zeker met de nieuwste versies van deze programma’s (oktober 2017: CC 2018 en Classic CC) kun je je behoorlijk creatief uitleven. Zo heb ik naar eigen smaak en beleving onderstaand beeld levendig gemaakt uit een heel somber RAW-bestand. Ik kan er met plezier naar kijken, maar wat vind jij ervan. Hoe ver kun je gaan met beeldbewerking? Waar ligt de grens?

    Maak je eigen versie van dit RAW-beeld (CR2 of DNG, EOS 5D mark IV). Onder de inzendingen verloten we een Xpozer (75 bij 50 cm). Ga de uitdaging aan en verleg je grenzen!
    Inzenden naar info@eoszine.nl kan tot en met 26 november.


  • De foto-'waarheid' geplaatst op donderdag 28 september 2017 13:47:26 door pjcdhaeze

    “En heb je die foto’s bewerkt?’ De vraag landt als een tikkende tijdbom in de plotseling muisstille zaal, waar de pro-fotograaf zojuist een adembenemende serie foto’s aan zijn publiek heeft gepresenteerd. En wat het antwoord van onze fotograaf ook is, de toon is gezet. Want als iemand zijn foto’s bewerkt, dan verdraait hij toch de waarheid? Of heb jij dat gevoel helemaal niet.

    Het bewerken van foto’s is voer voor een levendige discussie, die grote filosofische hoogte kan bereiken. Met deze blog wil ik me echter geenszins op dat ‘gladde’ vlak begeven, maar gewoon eens technisch stilstaan bij de vraag hoe de kleuren, het contrast en de scherpte van een foto nu eigenlijk tot stand komen en wat we dan onder wel of niet bewerken verstaan.

    We gaan even terug naar de analoge tijd. Je zag dan van een foto afgedrukt op papier. Tastbaar. Het was, wat het was. Het enige dat je je misschien afvroeg was wat voor rolletje de fotograaf gebruikt had, omdat je de kleuren verzadigd vond of het contrast hoog. De vraag of hij de foto bewerkt had werd zelden gesteld.

    En hoewel in de digitale tijd het rolletje verdwenen is, is het er eigenlijk nog steeds. Want de sensor varieert van fabrikant tot fabrikant en zal afhankelijk van de kleur van de filtertjes boven de fotocellen en de vereiste interpolatie, bepaalde RGB-kleuren genereren. Dus door een bepaald cameramerk of zelfs cameramodel te kiezen, zijn je foto’s eigenlijk al bewerkt. Maar er wordt nog meer bewerkt in de camera. Na de interpolatie naar de RGB-waarden per pixel, moeten deze nog met een cameraprofiel in een zichtbaar beeld worden vertaald. Bij een EOS-camera zijn die cameraprofielen ondergebracht in de zogeheten Beeldstijlen. Wil je een pakkend plaatje, dan kies je voor beeldstijl Standaard. Moet de foto meer neutraal van kleur en vlakker van contrast zijn, dan zet je de beeldstijl op Neutraal. Net als vroeger kies je met de beeldstijl eigenlijk het soort rolletje en dus het karakter van je foto’s. Een JPEG-direct uit de camera is dus al bewerkt. Nog voordat je hem in Photoshop geopend hebt. Of hij de ‘waarheid’ (echte kleuren en contrast) laat zien, wordt dus bepaald door de beeldstijl en die wordt door de fotograaf gekozen, die zo zijn beeld ‘manipuleert’.

    Fotografeer je in RAW en ontwikkel je in Lightroom, dan lijkt het alsof je de invloed van de beeldstijlen van je camera kunt omzeilen. Dat je dan de echte kleuren ziet. Helaas. Ook in Lightroom moet een cameraprofiel voor een zichtbaar beeld zorgen. Die profielen vind je in het deelvenster Camerakalibratie in de module Ontwikkelen. Standaard staat dit profiel op Adobe Standard. Dat is dus een cameraprofiel die je foto’s een ‘Adobe’-sausje geeft. De andere profielen die je in Camerakalibratie vindt, hebben de beeldstijlnamen van Canon, maar zijn nog steeds ‘sausjes’ van Adobe. Kies je een ander ‘sausje’, dan zie je de kleuren en het contrast van je RAW-foto als bij toverslag veranderen, zonder dat je maar één schuifje in Ontwikkelen hebt aangeraakt. RAW-opnamen zijn dus ook altijd door de fotograaf bewerkt, alleen al door de keuze van het cameraprofiel in Lightroom. In DPP van Canon tref je weer de bekende beeldstijlen zoals in de camera aanwezig zijn en die bepalen wederom de ‘waarheid’ van een foto.

    Laatste struikelblok bij het tonen van de ‘echte’ kleuren is hoe de foto’s gepresenteerd worden. Elke monitor heeft zijn eigen kleur- en contrastkarakteristieken en dat geldt ook voor printers. Een foto op de achterzijde van je camera zal er anders uitzien dan op je monitor van je laptop, op het beeldscherm van je desktop, op je tablet en op een beamer.

    Nu zullen er fotografen zijn die de ‘waarheid’ willen bereiken door onder volledig kleurbeheer te gaan werken, waarbij alles gekalibreerd en geprofileerd is, maar dan nog lopen ze tegen het beperkte dynamische bereik van een sensor aan. Die is nog steeds niet in staat om in één opname de contrastomvang van het menselijk oog te benaderen.

    Het aanpassen van kleuren en contrast is dus eigenlijk niet echt bewerken. Dat is wel het geval als je onderdelen van een foto vervangt, toevoegt of verwijdert. De creatieve fotograaf bepaalt zelf wat daarbij de grenzen zijn. Een fotojournalist kan zich echter op dat punt geen enkele marge veroorloven. Want dan doe je de echte waarheid geweld aan.

    Je foto’s níet bewerken is dus niet mogelijk, want er is altijd een vertaalslag nodig van een fysieke werkelijkheid naar een statisch beeld. En elke keuze in deze vertaalslag is in principe een bewerking. Net zoals bij het ontwikkelen en afdrukken van een analoge foto.
    Laten we dus afspreken de vraag “en heb je je foto’s bewerkt?” voortaan achterwege te laten en hooguit te vervangen door “hoe heb je je foto’s bewerkt”. Of beter nog door een stilzwijgen en gewoon te genieten van mooie foto’s, zoals we dat ook zouden doen bij het aanschouwen van ‘De nachtwacht’. Want daarbij vraagt ook niemand zich af of Rembrandt de ‘waarheid’ heeft geschilderd.

    Wat vind jij?


  • Geen flauw idee geplaatst op maandag 4 september 2017 06:44:52 door pjcdhaeze

    Soms kom ik berichten in de media tegen waar ik mijn ‘vinger niet achter kan krijgen’. Het druist in tegen mijn ‘logica’ of brengt me op tweede gedachten. En hoe ik er ook over nadenk, ik kan voor mezelf geen eenduidig antwoord vinden. Die berichten blijven dan een tijdje door mijn hoofd spoken en dan wordt het tijd om mijn dwalende gedachten te delen. Want dit is het decennium van delen. Toch?

    Wat is duur?
    In juli 2017 is de EOS 6D mark II geïntroduceerd, de nieuwe instap full-frame van Canon en wat ons betreft een prima camera (zie onze review). Het is bij een nieuwe camera echter altijd spannend wat voor ‘buzz’ er over internet gaat rondwaren en die ‘buzz’ was er bij de EOS 6D mark II ook. Iedereen had namelijk iets te zeggen over zijn ‘beperkte’ dynamische bereik, wat uiteindelijke reuze meevalt. En ook kwam op de verschillende fora het prijskaartje ter sprake en vond ‘men’ de EOS 6D mark II te duur.
    Nu ga ik hier niet met je over de prijs van een camera twisten, maar opvallend was dat een maand later de Tesla 3 werd gepresenteerd en dat op voorhand al honderdduizenden mensen een order geplaatst hadden voor een auto waarvan de rijprestaties nog volledig onbekend zijn, maar die slechts 35.000 dollar kost voor de ‘standard range’-versie (350 km) en 44.000 dollar als je 150 km verder wilt rijden op een volle accu. Voor mij behoorlijke bedragen, maar volgens de ‘buzz’ een heel betaalbare Tesla. Daarom willen we die auto ook allemaal hebben….
    Een ander voorbeeldje van ‘niet duur’ is de iPhone 8. Die gaat ergens rond de 1000 euro kosten, maar de verwachte vraag is zo groot dat de aandelen van de toeleveringsbedrijven van iPhones sterk gestegen zijn sinds de eerste geruchten. Want blijkbaar vinden weer miljoenen mensen 1000 euro voor een telefoon niet duur.
    Dat zijn dingen die ik met mijn simpele verstand niet begrijp. Waarom vinden we sommige dingen te duur en betalen we voor andere zaken de hoofdprijs? Gaat het in dat laatste geval over ‘hebbedingetjes’ en maakt die hebzucht ons blind? Ik weet het niet. Jij?

    Het veld in
    Op EOSzine informeren we je over de werking van camera’s en de techniek van fotograferen, zodat je zo vaardig mogelijk het veld in gaat om geslaagde foto’s te maken. Want ‘in het veld’ moet het gebeuren.
    Meestal als er een mailtje binnenkomt met het verzoek aandacht te geven aan een bepaald foto-evenement, zijn we dan ook bereid om dat via de website wereldkundig te maken bij onze lezers. Want hoe meer zielen, hoe meer vreugd. Toch?
    Zo was dit ook het geval bij de aankondiging van het NK Natuurfotografie. Een leuk initiatief, waar mijns inziens niet veel ‘kwaads’ in schuilt. Tot een berichtje van lezer Hans Berendsen mij aan het twijfelen bracht. Hij attendeerde mij op een artikel op NOS.nl over de overlast van fotografen bij de Posbank (klik hier). Iedereen wilt daar blijkbaar een zonsopkomst fotograferen met als gevolg dat er voor dag en dauw files staan in dit natuurgebied en het wild gestoord wordt in haar rust. Die massaliteit en bijkomende overlast kunnen toch niet de bedoeling zijn van natuurfotografie, hoe leuk het ook is om met je camera het veld in te gaan? Die massaliteit zie je overigens ook terug in het aantal fotografen dat naar IJsland gaat, de eilandjes van Helgoland bezoekt of elk jaar door het Hallerbos loopt. Daar sta je als fotograaf ook maar zelden meer alleen en is het blijkbaar een kunst om een foto te maken zonder ‘soortgenootjes’.
    Valt het allemaal wel mee of moeten we onze ‘roep’ om het veld in te gaan minder luid maken. Of moeten we het als natuurfotografen dichter bij huis zoeken? Ook hier kan ik geen antwoord op geven. Jij wel? 

    Laat hieronder je mening weten. Ik ben benieuwd of jij wel antwoord weet op deze dilemma’s.


  • Vakantie met EOS M6 en EF-M 18-150mm geplaatst op zondag 18 juni 2017 14:27:05 door pjcdhaeze

    Voor veel mensen is de zomervakantie iets om naar uit te zien na een jaar hard werken. Zo ook voor ondergetekende. Even geen artikelen of boeken schrijven. Even geen educatieve foto’s maken, maar gewoon fotograferen ‘voor de lol’. Hoewel dat laatste natuurlijk niet helemaal waar is. Volgens mij denk ik altijd toch onbewust na bij iedere foto die ik neem; of ik nu een koe in een Hollandse wei voor de lens heb of een olifant tijdens een safari. Ook denk ik altijd na met welk fotogereedschap ik op stap ga; zeker als ik op vakantie ga en andere natuur en mensen zie dan in mijn achtertuin. Nadat ik in 2015 mijn EOS-systeem thuisgelaten heb (maar wel een PowerShot G7X: klik hier en hier) en in 2016 geen RAW geschoten heb (met een PowerShot SX720: klik hier en hier), is het dit jaar tijd voor weer een andere uitdaging en dat is dat ik alleen maar een EOS M6 meeneem met een EF-M 18-150mm.

    'Test'-foto 

    ‘Alleen maar’ is natuurlijk overdreven, want de EOS M6 is met deze all-round lens een prima stukje gereedschap, waarmee je elk onderwerp de baas bent. Maar toch het idee dat je geen lichtsterke lens bij hebt, geen echte macrolens of een super groothoek, is best ‘spannend’.

    Groot voordeel van de EOS M6 is dat je EOS 800D-kwaliteit in de hand hebt, maar dan ik een veel kleinere ‘verpakking’. Deze week heb ik even proefgedraaid tijdens mijn gebruikelijke avondwandelingetje en twee bekenden die ik onderweg tegenkwam, merkten allebei ongevraagd op dat ik zo een leuke kleine camera bij me had. En ze hadden gelijk, want met een setje dat net zo zwaar is als enkel een EF 100mm 2.8L IS (ca. 650 gram), is de EOS M6 een relatief onopvallende wandel- en reisgenoot.

    De enige spanning die ik met deze spiegelloze camera heb, is de bedrijfsduur van de accu (neem reserve mee) en de snelheid van de autofocus. Dat laatste zou geen probleem moeten zijn, want ik ben zeer te spreken over de Dual Pixel AF-technologie. Of mijn twijfel bewaarheid wordt, zal blijken tijdens de vakantie. Kom ik met de foto’s thuis die ik voor ogen heb en mis ik geen moment, omdat de autofocus altijd snel houvast vindt? Deze zomer doe ik verslag van mijn bevindingen en zul je weten of de EOS M6 met de EF-M 18-150mm voor mij de ideale reiscamera is. En dus misschien ook wel voor jou?

    Pieter Dhaeze
    Juni 2017

    Welke camera neem jij dit jaar mee op vakantie? Laat het ons hieronder weten of doe mee aan de poll hiernaast.


  • De toekomst van het educatieve boek... geplaatst op woensdag 26 april 2017 12:07:31 door pjcdhaeze

    Met de komst van internet is de laatste decennia veel veranderd in de wereld van informatievoorziening en -overdracht. Als je 25 jaar geleden iets over een onderwerp wilde weten, dan ging je op zoek in een encyclopedie, bracht je een bezoekje aan de bibliotheek of bestelde je een boek bij de boekhandel.

    Anno 2017 tik je je ‘probleem’ in in Google of in YouTube en nog geen seconde later krijg je een eindeloze lijst van mogelijk relevante antwoorden. Op basis van de hoogte in de resultatenlijst of van het aantal views kom je binnen een minuut bij de betreffende informatie en weet je bijvoorbeeld hoe je belichtingscompensatie toepast of hoe je de witbalans aanpast. En dat allemaal onder het genot van een lekker kopje koffie zonder dat je je luie stoel uit hoeft.
    Geen zware encyclopedie op schoot, niet eindeloos bladeren door een dik boek. Gewoon een paar woordjes intikken en klaar. Wie heeft er in deze tijd nog behoefte aan een boek? Over niet al te lange tijd is die kennisdrager zelfs uit het onderwijs verdwenen en is de loodzware boekentas vervangen door een ultrabook of tablet.

    Als schrijver van educatieve boeken over fotografie en beeldbewerking bij uitgeverij Van Duuren Media (klik hier) is de huidige trend herkenbaar en ook begrijpelijk. Als ik zelf iets wil weten over een nieuwe functie in Lightroom, dan heb ik dat binnen een paar minuten gevonden en weet ik het toe te passen. Super handig.  Internet is alwetend, met echter een grote MAAR. Ondanks dat je op het gebied van fotografie en beeldbewerking via internet elke vraag kunt beantwoorden, zijn er twee zaken wat internet je niet biedt en dat zijn structuur en verband. Je kunt dankzij Google wel de belichtingscompensatie instellen, maar wanneer het precies van pas komt en welke zaken er mee samenhangen dat wordt vaak niet verteld. Internet is een soort Ikea-handleiding. Je kunt er prima een kastje mee in elkaar zetten, maar wil je iets aanpassen of je wilt meer, dan schiet deze ‘kant-en-klaar’-oplossing tekort. Je zult dan toch het groter geheel moeten leren zien  en moeten leren zagen en timmeren.

    De prijs
    We zijn tegenwoordig gewend dat kennis (via internet) niets meer hoeft te kosten en in dat verband vinden we een boek van 35 euro soms zelfs duur. Maar wat heb je tegenwoordig nog voor 35 euro? Eén entreekaartje voor een pretpark. Eén maand abonnement voor telefoon of internet. Een fotoworkshop van een uurtje. Met je gezin een hapje eten bij een hamburgerketen. Van al die zaken heb je maar een korte tijd ‘plezier’, terwijl een educatief boek als naslagwerk een aankoop is voor maanden, zo niet jaren. Dus wat is duur?


    En dat is dus de kracht van een educatief boek: structuur en verband. Je begint bij A en eindigt bij Z en in dit traject hou je steeds overzicht waar je bent, wat je aan het doen bent en vooral waarom, zodat je de opgedane kennis en vaardigheden ook op afwijkende situaties kunt toepassen. Je leert dus meer dan een ‘kunstje’, je leert begrip. Met het doorkijken van de inhoudsopgave heb je soms al meer overzicht dan een dag surfen op internet. En in de index staan onderwerpen gegroepeerd voor onderlinge verbanden, die je anders nooit te weten zult komen.

    Bovendien fungeert een boek in deze hectische maatschappij als een soort rustpunt. Fluisterend bladeren in plaats van ratelend scrollen of nerveus klikken. Geen vermoeide ogen van fel licht van een beeldscherm. Ontspannen zitten in een comfortabele stoel. Gewoon papier, tekst en beeld beleven in een toegankelijke lay-out en aansprekend lettertype. Een boek is een beleving en in alle vormen van informatieoverdracht zal het educatieve boek een rol blijven spelen. Natuurlijk niet meer in de dominante rol van 25 jaar geleden, maar ze zal internet blijven aanvullen. Al was het alleen maar omdat een boek door de jaren heen veel meer blijvend is dan een vluchtige internetpagina, waarvan het linkje volgende maand al verdwenen kan zijn.

    Dus lang leve het educatieve boek. Dat het nog lang moge leven. Of schrijf ik dit als auteur met een te gekleurde bril? Wat vind jij?


  • Hoe (on)eindig is YouTube? geplaatst op donderdag 6 april 2017 13:42:19 door pjcdhaeze

    Laatst was een fotovriend van me op bezoek. Hij liet me vol trots zijn nieuwste aanwinst zien. Een Hasselblad 500 C/M, een analoge middenformaat camera met een 80mm lens. Hij heeft vroeger gefotografeerd met een soortgelijke camera en hij wilde anno 2017 de rust van die vervlogen dagen weer herbeleven. De bewuste camera had hij op de kop weten te tikken in Spanje en dit exemplaar zag er nog uit als nieuw. Ook werkte alles nog. Maar hoe het precies werkte, daar gaf de handleiding niet meteen duidelijkheid over. En wat doe ik dan tegenwoordig. Ik tik het probleem in in YouTube en het was eigenlijk geen verrassing dat we de camera na twee korte clips aan de praat gekregen hadden en de eerste foto konden maken.

    En dat brengt me op het onderwerp van deze blog: YouTube. Zoals gezegd gebruik ik dit medium als alwetende vraagbaak en deel ik ook mijn eigen kennis via het YouTube-kanaal van EOSzine (klik hier). Ik doe dat laatste sinds februari 2009, gelijktijdig met de start van EOSzine. Ik weet nog goed dat de eerste filmpjes in 720p (25 fps) waren en niet in full-HD, omdat het uploaden anders redelijk lang duurde en ook het verwerken door YouTube de nodige tijd in beslag nam.

    Maar dat is tegenwoordig wel anders. Want datatransport, -verwerking en -opslag zijn nog zelden een bottleneck. Het aantal uploads naar YouTube is in die acht jaar explosief gestegen en bovendien kun je nu zelfs 2160p (=UHD, 4K) met 60fps uploaden, zoals deze clip (klik hier). Opgenomen met een EOS 1DX mark II is dat 95 MB per seconde video. En dergelijke bestanden kun je tegenwoordig gewoon op YouTube plaatsen.
    Een toenemend aantal uploads van steeds hogere kwaliteit zorgt voor een ongekende datastroom, zowel up als down. En wat te denken van de benodigde opslagruimte. En back-up. Letterlijk onvoorstelbaar. Bovendien zijn alle uploads vanaf 2005 nog beschikbaar. Waar laten ze al die Terabytes? En hoe kan ik dat door mijn coaxkabel zo snel uploaden en ook vloeiend downloaden? En waarom is YouTube ALTIJD beschikbaar en waarom is de downtime NUL? En dat dan ook nog allemaal gratis.

    Datacompressie
    Volgens mij zit de ‘truc’ van YouTube in datacompressie en dat doet me denken aan een boek dat ik een aantal jaren geleden gelezen heb, De Broncode. Het onwaarschijnlijke, maar waarschijnlijk toch waargebeurde verhaal van televisiereparateur Jan Sloot (Wikipedia). Hij had een compressiesysteem voor video uitgevonden, waardoor de bestandsgrootte tientallen malen kleiner kon zijn dat normaal. Zijn vinding is nooit geopenbaard en samen met hem het graf ingegaan, maar ben je een complotdenker, dan lijkt anno 2017 zijn revolutionaire compressie toch toegepast te worden. Want door dezelfde coaxkabel van mijn internetaansluiting gaat ten opzichte van 10 jaar geleden een veelvoud van megabytes (up- en download) en een SD-kaartje van 256 GB is nu gewoon in de winkel te koop, terwijl in mijn jonge jaren een CF-kaart van 64 MB al een ‘behoorlijk grote jongen’ was.


    Er moet toch een moment komen dat deze ogenschijnlijk oneindige opslag vol raakt en dat er een data-infarct ontstaat. En wat dan? Hoe moet het leven verder zonder YouTube, want op het punt van kennisplatform is YouTube bijna vergelijkbaar met Wikipedia. Om over de impact op de entertainment maar te zwijgen. Het feit dat PewDiePie bijna 55 miljoen abonnees heeft zegt genoeg. Steeds meer mensen kijken minder reguliere televisie en steeds meer YouTube en andere vormen van video-on-demand.
    Hoe kan dit allemaal? Waar gaat dit eindigen? Weet jij het?

    Statistieken YouTube: klik hier.


  • Het einde van de fotografie geplaatst op zaterdag 4 maart 2017 12:22:06 door pjcdhaeze

    Laatst was ik bezig met een artikel over StyleShoots Live (klik hier), een geautomatiseerde fashion studio. Een interessante ontwikkeling, waarbij de factor mens bij dergelijke productfotografie en -video minimaal is. In het extreme geval zou een model met behulp van StyleShoots Live zonder hulp van anderen een eigen modesessie kunnen fotograferen en filmen, als een soort high-end selfie-shoot.

    Een fascinerend concept dat me aan het denken gezet heeft. Welke rol speelt de mens - voor en achter de camera - nog in de toekomst van fotografie en film? Die gedachtes namen helemaal de vrije loop na het zien van de film The Jungle Book. Een film met slechts een menselijke acteur, maar waarbij alle dieren en het landschap toch levensecht waren. Letterlijk ongelooflijk waar we tegenwoordig met virtual reality toe in staat zijn. En dat wordt alleen nog maar levensechter. Het zal niet lang meer duren of we kijken naar films met alleen digitale acteurs en decors, waarbij er geen verschil meer te zien is met het echte acteerwerk van ‘vlees en bloed’.

    En wat met film mogelijk is, is natuurlijk ook mogelijk met stilstaande beelden. Twee extreme voorbeelden.

    Portretshoot
    Je wilt een model portretteren en in plaats van een camera, licht, locatie, model, styliste en visagie te regelen, ga je achter je computer zitten. Klik: je hebt een model. Klik: ze heeft blond krullend haar. Klik: hoge jukbeenderen en vollere lippen. Klik: zachte huidstructuur. Klik: make-up. Klik: blauwe jurk. Of T-shirt met print. Klik: mooie ketting. Slepen: kader buste-shot en pose half gedraaid. Klik: ogen naar de camera. Klik: donkere achtergrond. Of toch liever een oude muur? Scherp of onscherp? Klik: iets meer hoofdlicht. Klik: een klein haarlichtje. Klik: ronde catchlights. Slepen: beetje in- of uitzoomen. Tevreden? Dan exporteer je het resultaat als een foto op elke gewenste resolutie. En omdat het model zo ‘geduldig’ is, maak je op basis hiervan in tien minuten misschien wel 100 net iets andere portretten, waarbij je elk facet van het portret tot op de pixel kunt aanpassen. Je hebt dus met minder moeite, in een kortere tijd, zonder casting, met minder kosten, met minder planning, zonder nabewerking, meer portretfoto’s gemaakt. Die bovendien kwalitatief niet te onderscheiden zijn van het echte werk of misschien zelfs wel beter zijn.

    Landschapsfoto
    Je wilt een opkomende zon fotograferen, maar in plaats van met je camera in het vliegtuig te springen, ga je weer achter je computer zitten. Klik: breedbeeldverhouding. Klik ondergaande zon. Klik: kleuren en helderheid kiezen. Klik: strook met wolken. Klik: spiegeling op het water. Klik: vogels in de lucht. Klik: rotsen links. Klik: bomen rechts. Klik: ronde keien in de voorgrond. Klik: zeewier erop. Klik: silhouet zeilboot op de horizon. Klik: lange sluitertijd of niet. Tevreden? Exporteer het landschap dan op 100 Mp of meer. Maak daarna nog enkele varianten met de zon hoger of lager. Met de wolken in een andere structuur. Met andere kleuren. Allemaal met een vlekkeloos eindresultaat. Je hoeft dus niet op pad. Niet extreem vroeg uit bed. Je bent nooit meer te laat. Het weer is nooit meer een spelbreker. En je landschapsfoto’s zijn nog nooit zo mooi geweest.

    Heb jij nu ook zo’n onbestemd gevoel? Dat is toch niet echt? Dat is toch ‘valsspelen’? Maar laten we eerlijk zijn. Als je opdracht krijgt om een beeld aan te leveren (landschap, architectuur, portret, interieur, food, fashion) en je kunt dat beeld op een computer maken exact volgens de wensen van de klant op de hoogste kwaliteit in een fractie van tijd en geld, waarom zou je dan nog een camera ter hand nemen om het onderwerp ‘in het echt’ vast te leggen met de kans dat de kwaliteit zelfs minder is dan van het virtuele beeld. Bovendien heeft het milieu baat bij deze virtuele ontwikkeling door minder vlieg- en autokilometers en minder verstoring van de natuur. Tevens kun je thuis werken en heb je meer tijd voor partner, kinderen en vrienden. En dat is onbetaalbaar.

    Mijn stelling: fotograferen (en filmen) wordt tussen nu en tien jaar net zoiets als paardrijden. Ooit noodzakelijk voor transport van mensen en goederen, maar tegenwoordig alleen nog een vrijetijdsbesteding. Of stel ik het te zwart-wit en zie ik zaken over het hoofd? Wat vind jij? Wat is de toekomst van de productie van beelden met een camera?


Volgende camera?

Wat wordt je volgende camera?

Volgende lens?

Van welk merk wordt je volgende lens?

Laatste reacties

Inloggen

Wachtwoord of loginnaam vergeten? Klik hier
Als je nog geen GRATIS persoonlijk account hebt op EOSZINE dan kun je deze hier aanmaken. Met dit account kun je o.a. de nieuwsbrief en het gratis digitale magazine ontvangen.